Werkgelegenheidsgraad gaat weer verkeerde kant uit
Steeds meer werkzoekenden vinden een job, maar toch zijn er in totaal minder mensen aan de slag.
BRUSSEL I Eind vorig jaar kon de toenmalige minister van Werk Kris Peeters (CD&V) uitpakken met een primeur: de werkgelegenheidsgraad bij de 20 tot 64jarigen was voor het eerst boven de 70 procent geklommen. Een opsteker, want de werkgelegenheidsgraad – het percentage mensen in die leeftijdscategorie dat een job heeft – ligt in België lager dan het Europese gemiddelde en lager dan in de buurlanden. De werkgelegenheidsgraad opkrikken is dan ook een belangrijk doel.
In het kader van de Europa 2020strategie moeten we volgend jaar 73,2 procent halen. Maar het eerste kwartaal van dit jaar toont geen hoopgevende evolutie. De werkgelegenheidsgraad daalt opnieuw, naar 69,8 procent, een daling met 0,7 procentpunt ten opzichte van het kwartaal voordien. Er zijn dus opnieuw minder mensen aan het werk. Dat blijkt uit de laatste enquête naar de arbeidskrachten van de Federale Overheidsdienst Economie, een bevraging bij 30.000 Belgen ouder dan vijftien.
Huisvrouwen en studenten
Nochtans is de werkloosheid wél gedaald, en wel naar een nieuw diepterecord. Dat is deze keer vooral te danken aan Wallonië. Daar zakt de werkloosheid van 7,8 naar 7,4 procent. In Vlaanderen blijft de werkloosheidsgraad stabiel op 3,4 procent, in Brussel stijgt de werkloosheid lichtjes van 13,2 naar 13,7 procent in vergelijking met het vorige kwartaal. Vrouwen vergroten overigens de kloof met mannen: bij de vrouwen is slechts 5 procent werkloos, bij de mannen is dat 6,3 procent. De jeugdwerkloosheid daalt ook verder. Kortom: steeds meer werkzoekenden vinden een job.
Minder mensen zijn dus werkzoekend, maar toch zijn er in totaal minder mensen aan de slag. Dat komt doordat het aantal inactieven opnieuw wat gestegen is. In de groep van 20 tot 64jarigen is 26,2 procent niet actief op de arbeidsmarkt. Zij werken niet en zijn ook niet op zoek naar werk. In die groep zitten studenten die voltijds studeren en geen studentenjob uitoefenen, en bruggepensioneerden. Maar ook huisvrouwen en mannen, langdurig zieken en arbeidsongeschikten.
Er zijn veel meer vrouwen die wegblijven van de arbeidsmarkt dan mannen. Vooral in de oudere leeftijdsgroepen werken minder vrouwen. Experts zijn het erover eens dat de volgende regering vooral moet proberen de groep inactieven te verkleinen, door bijvoorbeeld arbeidsongeschikten opnieuw aan de slag te helpen. (gdc) Bij de vrouwen is slechts 5 procent werkloos, bij de mannen is dat 6,3 procent