HERUITGEVONDEN
Afscheid wordt tegenwoordig vaker aangekondigd dan genomen. Een poging om dat einde in snelheid te pakken. Ook Guy Cassiers begint nu al afscheid te nemen, drie jaar voor De Toneelhuisdirecteur ermee ophoudt. Van hem is de uitspraak dat ‘een theater zich om de vijf jaar moet heruitvinden’. Dat vind ik ook. En niet alleen een theater. En niet alleen om de vijf jaar.
Als ik het kon, als ik wist hoe, ik deed het zelf elk jaar opnieuw. Niet nu, niet in het begin van het jaar, je begint niet met een heruitvinding. Beter ergens onaangekondigd halverwege. Het mag niet te hard opvallen, beter laat het zich subtiel voelen. Dat mensen me zien en denken: er is iets veranderd. Dat ik mezelf nog ben, maar niet dezelfde. Dat ik opnieuw te leren kennen ben. Dat we mekaar weer te zoeken hebben.
Ik ken er die er erg goed in zijn. Bij wie het vanzelf lijkt te gaan. Altijd zichzelf, maar om de zoveel tijd helemaal opnieuw. Een benijdenswaardig talent.
Het komt er soms maar op aan, zei me zo’n heruitvinder eens, om één oude gewoonte te veranderen. De naald maar een klein beetje verleggen, en voor je het weet, draai je in een heel andere groef.
Dat zou waar kunnen zijn. Nog maar twee keer tegensprekelijk gespijbeld, en die tegenwoordige jeugd heeft zich nu al heruitgevonden.