Orban versterkt greep op Hongaarse Academie
Met de Academie voor Wetenschappen lijkt alweer een academisch bastion in de verdrukking te raken in Hongarije.
BRUSSEL I De Central European University (CEU) in Boedapest zag zich eind vorig jaar, door druk vanuit de regering van Viktor Orban, ‘gedwongen’ haar hoofdcampus te verhuizen naar Wenen. Deze week kreeg de academische vrijheid in Hongarije een nieuwe klap volgens critici van de rechtspopulistische premier. Dinsdag keurde het Hongaarse parlement, gecontroleerd door de Fideszpartij van Orban, een wet goed die het netwerk van onderzoeksinstituten van de Hongaarse Academie voor Wetenschappen (MTA) weghaalt bij de Academie.
De tweehonderd jaar oude MTA viel tot nu toe op als een overheidsinstelling waar academici relatief vrij konden werken. Dat in een land waar loyalisten van de regeringspartij de afgelopen jaren stelselmatig hun greep uitbreidden over het overheidsapparaat, de economie en sectoren als cultuur en onderwijs. In het gepolariseerde Hongaarse landschap bood onderzoek door instituten van de MTA vaak een nuttige toetssteen om beleid te evalueren, voorbij politiek gespin.
Ook dat lijkt nu op de helling te staan. De vijftien onderzoeksinstellingen van de Academie, die behalve technische en natuurwetenschappen ook sociale wetenschappen herbergen, worden door de nieuwe wet onttrokken aan haar controle. Zij zullen ondergebracht worden bij een nieuwe organisatie. Die zal bestuurd worden door een raad die voor de helft bestaat uit vertegenwoordigers van de MTA, maar voor de andere helft uit vertegenwoordigers van de regering. Zij worden allen, net als de voorzitter van de raad, benoemd door de premier. Aangezien beslissingen gebeuren bij eenvoudige meerderheid, ‘hebben de afgevaardigden van de Academie weinig kans om in te gaan tegen de wil van de overheidsvertegenwoordigers’, schrijft de Hongaarse nieuwssite Index.
Buitensporige invloed
‘Een van de meest problematische aspecten is de buitensporige invloed van de overheid naar Europese standaarden’, verklaarde MTAvoorzitter Laszlo Lovasz in een recent interview met persbureau Reuters. Lovasz beloofde het weghalen van de onderzoeksinstellingen aan te zullen vechten bij het Hongaarse Grondwettelijke Hof. De Europese Commissie verklaarde dat het de ontwikkelingen rond de MTA in de gaten houdt en riep Boedapest op ‘zich te onthouden van elke beslissing die wetenschappelijke en academische vrijheid inperkt’.
Minister van Innovatie en Technologie Laszlo Palkovics stelde dat de veranderingen nodig waren om de ‘competitiviteit van Hongarije op lange termijn’ op te schroeven en ‘een meer efficiënt gebruik van middelen’ te bewerkstelligen. In een interview met Die Zeit voegde Palkovics daaraan toe dat de Hongaarse regering een netwerk van wetenschapsinstellingen wilde uitbouwen naar Duits model. In Duitsland zijn het Max PlanckGesellschaft of het FraunhoferGesellschaft evenmin ondergebracht bij de Academie voor wetenschappen.
Maar vertegenwoordigers van die instellingen dienden hem van repliek in een open brief in dezelfde krant. ‘De voorstelling dat de nieuwe structuur van de Academie exact zal overeenkomen met die van het Max PlankGesellschaft, is feitelijk vals’, schreven zij.
Protesten
Duizenden Hongaren hebben de afgelopen maanden betoogd tegen de plannen van de regering met de MTA. Die protesten waren een echo van eerdere demonstraties voor het behoud van de CEU in Boedapest. Die Engelstalige universiteit werd in 1991 opgericht door de AmerikaansHongaarse filantroop George Soros en kreeg als missie om pluralisme en democratie te bestendigen in excommunistische staten. De progressiefliberale Soros werd door Orban uitgeroepen tot volksvijand nummer een. Zijn partij keurde een nieuwe onderwijswet goed, die volgens het CEUbestuur op maat gesneden was om het functioneren van de universiteit te verhinderen. Uiteindelijk maakte het een verhuizing noodzakelijk.
In gepolariseerde Hongaarse landschap bood Academie nuttige toetssteen voor beleid, voorbij politiek gespin