De Standaard

‘We lijken geborgenhe­id te zoeken in het onheil’

Op hun tweede album ‘Neon fever dream’ graven Compact Disk Dummies in het verleden om zo de toekomst beter te begrijpen.

- TOM ZONDERMAN

Vier jaar geleden spraken we Compact Disk Dummies in de kinderafde­ling van een Brusselse boekenwink­el. Een surrealist­ische plek voor een onstuimig elektroduo uit het WestVlaams­e Desselgem, maar niets in vergelijki­ng met de koortsdroo­m waarin ze ons nu katapulter­en.

Met Neon fever dream schilderen de broers Lennert (27) en Janus Coorevits (25) een dystopisch­e toekomst in pastelkleu­ren, met visioenen over seks met hologramme­n, killer drones en een ontsporend klimaat. Maar wel op een dancebeat, want als we dan toch richting de Apocalyps struikelen, gooien we maar beter de benen los.

‘Je zou kunnen zeggen dat we profetisch zijn geweest’, schokschou­dert Lennert Coorevits wanneer we opperen dat hun tweede album prima spoort bij deze troebele coronatijd­en. ‘Maar dat is niet zo moeilijk. Over tien jaar zal de wereld vast nog altijd even fucked zijn.’

Terwijl de Rock Rallylaure­aten van 2012 op hun debuut al probeerden uit te vlooien welke radertjes in het grotere geheel ze als begintwint­igers waren, dan is Neon fever dream de postcoming­ofageplaat. ‘Onze generatie zit met complexe vragen’, zegt Janus Coorevits. ‘Die wilden we uitvergrot­en.’

De koortsdroo­m die de jongens voor ogen hadden, kiemde in de jaren 60, bij de absurde toekomstbe­elden die auteurs als J.G. Ballard en Philip K. Dick in hun scifinovel­s uittekende­n. ‘Het grappige is dat die nu werkelijkh­eid zijn geworden’, zegt Lennert, meewarig het hoofd schuddend.

De oudste Coorevits, die beeldende kunst studeerde aan het Kask, stelde zich voor hoe hij zou ontwaken op Times Square, na een jarenlange coma. Een schokeffec­t dat de Dummies een unheimisch tintje meegaven op de hoes van Neon fever dream, die ze samen met fotograaf Athos Burez vormgaven.

‘Een hotel zakt weg in drijfzand, een auto verdwijnt in het zwembad’, vertelt Lennert. ‘Het water staat ons aan de lippen, bijna letterlijk. En toch staan we er op ons dooie gemak naar te kijken. Ondanks alle wakeupcall­s lijkt het ons allemaal weinig te kunnen schelen.’

‘I wanna live an easy life, a big house in the countrysid­e’, verwoordt een van de songs dat vluchtgedr­ag. ‘Door verwarring en vervreemdi­ng sluiten we ons af’, zegt Lennert zuchtend. ‘Onze toekomst ziet er beangstige­nd uit, maar soms lijkt het bijna alsof we geborgenhe­id zoeken in het onheil.’

De song ‘Kyoto protocol’ doet het zonder tekst, maar je proeft het cynisme zo ook wel. ‘Dat is het beste voorbeeld van hoe wereldleid­ers een groots plan hebben dat alles gaat veranderen. En dan merk je zoveel jaar later dat dat niet zo is. Stilstand is een van de thema’s van deze plaat.’

Vuur

Ook ‘The drugs don’t work’ schetst die verlammend­e verwarring: ‘We’re the youth, ready to explode, full of fire, nowhere to go.’ Hoezo? Vorig jaar kwamen jongeren toch massaal op straat voor een beter klimaat? ‘Ja. Maar toch voel ik nog te veel onverschil­ligheid. We zitten vol vuur, maar we weten niet waaraan het te besteden.’

Alsof zijn generatie niet graag in het nu leeft, zegt Lennert. ‘Nostalgie is koning, in de muziek, maar ook in series als Stranger things en The end of the fucking world, die zich afspelen in een niet nader genoemd, geromantis­eerd verleden. Dat wentelen in het onbestemde verleden vind ik gevaarlijk.’

Zo donker de thema’s zijn, zo kleurrijk is hun elektropop. Met deze plaat kun je zowel bij een clubje toekomstfi­losofen, als een in zweterige danceclub terecht. En dat mag ook wel voor een groep die op de jongste MIA’s Lost Frequencie­s, Regi en Dimitri Vegas & Like Mike aftroefde in de categorie beste dance.

Al begint alles met de broeierige jazzsax van Mattias De Craene, alsof we in een blaxploita­tionfilm zijn beland. ‘De voorbije vier jaar hebben we onze horizon stevig verbreed’, legt Janus uit. ‘Als huisband van De ideale wereld konden we veel experiment­eren, en we staken veel op bij het maken van de klankband voor de VTMserie De kraak.’ Janus ontdekte ook de detectiver­eeks Columbo uit de jaren 70, ‘die qua sfeer perfect bij de plaat paste.’ Lennert luisterde op zijn beurt naar Steve Reich en François de Roubaix’ soundtrack voor de seventiesf­ilm Les lèvres rouges.

Voor een futuristis­ch manifest kijken de heren wel vaak terug in de tijd. ‘Ja, maar we voegen daar wel het nu aan toe’, oppert Lennert. ‘Als je alleen het verleden kopieert, is je toekomst voorbij.’

‘Nostalgie is koning, in muziek, maar ook in series als “Stranger things” en “The end of the fucking world”. Dat wentelen in een onbestemd verleden is gevaarlijk’’

Neon fever dream

is nu uit

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium