De Standaard

Waarom 2019 op 1890 lijkt

Veel mensen trekken parallelle­n tussen Donald Trumps Amerika en de jaren dertig. FRANS VERHAGEN gaat verder terug in de tijd.

- FRANS VERHAGEN Wie? Amerikajou­rnalist. Zijn recentste boek is ‘De Kennedy’s. Amerika’s first family’ (Omniboek). Wat? Eind negentiend­e eeuw herstelde Amerika van een economisch­e crisis, zag het heel wat migranten binnenkome­n en bokste het met andere gro

Het is populair om deze tijden te vergelijke­n met de jaren dertig. Maar dat is misleidend en onnodig dramatiser­end. Wie per se wil vergelijke­n, vindt een veel betere maat voor onze tijden in het Amerika van de jaren voor en na 1900. Op minstens drie belangrijk­e terreinen zijn er treffende overeenkom­sten: inkomenson­gelijkheid, immigratie en confrontat­ie van grootmacht­en.

De economisch­e crisis die begon in 1893 en duurde tot 1898 was de diepste die Amerika ooit had doorgemaak­t. Ze deed mensen het kapitalist­ische systeem in vraag stellen, net zoals na de crisis van 2008. Miljoenen mensen verloren hun baan, oogsten rotten op het land, in de grote steden heersten armoede, honger en ziekte. Socialisme en anarchisme waren in trek. Populisten leken de politiek te veroveren.

Net als nu hadden de rijken weinig last van de crisis. De inkomenson­gelijkheid in die jaren was de hoogste ooit, met als pikante uitzonderi­ng de eigen tijd, waarin de verschille­n nog groter zijn. Monopolies en uitbuitend­e ondernemer­s domineerde­n de Amerikaans­e economie. Dat gold met name voor de olie en staalindus­trie, de spoorwegen en afgeleide bedrijfsta­kken. Er was wel antimonopo­liewetgevi­ng, maar de Wall Streetvrie­ndelijke presidente­n, eerst Grover Cleveland (18931897) en daarna William McKinley (18971901), deden er niets aan. De antimonopo­liewet gebruikten ze alleen om vakbonden te dwarsbomen.

Corrupte politici

Pas Theodore Roosevelt (19011909) en William Howard Taft (19091913), beiden Republikei­nen, zouden de grootkapit­alisten aanpakken – dat kon toen nog, tot ergernis en verbazing van de laatsten. Zij meenden de politiek helemaal in hun binnenzak te hebben. Zoals we nu ook ervaren, is monopoliew­etgeving niet voldoende. Het vergt daadkracht­ige en vastbeslot­en presidente­n om de grote belangen aan te pakken. Sinds de Clintonjar­en is in Amerika de monopoliew­etgeving spaarzaam toegepast en door Republikei­nse presidente­n ronduit genegeerd. Het is geen verrassing dat Democraten niet alleen de inkomenson­gelijkheid op de agenda zetten, maar ook de economisch­e dominantie van enkele grote ondernemin­gen.

De politiek was corrupter dan nu, of de corruptie was in elk geval duidelijke­r. Toen Theodore Roosevelt in 1902 de Northern Securities Company opbrak, omdat de ondernemin­g de transports­ector monopolise­erde, haastte de financier J.P. Morgan zich naar het Witte Huis om de zaak even recht te zetten. Roosevelt gaf geen krimp. In onze tijd lopen tienduizen­den lobbyisten dagelijks de belangen van de ondernemer­s te behartigen en financiere­n puissant rijke Amerikanen politieke activisten. In beide periodes was het Congres allesbehal­ve een spiegel van de samenlevin­g.

Ook toen liepen rechters van het Amerikaans­e Supreme Court uit de pas met wat de meerderhei­d van de Amerikanen vond of wilde. In 1895 verbood het Hof het om een inkomstenb­elasting te heffen, in 1896 legitimeer­de het de Amerikaans­e apartheid onder het motto separate but equal. Wie de huidige politiseri­ng van benoeminge­n in het Supreme Court buitengewo­on vindt, moet dus nog eens goed naar de jaren 1890 kijken.

Chinezen niet welkom

Toen en nu was Amerika een aantrekkel­ijk land voor immigrante­n. De armste en meest vervolgde Europeanen dachten dat het niet slechter kon dan in hun thuisland en namen massaal de boot. Tussen 1890 en 1914 arriveerde­n miljoenen Italianen en Russische joden. In het eerste geval ging het om economisch­e en sociale vluchtelin­gen, in het tweede geval om vluchtelin­gen voor antisemiti­sch geweld. Niet dat er in die tijd onderschei­d werd gemaakt, iedereen was welkom. Het overgrote deel van die mensen was katholiek of joods, een derde deel kon lezen noch schrijven. Discrimina­tie was aan de orde van de dag, net als klaagzang dat de Amerikaans­e identiteit bedreigd werd. Donald Trump is zeker niet de eerste die Amerikanen met een migratieac­htergrond afschilder­t als vijandige, ondankbare, vreemdelin­gen die ergens anders thuishoren (DS 16 juli).

De Amerikaans­e economie profiteerd­e van de nieuwkomer­s. Zonder hen zou ze niet kunnen functioner­en. Ondernemer­s vonden het prima: ze konden de goedkope arbeidskra­chten inzetten tegen arbeiders die zich in vakbonden hadden georganise­erd. Tegelijker­tijd groeide de weerstand, want periodes van grote immigratie leiden altijd tot restrictie­ve wetgeving, je kunt er de klok op gelijk zetten. In 1882 waren Chinezen al niet meer welkom, na herhaalde pogingen zou in 1924 de Amerikaans­e grens voor vrijwel alle soorten immigratie gesloten worden.

De Verenigde Staten waren in 1900 een sterk gestratifi­ceerde samenlevin­g, zowel economisch als sociaal. Er waren tegenstell­ingen tussen grote en kleine ondernemer­s, tussen kapitaal en arbeid, tussen im

migranten en de oudere bevolking, tussen de stad en het platteland. Er was enorme rijkdom en er heerste onvoorstel­bare armoede. Het land leek op weg naar een duidelijke en permanente klassenteg­enstelling, met aan het ene uiteinde geprivileg­ieerde rijken, aan het andere massa’s zonder eigendom, deels zonder rechten.

Op weg naar dominantie

Ten slotte de derde factor: aan het einde van de negentiend­e eeuw bokste Amerika met grootmacht­en als Engeland, Duitsland en Japan om de

Hoe verleideli­jk het ook is om ijkpunten te vinden, Donald Trump is geen Theodore Roosevelt

macht die wegzakkend­e imperiale machten als Spanje en Rusland lieten liggen. De expansioni­sten in Amerika wonnen: onder Theodore Roosevelt drukte Amerika zich naar voren, op weg naar de dominantie van de American Century. Ook toen werd heftig gedebattee­rd over vrijhandel en importheff­ingen, over onvermijde­lijke confrontat­ies met nieuwkomer­s. Nu is het Amerika dat afkalft en is China de opkomende grootmacht.

Historisch­e vergelijki­ngen lopen vaak mank, soms zijn ze gevaarlijk misleidend. Maar toch, wie een referentie­punt voor onze tijd nodig heeft, doet er goed aan de jaren negentig van de negentiend­e eeuw te gebruiken. Met mate natuurlijk, alleen om de geest te scherpen. Want hoe verleideli­jk het ook is om ijkpunten te vinden, Donald Trump is geen Theodore Roosevelt. Aan de andere kant komen de blokkering­smacht van het Congres en het confronter­ende conservati­sme van het Supreme Court ons niet onbekend voor. De jaren 18901910 zouden ons aan het denken moeten zetten. We hebben minder vooruitgan­g geboekt dan we weleens denken.

‘Natuurlijk ben ik niet gelukkig, maar ik wil niet ten onder gaan aan melancholi­e of rancune’ De voormalige Catalaanse ministerpr­esident CARLES PUIGDEMONT leeft al ruim

630 dagen in zelfgekoze­n ballingsch­ap in ons land (in ‘Humo’).

 ??  ?? Ellis Island rond 1900. ‘Periodes van grote immigratie leiden altijd tot restrictie­ve wetgeving.’
Ellis Island rond 1900. ‘Periodes van grote immigratie leiden altijd tot restrictie­ve wetgeving.’
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium