314 ‘zwarte’ punten langs Vlaamse wegen
Op de nieuwe ‘zwarte lijst’ van de Vlaamse overheid staan vooral complexe kruispunten, waarop niemand zijn weg vindt.
BRUSSEL I Met stip boven aan de nieuwe lijst staat een kruispunt op de A12 in Aartselaar, ter hoogte van de kruising met de Kontichsesteenweg en de Cleydaellaan. Op dat kruispunt takken maar liefst 22 rijstroken aan, verdeeld over 10 wegen. Midden oktober nog raakte een vrouw er zwaargewond, nadat ze met haar auto tegen een andere auto was gebotst en tot stilstand kwam tegen een verkeerslicht. Voetgangers die de A12 oversteken, moeten er maar liefst vier afzonderlijke zebrapaden voor gebruiken.
Klachtenregen
Om het kruispunt snel veiliger te maken, paste het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) er in maart de verkeerslichtenregelingen aan. Het was een ‘keuze voor meer verkeersveiligheid’. Maar in de nasleep daarvan regende het klachten van voornamelijk ondernemers uit de omgeving. Zij trokken zelfs naar de rechter uit onvrede met de ‘verkeersellende’ en de aanzwellende files die het gevolg waren van de veranderde regeling (DS 5 juli). AWV draaide de aanpassingen uiteindelijk grotendeels terug. Momenteel vinden er werken plaats voor extra opstelstroken.
Ook het op een na ‘zwartste’ verkeerspunt van Vlaanderen ligt op die A12. Het is de enige autosnelweg in Vlaanderen met gelijkgrondse kruispunten en verkeerslichten.
Lugubere berekening
Na die twee, volgen nog 312 locaties in Vlaanderen die de overheid voortaan als ‘zwart punt’ beschouwt. Het zijn de plaatsen waar tussen 2015 en 2017 de meeste verkeersongevallen plaatsvonden. Elk zwart punt kreeg een score, op basis van een wat lugubere berekening: aan elk dodelijk slachtoffer werd een ‘gewicht’ van vijf toegekend, aan elk zwaargewond slachtoffer een drie en aan elk lichtgewond slachtoffer een één. Elk kruispunt waar minstens drie ongevallen gebeurden in drie jaar tijd en dat een ‘score’ van vijftien of meer heeft, staat op de lijst.
Vorig jaar waren dat er nog 212, 100 minder dus. Dat heeft vooral te maken met een aanpassing van
Het ‘zwartste’ kruispunt van Vlaanderen, aan de A12 in Aartselaar. de berekeningswijze. Op de nieuwe lijst wegen de ongevallen met voetgangers, fietsers en bromfietsers opnieuw zwaarder door: voor die ongevallen wordt een verhogingsfactor van 1,7 toegepast. Zo wil de overheid de onderregistratie van die ongevallen compenseren: als een auto een fietser aanrijdt, komt daar minder vaak een politieinterventie aan te pas, dan wanneer twee auto’s botsen. Ze duiken zo minder snel op in de ongevallenstatistieken.
Voor de allereerste zwarte lijst uit 2002 gold dat systeem ook al. De vorige mobiliteitsminister Ben Weyts (NVA) paste het niet toe. ‘Ik maak geen onderscheid tussen slachtoffers’, zei hij.
Efficiëntiewinst
De volgorde van de zwarte lijst bepaalt in grote lijnen de prioriteit die de verschillende kruispunten toegekend krijgen door het Agentschap Wegen en Verkeer, dat ze moet wegwerken. De kruispunten zijn onderverdeeld in vijf categorieën: werken in uitvoering; quick wins gepland; uitgebreidere aanpassingen gepland; wordt onderzocht; en de punten die al onderzocht werden, maar waarbij geen oorzaak bij de infrastructuur gevonden werd. De oorzaken van de ongevallen lagen daar eerder bij het gedrag van de weggebruikers of bij het toeval.
Hoeveel van de 314 zwarte punten in welke categorie vallen, kon AWV vrijdag nog niet zeggen. Minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) zegt alleszins ‘alles te willen inzetten op de wegwerking van de punten’. Ze wil niet alleen extra investeren, maar ook werk maken van ‘efficiëntiewinsten in procedures’.
Op haar bord liggen trouwens ook nog 32 gevaarlijke punten die ook al op de allereerste zwarte lijst uit 2002 stonden. Aan zeven daarvan wordt gewerkt, negentien andere projecten moeten nog aanbesteed worden.