‘Kom alstublieft naar de spoed als het nodig is’
Tania Desmet (33) staat als spoedarts in het UZ Gent elke dag in de frontlinie van de strijd tegen het nieuwe coronavirus.
GENT I ‘We raden mensen sterk aan om naar de spoeddienst te komen als het nodig is’, zegt spoedarts Tania Desmet, die voor haar dienst de coronacrisis coördineert. ‘We zien nu mensen die zich laattijdig aandienen. Ze hebben de beslissing om te consulteren uitgesteld. Bij hen beseffen we soms: als ze sneller waren gekomen, dan hadden ze minder complicaties gehad of hadden we ze beter kunnen helpen.’
‘Het gaat enerzijds over patiënten met infecties allerhande, maar ook over patiënten met een chronische aandoening, zoals diabetes, nierfalen of chronisch hartfalen.’ Zeker bij die mensen is er een verkeerd beeld ontstaan. ‘Als ze de boodschap krijgen dat hun consultaties worden uitgesteld, worden mensen bang om ons te overbelasten.’
‘Vermoedelijk is een deel van deze patiënten ook bang om zelf ziek te worden. Dat beeld moet bijgestuurd worden. De spoeddiensten zijn wél veilig. Patiënten hebben hier niet méér kans om besmet te worden dan in de supermarkt. Mensen met en zonder respiratoire klachten worden strikt van elkaar gescheiden op de spoeddienst.’
Telefonische consultatie
‘Natuurlijk is het waar dat je niet met de minste klachten naar de spoeddienst moet komen, maar als je alarmsymptomen ervaart is het uiterst belangrijk om je bezoek niet langer dan nodig uit te stellen. Dit uitstellen van zorg kan een nog groter drama worden dan de coronacrisis.’
‘Een telefonische consultatie is uiteraard beter dan geen consultatie, maar vermits er geen klinisch onderzoek kan gebeuren, kan je een telefonisch consult niet helemaal gelijkstellen aan een doktersbezoek. Zowel ziekenhuis als huisartsen doen hun uiterste best om mensen telefonisch te helpen, maar dat mag voor de patiënt geen reden zijn om alarmtekenen te negeren. Vooral mensen met een ernstige onderliggende aandoeningen hebben mogelijk niet genoeg aan een consult op afstand om complicaties te voorkomen.’
Beademing
Ondertussen is ook duidelijk dat patiënten op de intensieve zorg lang beademd moeten worden. ‘10 tot 14 dagen is het gemiddelde’, aldus Desmet. ‘Dat is langer dan in veel andere situaties. Dit kan zeker een belangrijke bottleneck worden voor de doorstroom van patiënten op intensieve zorg.’
‘Niet iedereen heeft er baat bij om in een kunstmatige coma te worden gebracht. In bepaalde situaties is de kans op een gunstige uitkomst nagenoeg onbestaande. ‘Dat wordt afgewogen aan de hand van reeds bestaande protocollen. De afweging is in een coronacrisis niet anders dan ervoor. Niet de leeftijd, maar de fitheid en kwetsbaarheid zijn daarbij doorslaggevend. Een internationaal scoresysteem geeft hierbij een objectieve leidraad. De intensiteit van de therapie is een medische beslissing. Die wordt overigens nooit door één arts genomen. Soms is het niet zinvol om een mensenleven kunstmatig te verlengen als men weet dat de kans op een kwalitatieve uitkomst onbestaande is.’
‘Mensen worden bang om ons te overbelasten’ TANIA DESMET Spoedarts UZ Gent