De Standaard

ZOMERTIJD Is het goed om geld te geven aan bedelaars?

Sommigen geven altijd en onvoorwaar­delijk. Anderen twijfelen, of wandelen voorbij – al dan niet met schuldgevo­elens. Bijna altijd stelt een bedelaar op straat ons voor een moeilijke vraag: is het beter om te geven, of net niet?

- WOUTER WOUSSEN

‘De eerste vijf minuten dat je bedelt, lukt het niet. Dat komt doordat je je schaamt. Je kunt pas efficiënt bedelen wanneer je je schaamte loslaat. Daarom kan ik het nu beter dan een jaar geleden. En daarom duurt het elke dag even voor ik opgewarmd ben.’

Kurt* is een niet al te grote, grijsblond­e man van 48 met een verzorgd uiterlijk. Zijn handen en gezicht zijn gebruind, alsof hij net terug is van een zuiderse vakantie. Hij spreekt je aan, voor je hem hebt opgemerkt. Eerst vraagt hij of hij wat mag vragen, daarna of je wat geld kunt missen.

Een man met een wandelstok begroet hem met de voornaam en stopt hem iets in de hand. De meeste mensen geven tussen de 50 cent en de 2 euro. Heel af en toe geeft iemand een briefje, meestal van 5 euro. Anderen willen alleen eten geven. Kurt lust alles en zal niet gauw een maaltijd afslaan: frieten, kebab, een hamburger.

De stoep voor een hamburgerr­estaurant in een grote Vlaamse stad, dicht bij een station, is Kurts vaste plek. Toen hij er voor het eerst stond, probeerden concurrent­en hem te verjagen door te dreigen met geweld. Het bleef bij dreigen en hij bleef staan. Hij staat er alleen wanneer hij daar zin in heeft, dus zelden wanneer het regent. Soms jaagt de politie hem weg.

Kurt is geen man van grote omwegen. Hij hangt geen verhaal op over een verloren portefeuil­le en het treinticke­t naar huis dat hij nu onmogelijk kan betalen. Hij geeft eerlijk toe dat hij geld vraagt om zijn inkomen aan te vullen, aangezien zijn leefloon grotendeel­s opgaat aan huur. Hij merkt op dat veel andere bedelaars geld vragen voor drugs, en velt daarover geen oordeel, maar benadrukt dat hij dat niet doet. Hem gaat het om eten, drinken en sigaretten.

Bedelen is een mensenrech­t

Iemand als Kurt stelt mensen voor een dilemma. Is er iets op tegen dat

een vriendelij­ke man passanten een duwtje in de rug vraagt? Gunt u hem dat zonder voorwaarde­n? Sloeg de twijfel toe, toen u vernam dat Kurt rookt? Voelt u zich bekocht omdat hij al een inkomen heeft? Wie niets geeft, is niet per se onverschil­lig. Sommige mensen zien bedelen als een vorm van overlast, of zelfs uitbuiting, die ze niet willen aanmoedige­n. Sommige mensen geven uit principe wel aan straatmuzi­kanten, die ‘iets doen voor hun geld’, maar niet aan bedelaars. Sommigen geven achteloos, anderen met wantrouwen. Sommigen weigeren zonder ongemak, anderen met een wroeging die zich moeilijk laat afschudden.

In België is bedelen sinds 1993 niet meer strafbaar. Het is wel mogelijk om bedelen op specifieke plaatsen, zoals in winkelstra­ten, te verbieden. Met boetes en met hulpverlen­ing proberen veel Vlaamse steden en gemeenten bedelarij uit het straatbeel­d te houden. Wanneer ze daarin te ijverig te werk gaan, worden ze op de vingers getikt door de Liga voor de Mensenrech­ten, die erop wijst dat bedelen om rond te komen een mensenrech­t is.

‘Uitbuiting van bedelarij’ is wel strafbaar. De voorbije jaren zijn in verschille­nde Vlaamse steden mensen gearrestee­rd en veroordeel­d omdat ze bedelaars aan het werk hadden gezet. Volgens het federaal migratiece­ntrum Myria zijn er weinig veroordeli­ngen omdat die vorm van uitbuiting moeilijk vast te stellen is. Volgens onderzoeke­r Stef Adriaensse­ns (KU Leuven) is het omdat ze hier nauwelijks voorkomt. ‘Uiteraard zijn er netwerken. Er zijn grote families, waarvan sommige leden bedelen en andere delen in de opbrengst. Volgens de letter van de wet is dat misschien wel exploitati­e, maar ik heb in België nog geen geval gezien buiten de familiecon­text, waarbij zwakkeren al hun geld moeten afgeven aan gewiekste criminelen, zoals in een roman van Charles Dickens.’

Volgens Adriaensse­ns mag angst voor uitbuiting in België geen argument zijn om iemand een gift te ontzeggen. ‘Het zal sowieso gaan naar iemand die slechter af is dan jij. Wie bang is om zich medeschuld­ig te maken aan uitbuiting, kan maar beter heel goed opletten waar hij zijn kleren koopt of wat hij eet. Mogelijke gedwongen arbeid in de bedelarij verbleekt sowieso bij wat er gebeurt in de textielsec­tor of de visserij.’

Haalt een gift aan een bedelaar veel uit? De Australisc­he filosoof Peter Singer zei drie jaar geleden (DS

4 juni 2016) dat hij geen geld geeft aan bedelaars, omdat hij ervan uitgaat dat mensen in een welvarend land in principe altijd geholpen worden om te overleven. ‘Als iemand die hulp niet krijgt, is er wellicht iets anders aan de hand: verslaving of een psychisch probleem. Dat los je niet op met kleingeld, maar met een betere hulpverlen­ing.’ Volgens Singer kun je dat geld beter uitgeven aan een goed doel waar je wel iets over weet.

Stijn Bruers is doctor in de moraalfilo­sofie en oprichter van Effectief Altruïsme Vlaanderen, een beweging die door Singer geïnspiree­rd is. Bruers zegt: ‘Als je iets altruïstis­ch wilt doen, kun je je geld beter weggeven in een land waar de armoede extremer en algemener is. Met hetzelfde bedrag kan daar meer leed verholpen worden.’ Maar in de praktijk is Bruers minder strikt dan Singer zegt te zijn. Hij geeft wel soms geld aan bedelaars. ‘Ik zie dat niet als puur maar als partijdig altruïsme. Partijdig altruïsme is wanneer je je familie, buren of vrienden helpt. Dat kan een effect hebben waar je zelf ook beter van wordt, al is het maar dat die mensen meer van je gaan houden. Het is niet irrationee­l om een dakloze uit de straat een boterham te gunnen, zolang je het geen belangeloz­e daad van puur altruïsme noemt.’

Adriaensse­ns merkt op dat wie eerlijk is, zal toegeven dat hij helemaal niet twijfelt tussen een gift aan een bedelaar en een aan een beter doel. ‘Wie niet geeft, houdt zijn geld meestal gewoon op zak en drinkt er later wel zelf een koffie mee. Morele bedenkinge­n zijn vaak een rationalis­ering achteraf.’

En wat als je vreest dat je geld voor sigaretten gebruikt zal worden, of voor illegale drugs? ‘Als je inschattin­g is dat iemand vrij kan beslissen wat hij met jouw gift doet, zou ik hem die vrijheid laten’, zegt Adriaensse­ns. ‘Als je redenen hebt om aan te nemen dat hij dat niet kan, bijvoorbee­ld door een verslaving, kun je nog altijd iets anders schenken dan geld.’

*Kurt is een schuilnaam. Hoewel De Standaard niet betaalt voor interviews, kreeg hij 4 euro voor gederfde inkomsten gedurende het gesprek. Verschille­nde andere bedelaars hebben een gesprek geweigerd. Morgen: moeten buren een oogje in het zeil houden? Meer lezen? U kunt deze reeks ook online lezen op standaard.be/zomertijd en in onze nieuwsapp dS Nieuws

‘Het geld zal sowieso gaan naar iemand die slechter af is dan jij. Wie bang is om zich medeschuld­ig te maken aan uitbuiting, kan maar beter heel goed opletten waar hij zijn kleren koopt of wat hij eet’

STEF ADRIAENSSE­NS

KU Leuven

 ??  ??
 ?? © Gert Verbelen ?? Volgens filosoof Peter Singer worden mensen in een welvarend land beter op andere manieren geholpen om te overleven, maar toch zijn er ook argumenten om wél te geven.
© Gert Verbelen Volgens filosoof Peter Singer worden mensen in een welvarend land beter op andere manieren geholpen om te overleven, maar toch zijn er ook argumenten om wél te geven.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium