EEN MONUMENT VOOR ALLE SLACHTOFFERS
Met een ongeziene snelheid gomt het Antwerpse stadsbestuur de bezoedelde naam van oorlogsburgemeester Leo Delwaide uit het havenplan. Tegen de volgende gemeenteraad krijgt het ooit naar hem genoemde dok een andere titulatuur. Na de recente onthullingen over zijn medeplichtigheid aan de jodenrazzia’s vormde elk eerbetoon een absolute kaakslag voor de slachtoffers en hun nabestaanden. En een schandvlek voor de bedenkers in 1981.
Een straatnaamgeving is nooit onschuldig. Het geeft reliëf aan een samenleving, het suggereert personen die we moeten eren of die de maatschappij als buitengewoon verdienstelijk taxeert. Namen vertellen wie we zijn of willen zijn. Maar door hun standvastigheid kunnen ze uitgroeien tot een vloek. Zeker als de historiografie tot wasdom komt en een mythische overlevering tot op de grond afbrandt.
Dit hoeft niet het sein te worden voor een algemene beeldenstorm. Behalve Delwaide zagen ook andere personaliteiten doorheen de geschiedenis hun reputatie gewijzigd. In Breendonk, een gemeente met een voormalig concentratiekamp, wordt nog steeds de fascistische priester Cyriel Verschaeve geëerd. Een andere klassieker blijft de figuur van Leopold II, is het niet met straatnamen dan met beelden. Of trekken we een blik generaals open? Van de meesten weten we niet eens meer hoeveel soldaten ze over de kling hebben gejaagd.
Wel moet er ruimte komen voor creatieve oplossingen. Herdenkingsborden kunnen de geschiedenis meer reliëf geven, waarbij de naam of het beeld in een historische context wordt geduid. Maar in extreme gevallen biedt alleen een schrapping soelaas. Dat geeft ruimte aan alternatieven. Zo blijft het vreemd dat verzetshelden nauwelijks worden geëerd. Misschien kan dat een positieve tip betekenen voor het Antwerpse bestuur.
Toch blijft het gebaar onvoldoende. Antwerpen worstelt al even met zijn oorlogsverleden. In geen enkele andere Belgische stad maakte de oorlog zoveel slachtoffers: joden, politieke gevangenen, verzetslui, militairen. Dat maakt 75 jaar na de bevrijding de bouw van een memoriaal, waarbij alle doden uit hun anonimiteit worden gehaald, noodzakelijk.
Burgemeester Patrick Janssens bood tien jaar geleden terecht de verontschuldigingen aan voor de verantwoordelijkheid van de Antwerpse overheid bij de Jodenvervolging. Zijn opvolger Bart De Wever kan het karwei afmaken met een tastbaar monument. Het confronteert elke voorbijganger met de verschrikkelijke nazibezetting die de stad ooit heeft moeten trotseren.
Schrapping van naam Delwaidedok blijft onvoldoende