Succesvolle exit vergt lokale aanpak
Bij het terugdraaien van de lockdown moeten de gemeenten de hoofdrol toebedeeld krijgen, vindt KOEN VAN GERVEN.
In afwachting van de perfecte wereld, met een vaccin, zijn er heel wat dingen die goed genoeg zijn om nu al te doen
De nieuwe fase van de pandemie, waarbij we de uitdaging hebben om de lockdown terug te draaien, bewijst – na het debacle van de wooncentra en de doehetzelf zaken – dat de huidige aanpak niet werkt om tot een exit te komen. De centrale en doortastende aanpak om de lockdown te starten, heeft wel uitstekend gewerkt en heeft vermoedelijk duizenden levens gered. Maar diezelfde aanpak, waarbij de Nationale Veiligheidsraad niet alleen de lijnen uitzet en de princiepsbeslissingen neemt, maar ook alles in de kleinste details moet uitwerken, zal een fiasco blijven, zelfs met het leadership van een Churchill.
We moeten het geweer van schouder veranderen. Het goede nieuws is dat er een model is, gebaseerd op drie principes die niet ingewikkeld en zelfs gekend zijn:
1. One size does not fit all
De situatie van de wooncentra heeft aangetoond dat het nergens op slaat om één regel uit te vaardigen die identiek is voor iedereen en overal. Het ene woonzorgcentrum is het andere niet. Zoals niet alle doehetzelfzaken identiek zijn. Dat zullen we ontdekken voor alle sectoren en activiteiten.
Er zal dus een gedifferentieerde aanpak moeten zijn per locatie, per sector en per activiteit.
2. Lokale verantwoordelijkheid
De grote principes om deze pandemie te lijf te gaan zijn gekend: handhygiëne, social distancing, gecontroleerd niezen, mondmaskers, ... Zij zijn uitgezet op federaal niveau, omdat ze voor iedereen en overal gelden. Zij zullen de leidraad blijven voor het goed beheer in de volgende maanden.
Maar laten we de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het terugdraaien van deze lockdown naar het lokale niveau brengen. De gemeente is hiervoor het juiste ni
veau. De gemeentelijke bestuurders kennen doorgaans hun lokale bedrijven, winkels en instellingen en ook de ‘sérieux’ van hun directeurs of managers dat is niet onbelangrijk.
De gemeenten kunnen op basis van de concrete situatie op het terrein bepalen of een bepaalde winkel, bedrijf of instelling mag openen. Zij kunnen op vestigingsniveau beoordelen of de voorgestelde veiligheidsmaatregelen van het heropeningsplan geloofwaardig zijn en correct worden uitgevoerd. Ze staan ook in voor de opvolgcontrole en rapportering. Maar ik zie ook de provincies een rol spelen in de aggregatie van het toezicht. Laten we de structuren die we hebben, hun nut bewijzen. De principes van de lockdown blijven evenwel op federaal vlak bepaald, door de Veiligheidsraad.
3. Meten is weten
We moeten massaal gegevens verzamelen door te testen en we moeten op zoek gaan naar zowel de met covid besmette burgers als naar degenen met immuniteit.
Voor de eerste zoektocht – naar covidbesmetting – is het onbegrijpelijk dat de beschikbare testcapaciteit niet gebruikt wordt. De bureaucratie bewijst hier weerom haar vermogen om inertie in een proces te brengen. Leg ook hier de verantwoordelijkheid op het lokale niveau. Beslis lokaal om bijvoorbeeld elke dag 100 mensen te testen, te beginnen met zorgverleners en leerkrach
ten, tot iedereen getest is, en dan beginnen we opnieuw.
Waarom is dit nuttig? We weten dat de reproductiefactor (de Rwaarde) een kerncijfer wordt om de kracht van de pandemie te meten. Maar we moeten niet 1 cijfer voor heel België kennen, maar wel een reproductiegetal met de granulariteit van een gemeente. Als de gemeenten zelf tests organiseren, zal er dagelijks of wekelijks een Rwaarde per gemeente bepaald kunnen worden. Als die waarde goed evolueert, kan die gemeente verder gaan in het afbouwen van de lockdown. Als dat niet het geval is, zal die gemeente trager moeten gaan, of terug naar een strenger regime moeten gaan.
We moeten ook massaal gaan testen op immuniteit. Hierdoor krijgen we een beeld over wie immuniteit verworven heeft. Deze informatie kan ons helpen om op een slimme wijze uit de lockdown te gaan, door de immune mensen preferentieel in te zetten op kritische plaatsen, bijvoorbeeld in de zorg van covidpatiënten.
Bovendien geeft het aan de betrokkenen en hun omgeving mentale gemoedsrust. Voor 5 euro heb je een serologische test. Die gebeurt zoals het suikergehalte bij een diabetespatiënt gemeten wordt. Dat is misschien niet perfect, maar wel in gebruik in heel Europa. Alleen hier, in België, is deze test niet beschikbaar, want verboden door de overheid. Nogmaals, misschien is het niet de ideale test, maar het levert ons wel de broodnodige data. Ook hier geldt: blijven testen, in verschillende cycli (en later misschien met een betere test).
Deze aanpak zal ons op het pad helpen naar een maatschappij die opnieuw normaler functioneert, in afwachting van de ‘heilige graal’ van een vaccin. Maar zolang we niet in die perfecte wereld zitten, zijn er heel wat dingen die goed genoeg zijn om nu al te doen.