Kan boomschors helpen tegen ADHD?
Een voedingssupplement kan misschien even goed werken tegen ADHD als medicatie. De UAntwerpen zoekt jonge proefkonijnen voor een studie.
‘Veel mensen zijn de bijwerkingen van methylfenidaat beu en gaan op zoek naar alternatieven’ ANNELIES VERLAET UAntwerpen
BRUSSEL I Een kwart van de kinderen en jongeren die ADHDmedicatie gebruiken, klaagt over hoofdpijn, slapeloosheid en verminderde eetlust. Ouders menen soms dat hun kind ‘er als een zombie bijloopt’. Sommige jongeren kappen er na jarenlang gebruik zelf mee, omdat ze niet afhankelijk willen zijn van een pilletje.
ADHD is een ontwikkelingsstoornis die tot uiting komt in hyperactiviteit, concentratiestoornissen en impulsiviteit. Naar schatting 6 à 7 procent van de kinderen en jongeren heeft er last van. Vaak schrijven artsen rilatine voor. Het gebruik daarvan bij jongeren is tussen 2006 en 20016 met de helft gestegen.
Tegelijk rezen er almaar meer vragen over het toedienen van deze medicatie. Terecht of niet? ‘De medicatie werkt wel degelijk’, zegt Annelies Verlaet, doctor in de farmaceutische wetenschappen en voedings en gezondheidsspecialiste. ‘Maar veel mensen zijn de bijwerkingen van methylfenidaat (de actieve stof in rilatine, red.) beu en gaan op zoek naar alternatieven. Huisartsen, kinderneurologen, psychiaters en andere medici schrijven tegenwoordig weleens Omega3 voor of raden aan een ander voedingspatroon te volgen.’
Poedervorm
Binnen de onderzoeksgroep NaturA van het departement farmaceutische wetenschappen van de UAntwerpen willen Verlaet en professor Nina Hermans nu een studie starten naar nog een ander voedingssupplement, dat mogelijk een even gunstige werking heeft bij ADHD als medicatie. Dat gebeurt in samenwerking met de universiteit van Wageningen, in Nederland. Ook het UZA (prof. Berten Ceulemans), het ZNA (prof. Dirk van West) en het UZ Gent (prof. Helene Verhelst) zijn bij de studie betrokken.
Het gaat om schorsextract van de Franse maritieme pijnboom, dat door het Zwitserse bedrijf Horprag Reaserch op de markt wordt gebracht onder de merknaam Pycnogenol. De Zwitsers hebben een patent op het product in poedervorm en verkopen dit aan anderen door, die er crèmes, capsules en sprays van maken. Die worden aangeprezen tegen onder meer allergieën en astma.
‘Een eerdere, kleine studie in Slovakije heeft aangetoond dat Pycnogenol ook beloftevol is bij ADHD, als je het oraal inneemt’, zegt Verlaet. ‘Het ging daar over 61 kinderen en het product werd alleen vergeleken met een placebo. Er was een duidelijk positief effect, maar je kon daaruit dus niet besluiten dat het supplement even goed werkt als de medicatie.’
Dubbelblind
‘De enige manier om dat te achterhalen is via een dubbelblinde studie. Wij willen er 144 Vlaamse en Nederlandse kinderen bij betrekken, tussen 6 en 12 jaar, en we zullen vergelijken met een placebo en ook met de medicatie. Deelnemers worden in drie groepen verdeeld, en moeten tien weken lang elke dag één pil innemen. Of twee, naargelang hun gewicht. Al die pillen zien er hetzelfde uit, zodat deelnemers niet weten wat ze slikken.’
‘Na afloop krijgen de kinderen die een placebo of de medicatie kregen, toch het voedingssupplement voor tien weken. We kunnen ons voorstellen dat mensen meedoen omdat ze het nieuwe product willen uittesten. We willen iedere deelnemer de kans geven om dat ook te doen’, zegt Verlaet.
Het initiatief voor deze studie gaat uit van de universiteit, de middelen komen deels van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek. De producent van het voedingsmiddel biedt het gratis aan en financiert ook de gelijke verpakking van voedingsmiddel, medicatie en placebo. ‘De verpakking gebeurt door een onafhankelijk bedrijf’, zegt Verlaet. ‘Ook wij zullen niet weten welke capsules welk middel bevatten. Het is de enige manier om gedegen wetenschappelijk onderzoek te doen. En dat hebben we nodig als we het voorschrijfgedrag van artsen willen kunnen beïnvloeden.’
Kinderen die willen deelnemen mogen minstens drie maanden geen ADHDmedicatie hebben gebruikt. Ze kunnen zich melden via adhd@uantwerpen.be. Meer info over het onderzoek staat op www.uantwerpen.be/adhd.