U had meer opslag kunnen krijgen
De regeringMichel beperkte de stijging van de lonen voor de volgende twee jaar. Oppositiepartij SP.A wil dat terugdraaien. Ook de vakbonden vinden een stijging van maximaal 0,8 procent te weinig.
BRUSSEL I De Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) komt om de twee jaar met een rapport dat de loonmarge vastlegt. Daarvoor kijkt de Raad naar de loonstijgingen in de buurlanden, zodat de concurrentiekracht van de Belgische bedrijven niet aangetast wordt.
De komende jaren zouden de lonen met maximaal 0,8 procent kunnen stijgen, bovenop de indexering, berekende de CRB. Op basis van het rapport gaan vanaf volgende week onderhandelingen tussen vakbonden en werkgevers van start. Zij moeten beslissen of het effectief 0,8 procent zal worden en op welke manier de bedrijfssectoren de marge mogen toekennen.
Maar zonder aanpassing van de wet door de regeringMichel hadden de lonen sterker kunnen stijgen, met wel 1,8 procent. Vroeger waren alleen de geschatte loonstijgingen in de buurlanden van tel, waarvan men dan de indexering aftrok. Deze keer zouden de loonstijgingen in Frankrijk, Duitsland en Nederland tot een gemiddelde van 5,6 procent leiden. Min een indexering van 3,8 procent zou de loonmarge dus 1,8 procent zijn geweest.
Veiligheidsmarge
Maar in 2016 besliste de regering dat ook de loonkostenhandicap sinds 1996 in rekening gebracht moet worden. Daarvoor kijkt men naar het verschil tussen de loonstijgingen in ons land sinds dat jaar en die in de buurlanden. Die loonkostenhandicap ligt voor dit jaar op 0,9 procent, berekende de Raad. Daarbij wordt nog een veiligheidsmarge van 0,5 procent ingebouwd. Omdat de marge van de vorige ronde niet helemaal opgebruikt was (er bleef 0,4 procent over), belandt het uiteindelijke resultaat op 0,8 procent.
De SP.A wil daarom terug naar de oude manier van berekenen en dient daarvoor in de Kamer een wetsvoorstel in. ‘Als er ruimte is om de managerslonen en de di videnden van de aandeelhouders te laten stijgen, moeten ook de werknemers hun deel van de koek krijgen’, zegt SP.Avoorzitter John Crombez. Het voorstel bepaalt ook dat de overheid –gespreid over zes jaar – bijkomend 1,5 miljard euro beschikbaar maakt voor de verlaging van de werkgeversbijdragen op de lage lonen.
Sociaal overleg
Ook de vakbonden vinden die 0,8 procent alvast te weinig. Zij hadden op voorhand gemikt op 1,4 of 1,5 procent en voelden zich gesterkt door de goeddraaiende economie en de krappe arbeidsmarkt. ABVVvoorzitter Robert Verteneuil is het duidelijkst. ‘De economie doet het beter, de lonen van de ceo’s stijgen, 0,8 procent is dus niet voldoende’, zegt hij.
Voorzitter Mario Coppens van de liberale vakbond zegt dat 0,8 procent ‘niet het cijfer is waarvan we gedroomd hebben’. ACVvoorzitter Marc Leemans wilde nog geen commentaar geven. De drie bonden willen het sociaal overleg alle kansen geven, zeggen ze.
Bij de werkgeversorganisatie VBO willen ze alvast niet boven die 0,8 procent gaan. ‘We kunnen ons toch niet buiten de wet stellen?’, laat gedelegeerd bestuurder Pieter Timmermans weten.
‘De economie doet het beter, de lonen van de ceo’s stijgen,
0,8 procent is dus niet voldoende’
ROBERT VERTENEUIL
Voorzitter ABVV