Om de beurt naar Europa
In de Oostkantons is de ‘goedkoopste’ Europarlementszetel van de hele EU de inzet van een politieke strijd. Met een rotatiesysteem willen de overige partijen de christendemocraten buitenspel zetten.
BRUSSEL I Pascal Arimont is een bevoorrecht man. De Belgische christendemocraat zit in het Europees Parlement nadat zijn partij in 2014 11.700 stemmen behaald had. Ter vergelijking: de SP.A haalde met 555.400 stemmen – bijna vijftig keer zoveel – ook één Europese zetel binnen. Arimont is voorzitter van de Christlich Soziale Partei (CSP), de grootste partij in Duitstalig België.
Sinds 1994 hebben de 76.000 inwoners van de Duitstalige Ge meenschap – soms de best beschermde minderheid ter wereld genoemd – een gegarandeerd zitje in het Europees Parlement. Daarmee is de Europarlementszetel van de Oostkantons veruit de ‘goedkoopste’ van het hele continent, berekende politicoloog Mike Mettlen, die aan de KU Leuven een uitgebreide studie deed naar het onderwerp.
Eurofiel
In het eurofiele Duitstalig België is de erg zichtbare zetel politiek goud waard. Dat geldt zeker voor de CSP, die in de Duitstalige Gemeenschapsregering al twintig jaar in de oppositie gehouden wordt. De partij, die in 2014 Europees dertig procent haalde, is een kwarteeuw lang nagenoeg zeker geweest van dat zitje, tot frustratie van de concurrentie. Maar het ziet ernaar uit dat aan die oranje hegemonie bij de komende verkiezingen een einde komt, via een electorale zet die de Duitstalige politieke wereld momenteel in de ban houdt.
De overige Duitstalige partijen zetten volop druk om het kiessysteem via een electorale handigheid om te gooien. Steunend op het onderzoek van Mettlen, zelf een Duitstalige Belg, overwegen ze het plan om voor Duitstalig België maar één Europese lijst in te dienen. Daarop zou voor elke partij één kandidaat staan, verdeeld