Energieprestatie weegt steeds meer op woningprijs
Huizen met een lage EPCwaarde brengen meer op en raken sneller verkocht. Bij appartementen heeft een goede energiescore minder effect.
BRUSSEL I Om zijn klimaatdoelstellingen te halen, kan Vlaanderen niet om de renovatie van huizen heen. Volgens de Vlaamse Milieumaatschappij zijn huishoudens verantwoordelijk voor 16 procent van de broeikasemissies, waarvan het leeuwendeel door de verwarming van woningen en water. Om de Vlamingen te sensibiliseren, werd in 2009 een energieprestatiecertifi EPC van de woning EPC van de woning caat (EPC) ingevoerd, dat toont hoe zuinig een woning is. Het EPC kreeg dit jaar een nieuw jasje, met duidelijke labels, zodat kopers of huurders makkelijker de energieprestaties van de woning kunnen vergelijken.
Vlaanderen streeft ernaar dat alle woningen tegen 2050 een Alabel hebben, met een jaarlijks maximumverbruik van 100 kilowattuur per vierkante meter. Het woningpark moet met andere woorden grondig gerenoveerd worden, want vandaag haalt slechts 2 procent van de gecertificeerde woningen die norm. De gemiddelde halfopen woning heeft nu een Blabel en verbruikt 422 kWh per vierkanter meter. Renovatie is onvermijdelijk, beseffen steeds meer kopers, maar ze kost ook veel geld.
Die kosten worden steeds meer in rekening gebracht als een woning of appartement van eigenaar wisselt, blijkt uit de nieuwe Vastgoedindex van de KU Leuven