Fruitbedrijf Hein Deprez weg uit Suriname
The Fruit Farm Group, de plantageholding van fruit en groentekoning Hein Deprez, heeft alle activiteiten op zijn bananenplantages in Suriname opeens stopgezet. De Surinaamse overheid beweert dat Deprez er een schuldenput van ‘meerdere miljoenen’ achterla
PIETER VAN MAELE
BRUSSEL I Het waren arbeiders van Food and Agricultural Industries, zoals de Surinaamse tak van The Fruit Farm Group heet, die in het weekend van 8 en 9 februari in lokale media aan de bel trokken. Ze vertelden er dat ze hun salaris voor de maand januari nog steeds niet volledig ontvangen hadden, en dat ze vreesden dat het bananenbedrijf de deuren zou sluiten. Begin deze week bevestigde een vakbondsleider binnen de onderneming dat alle buitenlandse managers Suriname intussen hadden verlaten. ‘Zonder ook maar enige kennisgeving’, klonk het in de krant De Ware Tijd.
‘Het lokale, lagere management dat is achtergebleven, kan ons geen zinnige antwoorden geven.’
Pas vijf dagen later, op donderdag 13 februari, bevestigde The Fruit Farm Group in een ultrakort persbericht van drie zinnen dat het inderdaad zijn bananenplantages in Suriname heeft gesloten. ‘The Fruit Farm Group trekt zich noodgedwongen terug uit Suriname. Gelet op de huidige onduidelijke financiële en economische toestand van Suriname, die de afgelopen jaren enkel maar achteruit is gegaan, is er geen mogelijkheid meer om verder te opereren’, klonk het daarin.
Bananenziekte
Het bedrijf van Hein Deprez legt daarmee de schuld voor het plotse vertrek uit de ZuidAmerikaanse republiek volledig bij Suriname zelf. Het was er sinds 2014 actief, op twee bananenplantages in het westen van het land, samen goed voor zo’n 2.000 hectare. Suriname kampt inderdaad al sinds 2015 met een torenhoge inflatie, opeenvolgende devaluaties en politieke instabiliteit, wat zakendoen er niet eenvoudig maakt.
Wat The Fruit Farm Group echter niet vermeldt, is dat het zelf ook al langere tijd problemen heeft. Over 2018 incasseerde Deprez nog een verlies van 25,7 miljoen euro met The Fruit Farm Group, zijn nietbeursgenoteerde plantageholding – een zusterbedrijf van het beursgenoteerde en eveneens noodlijdende Greenyard. In november 2019 ging een glastuinbouwdivisie van The Fruit Farm Group in het Friese dorp Sexbierum failliet. Begin dit jaar meldde De Tijd dat de obligatiehouders van de groep Deprez een jaar respijt hadden gegeven om die lening aan hen terug te betalen.
Daarnaast kampten de bananenplantages van The Fruit Farm Group in Suriname ook al jaren met de mokoplaag, een besmettelijke bacterie die de bananenplanten er in sneltempo liet afsterven. Volgens Surinaamse media ging door de bacterie ‘al meer dan de helft’ van de totale aanplant verloren, een miljoenenverlies.
Schuldenput
De Surinaamse regering reageerde woedend op de summiere persverklaring van The Fruit Farm Group, die de volledige blaam bij het land zelf legde. ‘Stel u maar eens voor dat een Surinaamse onderneming dit in WestEuropa had gedaan. Mensen laten werken zonder ze te betalen, en intussen afwezig blijven en geen gehoor geven aan onze vragen’, brieste Rabin Parmessar, minister van Landbouw, in het Surinaamse parlement. ‘Mocht een Surinamer dit doen in Europa, dan was hij minstens opgesloten in de gevangenis.’
Parmessar maakte verder nog bekend dat de Surinaamse regering, die 10 procent van de aandelen van Food and Agricultural Industries bezit, het aanbod van Deprez om de overige 90 procent van de aandelen over te kopen, had afgewezen. ‘De regering is niet van plan een bedrijf over te nemen dat bij lokale banken een schuldenput van meerdere miljoenen heeft uitstaan.’
De Surinaamse regering verbond er zich wel toe ‘uit menselijk oogpunt’ de nog openstaande salarissen van de 2.000 arbeiders over januari uit te betalen. Ze onderzoekt ook of er doorstartmogelijkheden zijn.
Hein Deprez was niet bereikbaar voor commentaar.
‘Mocht een Surinamer dit doen in Europa, dan was hij minstens opgesloten in de gevangenis’ RABIN PARMESSAR Surinaams minister van Landbouw