Het leven wordt geleefd
Het gaat uitstekend met Thomas Verbogt, dank u. En met zijn verhalen.
‘Je kunt wel deel uitmaken van een samenleving, maar het is ook nuttig er zo nu en dan doorheen te lopen.’ De verhalen van Thomas Verbogt (66), die met Olifant van zeep zijn vijfendertigste boek publiceert, wemelen van dit soort geestige, diepzinnige en tegelijk luchtige zinnen. ‘Hij wil niet moeilijk doen, het leven is een avontuur waarvoor je kiest, maar dat kan alleen als je accepteert dat het avontuur ook voor jou kiest’, is er nóg zo een, die vooral een schaterlach opwekt als je leest
dat het avontuur zich afspeelt in een supermarkt, waar een onhandige intellectueel wordt gevraagd mee te doen aan een enquête.
Verbogt – sommige verhalen gaan gewoon over ‘Thomas Verbogt’ – beleeft allerlei avonturen in het dagelijks leven, en weet daar op papier een meesterlijke draai aan te geven. ‘De namiddag is een fijn tijdstip. Dan heb je daarna nog iets aan je dag, zoals dat heet. Ik ben iemand die graag zo lang mogelijk iets aan zijn dag heeft’, heet het in het verhaal ‘Mokkel’. Niet alleen aan zijn dag: de verhalen in Olifant van zeep laten zien hoe een mens zo lang mogelijk iets aan zijn leven heeft. Door zich veel met verwondering zijn verleden te herinneren – oude liefdes, studententijd in Nijmegen, meisjes, nieuwe liefdes, vriendschap – en met dezelfde verwondering rond te kijken in zijn huidige leven. ‘Waar ben ik dan?’ vraagt hij zich geregeld af.
De mensen die Verbogt in zijn verhalen tegenkomt, vragen vaak: ‘Hoe gaat het toch met Thomas Verbogt?’ Nou, blijkt uit deze verhalenbundel: het gaat uitstekend met Thomas Verbogt. Hij komt in de raarste situaties terecht en weet zich daar met veel zelfspot en ironie uit te redden. Zo brengt hij een wekker die niet wekt terug naar het warenhuis, of probeert hij tegen zijn natuur in ‘uit te slapen’, een situatie die erin eindigt dat hij bloot met alleen een ochtendjas aan en een bloedende voet op een steiger probeert te klimmen. ‘Wat staan we hier precies te doen?’ vraagt een politieagent hem.
Ja, dat is nog eens een goede vraag, die Verbogt in de hele bundel niet beantwoordt. Het leven wordt geleefd, en er wordt met nauwverholen plezier en lichte melancholie verslag van gedaan. Of zoals Verbogt schrijft in zijn verhaal ‘Smaak van haring’: ‘Er is nu eenmaal altijd iets aan de hand.’