ECB dringt aan op Europese ‘bad bank’ voor slechte kredieten
De Europese Centrale Bank wil een aparte ‘bad bank’ oprichten om alle slechte leningen van de eurozone in onder te brengen.
Een probleem van 506 miljard euro. Zo groot is de berg aan probleemkredieten die de Europese banksector vandaag officieel nog altijd meezeult. Een erfenis van de vorige financiële crisis, die nog steeds niet is ‘opgeruimd’. En hoewel die berg slechte leningen al zo’n 40 procent kleiner is dan vier jaar geleden, blijft hij een tikkende tijdbom onder de Europese bankensector.
Dominoeffect
Het is dan ook geen verrassing dat de ECB een idee uit 2017 weer op tafel legt: waarom die slechte kredieten niet afsplitsen en onderbrengen in één ‘bad bank’ voor de hele eurozone? Dat kan niet alleen een dominoeffect voorkomen in de banksector, maar is ook beter voor de economie. Slechte kredieten hinderen de verstrekking van nieuwe leningen aan bedrijven en gezinnen, en kunnen de heropstart van de economie postcorona zwaar hinderen.
Voorlopig lijkt zo’n Europese ‘bad bank’ politiek geen kans te maken. Volgens de Financial Times (FT) draaiden recente gesprekken met de Europese Commissie op niets uit. Daar houdt men vast aan het idee dat staatssteun aan banken alleen kan nadat aandeelhouders en obligatiehouders eerst een deel van de ‘financiële verliezen’ hebben genomen. En dat is niet het enige probleem. Net als in de discussie over de eurobonds weigeren vooral de noordelijke EUlidstaten op te draaien voor de kredietverliezen in de ZuidEuropese banken.
Toch lijkt het idee zeker nog niet van tafel. ‘Een Europese “bad bank” zal later in de coronacrisis mogelijk opnieuw op tafel komen’, fluisteren anonieme bronnen in de FT. Cruciaal voor de slaagkansen wordt wellicht de houding van de Duitse regering.
Berlijn verwierp in maart 2017 nog een gelijkaardig plan voor een Europese ‘bad bank’. Maar de vrees groeit in de banksector dat het coronavirus Deutsche Bank weleens de doodsteek zou kunnen geven. Dat zou de positie van Berlijn kunnen beïnvloeden.