Geheimtip: vis met persoonlijkheid
‘Ik wens mijn lezers evenveel plezier bij het gebruik van het boek toe, als ik beleefde aan het schrijven ervan.’ De Brit Alan Davidson (19242003) mag gerust zijn. Met zijn viskookboeken is hij in die missie geslaagd.
Hij was niet meteen een keukenpiet, maar dat hij diplomaat werd, hielp een handje. Diplomaten gaan de wereld rond. Davidson was op post in Tunis, Washington, Caïro, Den Haag, Brussel, Laos... zoveel standplaatsen, zoveel eetculturen. Eens hij de smaak van het schrijven over eten te pakken had, ontpopte hij zich tot een culinaire autoriteit.
In 2003 kreeg hij voor dat werk de Erasmusprijs, die op zijn palmares ook Marguerite Yourcenar, Václav Havel en Claudio Magris heeft. Davidsons forte is het veldwerk. Zo deed hij zijn interesse in vissen, hun habitat, hun Latijnse en lokale namen, hun streekgebonden bereidingen, hun vorm en hun kleur op in de jaren 70. Zijn vrouw had moeilijkheden om in de afslag in Tunesië de juiste vis te bestellen. Een geschikt boek vond hij niet. Dus ging Alan zelf op verkenning en tekende als een culinair vorser gretig namen en recepten op, zocht de geschiedenis uit, vergat de anekdotes niet.
Dat lijkt droge kost, maar het genot zit ’m in de details, Davidsons persoonlijkheid leeft in de laconieke stijl en zijn very British gevoel voor humor werkt wonderwel. De boeken zijn reizen over zee en door de tijd.
Deze kookboeken zijn dus informatief maar op hun manier ook literair. Jammer dat de enige twee vertalingen enkel nog antiquarisch beschikbaar zijn. Als u ze ooit tegenkomt, aarzel niet, koop en lees het NoordAtlantisch viskookboek en het Mediterraan viskookboek.
En probeer de recepten, ook de op het eerste gezicht bizarre suggesties. Mijn exemplaren zijn mij zo dierbaar dat ze stilaan aan het verslijten zijn.