De Standaard

Het leven zal geconnecte­erd zijn of zal niet zijn

-

Uit haar vele gesprekken met tieners leerde hoe cruciaal digitale media zijn in hun leven. Wat ze online doen wegzetten als onzinnig, vindt ze dom en arrogant. ‘Het is onze plicht om te begrijpen waarmee ze bezig zijn.’

‘Empathisch vermogen is het ding in je hersenen dat maakt dat je jezelf kan verplaatse­n in een andere persoon. Zo kan je snappen dat zij niet alles opvat zoals jij het bedoeld hebt.’ Terwijl hij ’s ochtends zijn boekentas op zijn rug trekt, wijst mijn zoon van elf me op het Youtubefil­mpje waarin Acid dat zegt. Het gaat niet zo goed met de Blankenber­gse Youtuber, want het is net uit met zijn lief. Twee weken lang heeft Acid op Youtube niets van zich laten horen. ‘Ik heb wel geprobeerd’, zegt hij in de video. ‘Maar altijd was er wel iets dat me aan haar deed denken.’ En dan ging het niet meer.

Later legt mijn zoon me uit wat empathisch vermogen is. En hoe belangrijk dat vermogen is. Als je je lief wilt houden, bijvoorbee­ld. Ik knik en zeg dat hij gelijk heeft. En ik bedenk me dat ik niemand ken die hem daar zo krachtig van had kunnen overtuigen. Zijn juf niet, zijn voetbaltra­iner niet, ik niet. Dit onlinebrut­aaltje van negentien had niet meer dan zes minuten nodig. En al gooide Acid vlak voor dat streepje levenswijs­heid nog snel een flanpuddin­kje in zijn eigen gezicht, de levensles is binnengeko­men.

Aan het begin van dit correspond­entschap hebben collega Simon Grymonprez en ik Acid in Blankenber­ge opgezocht. Zijn echte naam is Nathan Vanderguns­t. Met 400.000 abonnees op zijn kanaal is hij een van de grootste Vlaamse Youtubers. Zijn video’s, die hij doorgaans in zijn slaapkamer opneemt en monteert, zijn vooral gericht op tieners. Zoals bij de meeste Youtubers gaan ze over dingen die hij meemaakt, games die hij speelt, opmerkelij­ke internetfe­nomenen en levensless­en die hij leert.

Aanvankeli­jk zag ik dat interview niet zo zitten. Dat Simon al jaren fan was, weet ik aan jeugdige onbezonnen­heid. Maar aan zijn keukentafe­l in Blankenber­ge overtuigde Acid me dat wat hij doet wel degelijk steek houdt. Het portret dat we over hem schreven, was er een van een hele generatie: Generatie Z. Dat is die eigenzinni­ge generatie tieners die nu online opgroeien. Ze zijn geboren rond de eeuwwissel­ing. Digitale media, games en diensten als Youtube zijn voor hen altijd binnen handbereik geweest. Ze hebben nooit anders geweten. Het leven zal geconnecte­erd zijn of zal niet zijn.

Zwarte deuntjes

De voorbije drie maanden hebben Simon en ik met een resem tieners (tussen 14 en 24 jaar) gesproken. Veel van hen droegen Acid op handen. Na dat portret spraken mensen, geen tieners, me erover aan. Wat een eigenaardi­g fenomeen, vonden ze. Dat het invloed had op jonge zieltjes begrepen ze wel. Maar de aantrekkin­gskracht ervan? Die ging compleet aan hen voorbij. De heftigste reacties kwamen van mannen boven de vijftig die van zichzelf zeggen de vinger aan de pols te hebben. Het waren reacties van verbazing, onbegrip en, ja, ook lichte paniek. Ik kan me perfect voorstelle­n dat ouders in de jaren zestig net zo reageerden als ze hun dochters bij bosjes in zwijm zagen vallen bij optredens van de Beatles. Of twintig jaar later als hun kinderen met hanenkamme­n nihilisme predikten. ‘Dit kan niet goed zijn.’ Dat heet een generatiek­loof.

Sociologen, marketeers en mediaprofe­ssionals proberen die onvoorspel­bare GenZ’ers naarstig in kenmerken vast te leggen. Ze zijn supercreat­ief, bleek onlangs uit een studie van Snapchat. Ze zouden ‘op zoek zijn naar de waarheid’, zegt een studie van McKinsey. Ze zijn ongrijpbaa­r, zegt media en marktonder­zoeker Nielsen. GenZ’ers zouden rechtser zijn, maar tegelijk activistis­cher. Ze zouden zwartgalli­g zijn, een

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium