Uitbreiding moskee mag niet
Er is een bouwvergunning voor de moskee in de Hoogstraat, al is van een uitbreiding geen sprake meer. De drie oude gebouwen waaruit de moskee bestaat, worden wel helemaal vernieuwd.
‘Het aantal moslims stijgt in Zaventem, op de duur zullen die niet allemaal meer naar binnen kunnen’
AKICHOUH ABDERRAHIM Voorzitter moskee
De moskeevereniging Islah had een paar jaar geleden grootse plannen: de vzw wou de gebedsruimte voor mannen verdubbelen in oppervlakte en een nieuwe vleugel met vijf leslokalen bouwen. Er zou ook plek zijn voor 230 bezoekers, meer dan een verdubbeling van de huidige capaciteit.
Maar de gemeente zette haar voet dwars en ook een beroepsprocedure bij de provincie liep slecht af voor de moslimvereniging. Vandaag ligt er een goedgekeurd alternatief op tafel. De moskee heeft een bouwvergunning aangevraagd, zonder uitbreiding. En daar staat de gemeente wel positief tegenover.
‘Omdat ze binnen het bestaande bouwvolume gewoon een renovatie doorvoeren’, zegt schepen van Ruimtelijke Ordening Bart Dewandeleer (CD&V). De moskee bestaat uit drie oude gebouwen die naast mekaar staan. ‘De indeling ervan is niet optimaal en ook niet erg veilig. Het is zowel voor het straatbeeld, de energiehuishouding als de veiligheid een goede zaak dat er een degelijk gebouw komt.’
Nieuwe moskee nodig
‘We zijn tevreden dat we onze infrastructuur kunnen renoveren’, zegt de voorzitter van de moskee, Akichouh Abderrahim. ‘Het gaat tenslotte over gebouwen van meer dan honderd jaar oud. We gaan die dan ook grondig vernieuwen, en leidingen en installaties vervangen. Enkele ruimtes en lokalen worden ook vergroot door een aantal muren weg te halen. Bij een van de woningen komt de dakverdieping op hetzelfde niveau als het aangrenzende gebouw.’
De moskee telt vandaag honderd leden die lidgeld betalen. ‘Het aantal moslims stijgt in Zaventem’, zegt Abderrahim. ‘Die zullen op de duur niet meer allemaal binnen kunnen. Misschien moet er op termijn dan elders maar een nieuwe moskee komen. Maar voor de komende twintig tot dertig jaar zitten we nu goed.’ (dbg)