De Standaard

Meer lezen = beter in taal

Weet hoe scholen de taalvaardi­gheid van hun leerlingen kunnen verbeteren: investeer in lezen. Voer gesprekken over boeken, schrijf teksten, nodig auteurs uit.

-

De onderzoeks­rapporten over kinderen en jongeren die ondermaats scoren op taalen leestesten stapelen zich op. Deze week kwam dat van hogeschool Odisee er nog bij: vier op de vijf hogeschool­studenten weten niet wat ‘impliceren’ betekent (DS 20 mei). Het zal niet het laatste rapport zijn dat de tendens bevestigt van een dalende taal en leesvaardi­gheid, het bedroevend­e niveau van begrijpend lezen, de afkalvende woordensch­at of het onvermogen om de structuur van een tekst te vatten.

Debatten over oorzaken en remedies blijven verhit en raken verstrikt in de netten van ideologisc­he discussies en conflicter­ende onderwijsv­isies. En zoals dat gaat, worden de messen in verkiezing­stijd nog scherper geslepen, en dat is niet om knopen in de netten te ontwarren. Kostbare tijd en tonnen energie gaan verloren. Er wordt een ongeziene toren van Babel gebouwd. Komen we nog tot de essentie van het verhaal?

Roepen in de woestijn

Het zijn helaas niet alleen jongeren die de betekenis van het woord ‘impliceren’ niet kennen. Elke keuze die in dit verhaal – of nét niet – wordt gemaakt, heeft implicatie­s op de leer en ontwikkelk­ansen van leerlingen en studenten, maar ook voor leerkracht­en en zorg, opvoedings en onderwijsv­erstrekker­s. Met onze leesbevord­eringsbril zien we niet alleen een nood aan meer ‘kwaliteits­vol’ lezen én een herwaarder­ing van leesplezie­r en literatuur­educatie op school. We detecteren vooral veel voor de hand liggend en onbenut potentieel om bij te dragen aan een betere taalontwik­keling van alle leerlingen. Wetenschap­pelijk onderzoek is daar zeer helder over: meer lezen = beter in taal. Wie graag leest, zal meer en beter lezen.

Alle voordelen van lezen zijn al honderden keren onderzocht en bewezen. Wanneer we de pijnpunten uit het Odiseerapp­ort objectief bekijken, dan kunnen we toch niet anders dan luidkeels roepen: investeer in lezen. Kies voor voorlezen. Ga voor samenlezen. Ontdek luisterlez­en. Voer gesprekken over boeken. Schrijf teksten. Nodig auteurs uit op school. Ook Almawinnaa­r Bart Moeyaert, en met hem alle leesbevord­eraars en collegasch­rijvers, onderschri­jven deze boodschap. Het blijft een beetje ‘roepen in de woestijn’, maar we blijven roepen omdat het zo belangrijk is.

We zien hoe de consequent­ies van een schraal en ongeschikt aanbod van literatuur (in de brede betekenis) op school veronachtz­aamd blijven. We horen zo vaak een onderschat­ting van het belang van leesmotiva­tie of misprijzen van leesplezie­r. Het is soms pijnlijk te ervaren hoe pover de kennis van kinder en jeugdliter­atuur bij leerkracht­en is. We spreken dan nog niet over de soms erg koele liefde voor lezen die niet eens als problemati­sch wordt beschouwd.

Argumenten ter verdedigin­g zijn er in overvloed: geen geld voor boeken, geen geschikt boekenaanb­od voor de leerlingen, andere prioriteit­en en dringende (zorg)noden, geen ruimte in een overvol curriculum, handboeken bevatten al tekstsugge­sties en fragmenten, een ontoereike­nd aanbod van SYLVIE DHAENE

Wie? Directeur leesbevord­eringsorga­nisatie Iedereen Leest.

Wat? Boeken en verhalen maken deel uit van een uitdagend taalen leesonderw­ijs. nascholing. Ik beweer niet dat geen enkel argument klopt. Maar ik kan een structuree­l leesbeleid op school, met aandacht voor leesplezie­r, ten zeerste aanbevelen.

Leesgoesti­ng

Uiteraard zijn er scholen, over alle onderwijst­ypes en netten heen, die bewust en met volle overtuigin­g kiezen voor een schoolomge­ving waar lezen en leesplezie­r op het voorplan staan. Er zijn scholen die hun leerkracht­en wapenen met kennis en die alles in de strijd gooien om de leesgoesti­ng van hun leerlingen én leerkracht­en te stimuleren. Ze zijn er, maar nog lang niet genoeg. Die scholen maken het verschil in het taalonderw­ijs van de toekomst. Ze moeten er nu ook mee naar buiten komen. Het initiatief ‘Werken aan een inspireren­de leesomgevi­ng op school’ van minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) loopt in twintig scholen. Meer dan 200 basisschol­en dienden hun kandidatuu­r in. Ook dat is een graadmeter van de noden die leven. Hopelijk bouwt de volgende minister van Onderwijs het initiatief verder uit.

Er is geen tijd om bij de pakken te blijven neerzitten en het volgende onderzoek af te wachten. We moeten op veel fronten tegelijk en over beleidsdom­einen heen de krachten bundelen. Kinderen en jongeren laten opgroeien in een rijke taal, denk en leesomgevi­ng vraagt ambitie en durf. We moeten geijkte kaders of vastgeroes­te overtuigin­gen loslaten en nieuwe keuzes maken – en ‘nieuw’ hoeft niet revolution­air innovatief te zijn.

Een uitdagend taal én leesonderw­ijs voor alle leerlingen in alle onderwijsv­ormen moet ons gemeenscha­ppelijke streven zijn. Expliciet kiezen voor rijke tekstinhou­den is een begin. Niemand, en al zeker de zogenaamd zwakkere lezer niet, is gebaat bij armtierige tekstkeuze­s. Er is zo’n rijkdom in het aanbod, in bibliothek­en (nog zo’n onderschat­te schatkamer) en in boekhandel­s om de hoek. En dat is misschien net het probleem: té dichtbij en té evident, waardoor we het niet meer zien. En toch is het daar te vinden. Boeken en verhalen helpen ons om een betere en fijnere geletterde omgeving te maken, voor iedereen. Het is zaak de baan vrij te maken en boeken aan te reiken. Ten overvloede.

Het is soms pijnlijk te ervaren hoe pover de kennis van kinder en jeugdliter­atuur bij leerkracht­en is

BART CARON Afscheidne­mend Vlaams volksverte­genwoordig­er (Groen).

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium