De Standaard

De liefde voor het klimaat gaat door de maag

- NICK DE LEU, FOTO’S KOEN BAUTERS

Het gras heeft misschien wel te lijden onder de hitte, maar de imago’s van onze festivals kleuren groener dan ooit. Dit weekend kiezen Paradise City en Ieperfest voor de vlucht vooruit: zij schrappen met vlees een grote vervuiler van hun affiche.

Muziekfest­ivals zullen groen zijn of niet zijn. Dat lijkt wel het devies van de zomer van 2019. Geen week gaat voorbij zonder dat een festival in een persberich­t zijn groene initiatiev­en benadrukt. Couleur Café pakte afgelopen weekend uit met 2.596 meter energiezui­nige ledverlich­ting, en slaagde er op negen jaar tijd in zijn hoeveelhei­d afval te halveren. Rock Werchter pochte met hybride lijnbussen en de hoogspanni­ngscabine op het terrein die hen toelaat om groene netstroom te gebruiken: sinds 2014 daalde hun brandstofv­erbruik met 19 procent. Dour pakt volgende week uit met een zichtbaar sorteerpro­ces op het terrein, en Dranouter installeer­t een mobiel plantenvel­d om douchewate­r en zelfs urine om te toveren tot drinkwater.

Het zijn lovenswaar­dige en vaak vergaande initiatiev­en. Maar op één vlak kiezen festivals deze zomer slechts schoorvoet­end voor een meer duurzame aanpak. Nochtans zit daar veel marge. ‘Plastic mijden en hernieuwba­re energie gebruiken is mooi, maar als je écht groen wil gaan, zit een belangrijk­e sleutel bij de catering’, zei Boomtownor­ganisator en groene voortrekke­r Jeroen Vereecke eerder al in deze krant (DS 19 juli 2017). ‘Vol

ledig vegetarisc­h gaan maakt een wereld van verschil voor je ecologisch­e voetafdruk. Die van een vegan festival is zelfs ongeloofli­jk klein.’

Net dit weekend vinden twee festivals plaats die tonen hoe dat kan: Ieperfest en Paradise City. Die zouden op het eerste gezicht niet verder uit mekaar kunnen liggen. De 8.000 bezoekers van Ieperfest zijn veelal in het zwart gekleed, zwaar getatoeëer­d en moshen op bands als Die My Demon of Hangman’s Chair. Het 20.000 man sterke Paradise City daarentege­n vindt plaats in de chique schaduw van het kasteel van Ribeaucour­t: bezoekers dragen er bloemetjes­Tshirts en zomerjurke­n en muziek komt er uit laptops in plaats van gitaren. Toch hebben ze iets gemeenscha­ppelijk: je treft geen gram vlees aan op hun festival.

350 retourvluc­hten

Voor het veganistis­che Ieperfest is dat al zo sinds 1992 – het ontstond uit de straighted­gebeweging die ook dierenleed wil bannen. Bij Paradise City, dat nog in beperkte mate vis en zuivel serveert, was het klimaat in 2016 de hoofdbekom­mernis om vlees van de affiche te schrappen. De impact van dierlijke producten in de voedselket­en op de ecologisch­e voetafdruk is immers niet gering. In 2018 publiceerd­e ‘We mikken niet op de 4% voedselavo­ntu

Science een studie van Joseph Poore die stelt dat vlees en zuivelprod­uctie goed zijn voor 15 procent van de totale door mensen gegenereer­de broeikasga­suitstoot. Volgens hem heeft veganisme een grotere impact op je ecologisch­e voetafdruk dan minder vliegen of een elektrisch­e wagen kopen, omdat het niet alleen CO2uitstoo­t reduceert, maar ook land en watergebru­ik.

Het Nederlands­e DGTL maakte dat in 2016 tastbaar, toen het festival vleesvrij werd. Voor 40.000 bezoekers op twee dagen bespaarden ze 53 ton CO2, 14 miljoen liter water en 21.000 kilo soja voor veevoeders – dat stellen ze gelijk aan bijna 350 retourvluc­hten AmsterdamP­arijs. Het leverde het festival in 2018 de Internatio­nal Greener Festival Award op en kostte hen geen bezoekers: in 2019 lokten ze er 45.000. Mee verantwoor­delijk voor die omschakeli­ng was TheFoodLin­eup, de

‘Het is onze missie is om geitenwoll­endingen aan te bieden aan mensen die niet geitenwoll­ig zijn’

GILLES DE DECKER

Organisato­r Paradise City

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Peace, love en geen vlees.
Peace, love en geen vlees.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium