Partijen gijzelen berekening verkiezingsbeloftes
De politieke partijen bepalen zelf welke verkiezingsbeloftes ze laten narekenen en kunnen een berekening die hen niet zint zelfs geheimhouden. De geloofwaardigheid van de oefening ligt helemaal in hun handen.
BRUSSEL I Bijna alle politieke partijen maakten voor de verkiezingen in 2014 de dure belofte dat in 2019 alle verkiezingsprogramma’s zouden worden doorgerekend. Die oefening werd op 22 mei 2014 zelfs wettelijk vastgelegd. Van die wet was al lang sprake, maar de druk werd verhoogd nadat De Standaard, VRT en De Tijd in ‘Rekening 14’ samen met de KU Leuven voor bepaalde thema’s de effecten van verkiezingsbeloftes berekend hadden.
Het is de eerste keer dat het federaal Planbureau zo’n doorrekening van verkiezingsprogramma’s maakt. In Nederland gebeurt dat al dertig jaar. Iedereen, ook de mensen van het Planbureau zelf, zijn benieuwd wat de oefening zal opleveren.
Het Planbureau heeft tot op vandaag immers nog geen idee welke programmapunten het zal moeten becijferen. De dertien politieke partijen in de Kamer krijgen tijd tot eind deze maand om drie tot vijf thema’s, die voor hen prioritair zijn, door te geven. Dat kan bijvoorbeeld gaan over fiscaliteit, pensioenen, klimaat of gezondheidszorg.
Achter die thema’s kunnen verschillende concrete maatregelen schuilgaan. Zo is het mogelijk dat de ene politieke partij drie concrete maatregelen laat doorrekenen, terwijl een andere partij de cijferaars van het Planbureau vijftig maatregelen onder de loep laat nemen.
Navraag bij de verschillende studiediensten leert dat nog niet is beslist wat ze zullen doorrekenen. ‘Wij hebben verschillende scenario’s: van een beperkte doorrekening tot de berekening van een ruim pakket aan maatregelen’, klinkt het bij een directeur van een studiedienst.
‘Wij hopen dat alle partijen de oefening ernstig nemen, wij zullen dat alvast doen’, zegt Thomas Leys, de coördinator van de politieke studiedienst van Open VLD. ‘Maar natuurlijk speelt daarbij ook politieke strategie een rol.’
Het Planbureau zal niet alleen kijken naar het budgettaire plaatje, maar ook de effecten op de koopkracht en de werkgelegenheid becijferen. Ook de invloed van maatregelen op de mobiliteit en het elektriciteitsnetwerk zal becijferd kunnen worden.
Absolute discretie
Alles gebeurt in absolute discretie. Elke partij beschikt over één contactpersoon met een speciaal paswoord om met het Planbureau te communiceren. Partijen weten niet van elkaar welke voorstellen ze laten doorrekenen. Op 26 april, precies één maand voor de verkiezingen, worden de resultaten publiek gemaakt. Toch die resultaten waarvoor de politieke partij het Planbureau het fiat geeft om ze publiek te maken. Want de politieke partijen kunnen te allen tijde een verkiezingsbelofte waarvoor ze een berekening hebben laten maken, terugtrekken uit de oefening.
Die vrijblijvendheid houdt het risico in dat de programma’s am per te vergelijken zullen zijn.
Een ander groot nadeel is dat het Planbureau geen regionale effecten van maatregelen kan berekenen, terwijl steeds meer bevoegdheden op het regionale niveau liggen. ‘Je kan het glas ook halfvol zien’, zegt Bart Hertveldt, adviseur bij het Planbureau. ‘Dit is alvast een eerste stap naar meer transparantie en verplicht de politieke partijen toch al om iets meer na te denken over kwantificeerbare maatregelen en hun programma’s te verfijnen op basis van die cijfers.’
De resultaten waarvoor de politieke partij het fiat geeft, worden precies één maand voor de verkiezingen publiek gemaakt