Minderjarigen krijgen zelden GAS-boete
De verlaging van de leeftijd waarop je een GASboete kunt krijgen heeft niet geleid tot de gevreesde ‘heksenjacht op minderjarigen’
Tijdens een sneeuwballengevecht met zijn broer raakt een 14jarige jongen per ongeluk een politieagent. Hij krijgt er een GASboete voor. De jongen schrijft een brief naar de Kinderrechtencoalitie, die in ons land toeziet op de naleving van het VNKinderrechtenverdrag. Die gebruikt het verhaal in 2015, bij haar verzet tegen de verlaging van de leeftijd waarop steden en gemeenten een GASboete kunnen geven aan minderjarigen. De grens verlaagt van 16 naar 14 jaar. Samen met onder andere het ACV, het ABVV en de Liga voor Mensenrechten vreest ze voor een ‘heksenjacht op minderjarigen’.
Onterecht, blijkt nu uit cijfers van de Vereniging voor Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en uit een bevraging van De Standaard bij elf Vlaamse centrumsteden. In Antwerpen, waar de leeftijdsgrens al vijf jaar op 14 jaar ligt, kregen in 2017 bijna 263 jongeren een GASboete, zo’n 4 procent van de populatie. In Kortrijk ging in datzelfde jaar ongeveer een op de zestig GASboetes naar een minderjarige. In Roeselare was dat 0,08 procent, in Hasselt 2 procent. In verhouding tot de demografische samenstelling is dat telkens relatief weinig.
‘Minderjarigen zijn inderdaad niet het doelpubliek van de GASboetes’, zegt Nathalie Debast van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG). Maar 8 procent van de Vlaamse gemeenten geeft een GASboete aan jongeren vanaf 14 jaar. In Brugge ligt de grens op 16 jaar. Daar was 4 procent van de GASboetes bestemd voor minderjarigen.
Liever cursus of opvoedingstraject
‘De wettelijke mogelijkheid om de leeftijd voor een GASboete te verlagen naar 14 jaar heeft dus niet geleid tot een heksenjacht tegen minderjarigen, zoals sommige organisaties vreesden’, zegt Wim Dries (CD&V), burgemeester van Genk en voorzitter van de VVSG. ‘Maar 8 procent van de Vlaamse gemeenten maakt gebruik van die mogelijkheid. Als ze echt jongeren wilden viseren, hadden meer gemeentes er gebruik van gemaakt’, zegt ook Debast.
De mogelijkheid om de minimumleeftijd te verlagen, kwam er ‘omdat heel wat steden en gemeenten worstelden met probleemjongeren die nog geen 16 jaar waren’, zegt Dries. ‘Voor 14 en 15jarigen die streken uithalen, grijpen besturen vooral naar alternatieven, zoals een cursus of een opvoedingstraject. Die zijn er ook voor ouders. Wij vinden dat een goede zaak.’
Vooral sluikstorten
Uit de rondvraag van het VVSG bij alle Vlaamse gemeenten blijkt dat in zeven op de tien gemeenten 16jarige jongeren een GASboete kunnen krijgen. In een op de vijf gemeenten ligt de lat op 18 jaar. De meeste GASboetes worden uitgeschreven voor sluikstorten (77%), gevolgd door problemen met honden, zoals loslopende honden of het niet opruimen van hondenpoep (55%) en nachtlawaai (45%). Acht procent van de gemeentes schrijft zelfs helemaal geen GASboetes uit.
De boetes schommelen tussen 71 en 150 euro. In slechts 2 procent van de steden en gemeenten kan de boete oplopen tot 350euro. (msa, poj, vsa)
‘Maar 8 procent van de Vlaamse gemeenten schrijft effectief GASboetes uit vanaf 14 jaar’
NATHALIE DEBAST
Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten