De miljarden vliegen ons om de oren
De Verenigde Staten gaan de coronacrisis te lijf met 2.000 miljard dollar. Daarover bereikten het Huis van Afgevaardigden en de regering een akkoord. Daarmee willen ze voorkomen dat de economie in een depressie belandt. Een onderdeel is om elke werkende Amerikaan 1.200 dollar uit te keren. Het megaplan is van een ongeziene omvang, maar tal van landen nemen gelijkaardige maatregelen. De miljarden vliegen ons om de oren.
1.
Waar komt al dat geld vandaan?
Het komt ten laste van de begrotingen. Ook de Belgische maatregelen zullen zo bekostigd worden. Concreet komt het erop neer dat de overheid het geld leent op de financiële markten, waardoor de staatsschuld omhoog gaat.
2.
Dat mocht toch niet?
Klopt. Maar dat bezwaar wordt nu overboord gegooid. De Europese Commissie heeft alle begrotingsregels opgeschort. In principe kan de staatsschuld heel hoog oplopen. In Japan bedraagt die 250 procent van het bruto binnenlands product. In België en de Verenigde Staten ongeveer 100 procent.
3.
Maar al dat geld moeten we ooit terugbetalen.
Nee. Staatsschuld wordt zelden echt terugbetaald, de leningen worden telkens opnieuw verlengd. Dat de schuld soms toch daalt, komt vooral doordat de economie sneller groeit dan de schuld aanzwelt. Waar het op aankomt, is dat de schuld houdbaar blijft. Lees: de rentelasten moeten draaglijk blijven. Bij de huidige lage rente is dat niet direct een probleem. Vooral niet omdat de centrale banken een handje helpen.
4.
Hoe werkt dat dan?
Het schuldpapier dat de overheden uitgeven, wordt gedeeltelijk weer opgekocht door de centrale banken. Daardoor blijft de vraag naar staatsschuld hoog en de rente laag. De ECB bijvoorbeeld heeft daar de afgelopen jaren 2.575 miljard euro aan uitgegeven, en voegt daar dit jaar nog 1.110 miljard euro aan toe. Al gaat een deel van dat bedrag ook naar overheidsobligaties.
De Federale Reserve in de VS is nog verder gegaan en heeft sinds kort geen limiet meer voor de opkoop van overheidsschuld. Zo wordt het geld dat overheden uitgeven, indirect gefinancierd door de centrale banken.
5.
Hoe doen die dat?
Simpel gezegd: door de digitale geldpers aan te zetten. De unieke eigenschap van centrale banken is dat ze onbeperkt geld uit het niets kunnen creëren. Door staatsobligaties op te kopen, komt dat geld terecht bij banken en financiële instellingen. Die kunnen het weer verder in de economie pompen.
6.
Als we dat voor de coronacrisis kunnen, waarom dan niet voor het klimaat of andere doelen?
In een scherpe economische neergang hopen de overheid en de centrale banken met extra geld de bedrijven en huishoudens aan te sporen om te blijven consumeren en investeren. Zo blijft de economie draaien en wordt grotere schade voorkomen. In normale omstandigheden is dat niet nodig, en wordt erop vertrouwd dat de gebruikelijke kanalen volstaan om investeringen gefinancierd te krijgen.
7.
Zijn er helemaal geen bezwaren?
Toch wel. Grootschalige geldschepping wakkert volgens de gangbare economische theorieën de inflatie aan. Als de geldhoeveelheid sneller groeit dan de economische activiteiten zelf, wordt geld minder waard en stijgen de prijzen. Maar het gevaar op stijgende inflatie is nu beperkt. Door de instortende vraag naar diensten, producten en arbeid dreigen de prijzen eerder te dalen dan te stijgen. Bovendien hebben de centrale banken de afgelopen jaren al duizenden miljarden in de economie gepompt zonder dat de inflatie zelfs maar het gewenste niveau bereikte.