Romantische paringsdans
H et koppel staat tegenover elkaar. Man en vrouw. Ze kijken elkaar in de ogen, raken elkaar zachtjes aan. Ze zetten een stap achteruit, dan weer voorwaarts. Ze herhalen het enkele keren, terwijl ze elkaar in de ogen blijven kijken. Dartelende pasjes, van speelse, jeugdige kalverliefde.
Plots loopt de man weg. Maar niet heus, het is allemaal speels bedoeld. Plagerig. Pak me dan, als je kan. En zij? Zij achtervolgt hem. Inhalen. Vangen. Want zo gaat dat, in dit liefdesspel. Aantrekken en afstoten. Het gebeurt allemaal zo sierlijk, zo elegant. Alsof het allemaal volkomen natuurlijk aanvoelt.
Dan, wanneer ze hem heeft ingehaald, gaan ze naast elkaar staan. Parallel. Evenwijdig. Alsof ze elkaars maat nemen. Er zeker van willen zijn dat ze perfect zijn voor elkaar. De mist trekt op, de twijfel verdampt. Echte liefde ontwaakt. Plots gebeurt het. De man vervult zijn lot, waarvoor hij op deze aarde is gezet.
Hij laat zijn staart trillen, en legt zijn spermatofoor in de vrouw haar legbuis.
De mist trekt op, de twijfel verdampt. Echte liefde ontwaakt. Plots gebeurt het
Nu denkt u misschien dat ik wel heel plat schrijf over Kat Kerkhofs en James Cooke. Dat ik een grove conclusie brei aan die romantische performances met hun danspartners Nick en Björk, in Sterren op de dansvloer.
Wees niet te verontwaardigd: het gaat helemaal niet over hen. Wat ik hierboven beschrijf, is namelijk de paringsdans van het zilvervisje. Misschien kent u ze wel: van die zilverkleurige, schichtige insectjes van een halve centimeter groot, met twee voelsprietjes. In een op de drie huizen kom je ze tegen, zo leert het internet. Vooral in badkamers en toiletten. Daar dansen ze het liefst.
Het is een vloek om dat te weten, want wanneer je leest dat zo’n minuscuul beestje er zo’n romantisch leven op nahoudt, voel je je toch ietwat geremd om ze met een krant plat te meppen wanneer je ze ziet. Bij Kat en James heb ik die remming nog nooit gevoeld.