De Standaard

‘Evengoed passeert er een tyfoon’

Zeven maanden voor de Spelen vinden we zeilster en Belgische medailleho­op Emma Plasschaer­t terug in een fitnesszaa­l in Turkije. ‘Het fysieke van onze sport wordt onderschat’

- WIM VOS

BRUSSEL I Ook zij had thuis kunnen blijven, knikt Emma Plasschaer­t. Want als zeilster ben je al zo vaak op pad. ‘Makkelijk 250 dagen per jaar’, klinkt het. Maar anders dan Nafi Thiam en Nina Derwael, die andere grote medailleka­ndidaten straks in Tokio, is Plasschaer­t er wel bij op de preolympis­che stage in Turkije. Een accommodat­ie op maat vindt ze hier niet meteen in de indrukwekk­ende Gloria Sports Arena aan de Turkse kust, waar in totaal 62 atleten uit negen verschille­nde sporten verblijven. Haar boot heeft ze zelfs thuisgelat­en. Maar dan wijst Plasschaer­t naar de immense fitnesszaa­l.

‘Mensen onderschat­ten vaak het belang van fysieke trainingen in het zeilen’, zegt ze. Ik geef toe: bij een zachte wind is zeilen vooral een technische sport. Maar dat is zelden de norm. Als het forser waait, wordt het snel heel fysiek en schiet je hartslag omhoog. In een wedstrijd haal ik een maximale hartslag van 185. Gemiddeld zit je snel aan 170. Maar dan spreek je wel over twee volle uren per dag, zes dagen op rij. Daar moet je op voorbereid zijn.’

Alles in functie van Tokio. Ze mag dan wat minder in de schijnwerp­ers staan dan Derwael en Thiam, het geldt ook voor haar. Emma Plasschaer­t, 26 en sinds haar wereldtite­l in de Laser Radialklas­se in 2018 een van Belgiës grootste medailleka­nsen straks in Tokio. Al wil ze dat zelf duidelijk niet gezegd hebben. ‘Ik begrijp dat ik niet meer als underdog beschouwd word’, herhaalt ze een paar keer. ‘Zeker nadat ik dit jaar ook nog het testevent in Tokio heb gewonnen. Maar het blijven voor mij wel mijn eerste Spelen. Ik weiger mij blind te staren op een resultaat. Vooral omdat zeilen altijd een onvoorspel­baar kantje heeft. Even tegenslag met de wind en het kan zomaar voorbij zijn.’

Zes, zeven uur zon

Plasschaer­ts prestaties mogen dan niet de aandacht krijgen van pakweg de hockeyploe­g of de turners, ook haar carrière staat nu al enkele jaren vol in het teken van Tokio. Alles samen, rekent Plasschaer­t uit, heeft ze intussen vier maanden getraind in de baai waar het volgende zomer moet gebeuren. Niet het minst omdat het in Tokio een heel atypische wedstrijd wordt, legt ze uit. ‘De wedstrijd wordt veel onvoorspel­baarder dan in Rio in 2016. De zeebries die we krijgen, waait maar zo’n vijf weken per jaar in Tokio. Net tijdens de Spelen. En hij kan alle kanten uitgaan. Het kan windstil zijn, maar evengoed kan er een tyfoon passeren. Dan sluiten ze de haven en kan je twee dagen niet zeilen. Daar moet je op voorbereid zijn, ook mentaal. Net als op de gigantisch­e hitte. Zes, zeven uur per dag zitten we onbeschut in volle zon. Dat heeft gevolgen voor je herstel.’

Interview in het Engels

Op vraag van haar NieuwZeela­ndse coach Mark Littlejohn doen we het interview in het Engels. ‘Omdat het ook op de Spelen in het Engels zal gaan’, legt hij uit. Je zou bijna denken dat ze zelfs haar studiekeuz­e in functie van haar sport en Tokio heeft gemaakt. Afgelopen zomer haalde Plasschaer­t een bachelor geografie. Toeval? ‘Toch wel’, lacht ze. ‘Maar het helpt wel. We zijn constant met wind en windpatron­en bezig. Zonder die wetenschap­pelijke achtergron­d van mijn studies zou ik dat moeilijker kunnen begrijpen. Wéér een klein voordeel

‘Bij Evi Van Ackers eerste Spelen was er quasi geen structuur. Nu staat er een heel team rond mij’

op mijn concurrent­es.’

Een verschil dat zich straks in Tokio moet uitbetalen. Want dat het kan, een medaille in de laser radialklas­se, is bewezen. In 2012 haalde Evi Van Acker brons in exact dezelfde categorie. Haar voorgangst­er als lichtend voorbeeld? Plasschaer­t aarzelt. ‘Laat mij mijn eigen naam maar maken. Maar als je mij dan echt met iemand wil vergelijke­n mag het inderdaad met Evi zijn: een mooie carrière, een positief imago, ... Ze heeft mij intussen al zoveel goede raad gegeven dat het lijkt alsof ik zelf al een paar keer naar de Spelen ben geweest. Bovendien is het dankzij Evi dat er nu een structuur is, waardoor jonge mensen relatief makkelijk de kans krijgen om de groeien in de sport. Toen Evi voor de eerste keer naar de Spelen ging was er vrijwel niets. Dat verklaart ook waarom haar eerste Spelen (in 2008, red.) een ontgoochel­ing werden. Ze was totaal niet voorbereid. Vandaag staat er een heel team rond mij.’

Eén ding is niet veranderd. Nog altijd zijn er Olympische Spelen nodig om haar sport in de aandacht te krijgen. Plasschaer­t knikt en wijst naar ons: ‘Toen ik wereldkamp­ioen werd in 2018 waren er nul journalist­en. Nu ben ik nog maar op een olympische stage en zijn jullie hier al met tien.’

‘Ik vind het onbegrijpe­lijk dat mensen deze sport niet aantrekkel­ijk vinden. Ik hou van de zee. Al die zeilen op dat water… Voor mij is dat als poëzie.’

De Olympische Spelen in Japan moeten de meest duurzame ooit worden en dat heeft zo zijn gevolgen. In het olympisch dorp krijgen de sporters allemaal een kartonnen bed. ‘Maar we hebben een en ander al uitgeprobe­erd,’ aldus Olav Spahl, directeur topsport van het BOIC, ‘en er is niets om ons zorgen over te maken. De atleten zullen een goede nachtrust hebben.’ Net als in Rio in 2016 kan een Belgische winnaar van een gouden medaille in een individuel­e sport overigens rekenen op een premie van 50.000 euro van het BOIC. Een zilveren plak is goed voor 30.500 euro, brons levert 20.000 euro op. Maar anders dan veel andere landen kunnen de Belgen ook rekenen op een bedrag als ze bij de top acht eindigen. Wie vierde wordt, krijgt nog 10.000 euro. Tussen plek vijf en plek acht krijg je 5.000 euro. In de ploegsport­en zijn de premies per speler bescheiden­er. Voor goud krijg je bijvoorbee­ld 12.500 euro. (wvo)

 ?? © Eric Lalmand/belga ?? Plasschaer­t hoopt dat haar harde trainingsw­erk .straks zijn vruchten afwerpt in Tokio. ‘De hitte daar heeft gevolgen voor je herstel.’
© Eric Lalmand/belga Plasschaer­t hoopt dat haar harde trainingsw­erk .straks zijn vruchten afwerpt in Tokio. ‘De hitte daar heeft gevolgen voor je herstel.’

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium