Dit is ons Dickens-moment
Echte machtsmensen, zoals Johan Vande Lanotte (SP.A) en Bart De Wever (NVA), hebben het al lang begrepen: dit is een tijd om aan het roer te staan. Vandaag worden voor de geschiedenis reputaties gemaakt en gekraakt. De risico’s zijn ongezien, maar de erkenning kan voor generaties levend blijven. Net zoals de verguizing bodemloos zal zijn voor wie niet op de afspraak was of onder de lat doorliep.
Het kan niet anders of in het hogere bedrijfsleven leeft her en der hetzelfde gevoel. Hoe saai was het kapitalisme de voorbije decennia niet geworden! Elk kwartaal moesten de omzet en de winst enkele procenten omhoog om naamloze aandeelhouders te plezieren. Als dat niet kon door meer of duurdere producten te verkopen, dan maar door concurrenten over te nemen, door mensen te ontslaan of door eigen aandelen in te kopen. Alles voor de bottom line en voor de beurskoers.
Een beetje ondernemer moet al tijden van iets anders, iets grootsers en meeslependers hebben gedroomd. Geen eindeloze vervelende vergaderingen van inwisselbare mannen met grijze pakken in de raad van bestuur. Wel instant beslissingen van één kapitein op de brug. Grove penseelstreken op een maagdelijk canvas. Strategische weddenschappen met het hele pakket als inzet.
No guts, no glory
Wat deze crisis anders maakt dan alle andere die we hebben beleefd of die we ons door overlevering konden voorstellen, is dat er geen blauwdrukken zijn. Er lagen geen plannen klaar om de pandemie te voorkomen, niet voor de bestrijding ervan en niet voor de periode van de wederopbouw die we nu geschokt en weifelend ingaan.
We kennen de volgende streken van het sluwe coronavirus niet. Het is niet omdat er voortdurend vergaderingen en televisieoptredens van experts zijn, dat er ook zekere kennis bestaat over de indijking en de beheersing van de onzichtbare vijand. Evenmin weten we hoe de samenleving en dus de economie zich in die volgende fase zullen gedragen.
De wereld is ten prooi aan smetvrees. Dat maakt alles anders. Daar bestaan geen recepten voor, in geen enkel handboek. We kennen remedies tegen oververhitting en tegen afkoeling. Die hebben te maken met het beschikbaar maken, of net niet, van goedkoop geld. Dat smeert de economische motor of doet hem stokken, al naargelang de noodwendigheden van het moment.
Maar hier hebben we te maken met de noodzaak om alle kennis en ervaring te herdenken en bereid te zijn om elke zekerheid van vroeger in te ruilen tegen onzekerheden voor onbepaalde tijd. Bij de weekhartigen, de meesten onder ons, roept dat angst op en ook een reflex om in godsnaam te redden wat te redden valt. Maar er zijn er ook die aanvoelen dat wie de nieuwe wereld het best en het eerst begrijpt, onvoorstelbare kansen op zijn pad zal vinden. Wie bereid is met het gevaar om te gaan, kan erdoor vermorzeld worden, maar voor echte winnaars hoort dat bij de risico’s van het vak. No guts, no glory.
Een kwade droom
We beseffen nog altijd niet goed wat ons is overkomen. Het verschil tussen deze mondiale crisis en een wereldoorlog zoals we er vorige eeuw twee hadden, is dat de dreun nog te recent en te kort van duur is om percepties wezenlijk te veranderen. Het lijkt alsof de wereld van vroeger, amper een goede twee maanden geleden tenslotte, nog steeds binnen handbereik ligt. Alsof het nog altijd slechts een kwade droom kan blijken te zijn, een waarschuwing vanuit een parallel universum.
Dat helpt niet om het inzicht te vestigen dat voortaan andere regels en verhoudingen zullen gelden. De machine waarop we ons hele leven lang verwachtingen hebben gebouwd, is stuk. We kunnen ze oplappen, maar ze zal niet meer zoemen als voorheen. We kunnen proberen visies te ontwikkelen op een ander mechanisme, dat robuuster, duurzamer en anders afgesteld is, zodat het ons als samenleving beter dient dan voorheen. Maar daarvoor behoeven we de bereidheid om andere prioriteiten te leggen, andere verbindingen aan te gaan en anders over de toekomst te denken. Als alles in puin ligt en iedereen tot de essentie is teruggebracht, is het makkelijker om die andere afwegingen te maken. Nu talmen we daarmee.
Het is alsof er een nieuw type neutronenbom is afgegaan. Alles staat er nog, bijna iedereen is er nog. Alle kanalen zijn open, alle verbindingen werken, maar het geheel functioneert niet meer of hooguit op halve kracht. Lang niet voldoende om iets in stand te houden dat lijkt op wat we gewoon zijn: vanzelfsprekende gevarieerde voedselvoorziening, toegankelijke en performante gezondheidszorg, een riant ontspannings en vakantieaanbod, onbelemmerde bewegingsvrijheid en wat we nog meer aan essentieels bij de poort van de nieuwe tijd hebben moeten achterlaten.
Imperia uitbreiden
Theoretisch ligt alles open. Topondernemers zoals Jeff Bezos, Mark Zuckerberg of Michael O’Leary zien in de verwarring kansen op ongekende uitbreiding van hun imperia, ten koste van minder gehaaide concurrenten en wellicht ook van de toekomstige consumenten van hun diensten. Maar evengoed zouden er politici kunnen opstaan die het visionaire en empathische leiderschap bezitten om de bevolking mee te nemen op een tocht naar een samenleving die andere waarden aanhangt dan de invulling van steeds ijlere behoeften in ruil voor een leven van jachtigheid en stress.
Of we kunnen ons op dit unieke moment in de geschiedenis verkijken en bangig teruggrijpen naar de ankers van vroeger. In plaats van iets nieuws te bouwen, kunnen we kiezen voor het gevoel dat niets veranderd is of veranderen moet. Net zoals we na de Eerste Wereldoorlog het verwoeste Ieper en zijn geschonden Lakenhalle weer opbouwden als voorheen. Nep maar netjes. En goed voor de horeca.
Niets verzekert dat de keuze voor een andere invulling van het menszijn op deze planeet ons vanzelf naar de juiste plek leidt. Na de Tweede Wereldoorlog kozen we voor solidariteit in de vorm van een socialezekerheidsstelsel en de uitbouw van de Europese Unie. Maar we duwden ook mensen in hoge woonsilo’s en leidden de auto tot in de kern van onze steden. Omdat dat, dachten we, bij de moderne tijd paste.
Zonder blauwdrukken ligt alles open. Daarom is dit ons Dickensmoment: opnieuw beleven we de beste maar ook de slechtste der tijden. ‘Het tijdperk van wijsheid en het tijdperk van dwaasheid.’ Niets hoeft op dit scharniermoment in de menselijke geschiedenis nog te zijn wat het is, gewoon omdat het altijd zo was. Maar evenmin bestaat de garantie dat het andere in voldoende opzichten beter wordt. In het vacuüm waarin we vandaag leven, liggen de bouwstenen voor vele werelden. Alles hangt ervan af wie ze het eerst begint te stapelen, met welk doel en met welke overtuiging.
BART STURTEWAGEN is hoofdcommentator van deze krant. In 'Boeiende tijden' reflecteert hij over de actualiteit van de voorbije week. Illustratie R.L. Oppenheimer
In het vacuüm waarin we vandaag leven, liggen de bouwstenen voor vele werelden