Coronatelex
Tweedeverblijvers stellen staat in gebreke
Enkele honderden eigenaars van een tweede verblijf in ons land hebben een advocaat in de arm genomen. Ze zijn het beu dat ze niet gehoord worden en stellen de Belgische staat nu in gebreke. ‘Onze eis is eenvoudig en duidelijk: wij willen de keuzevrijheid hebben om naar ons tweede verblijf te kunnen gaan. Niet voor een dag, zoals al werd voorgesteld, maar ook voor een langere periode’, zegt een van de klagers.
Op 5 maart plaatste Isabel Van Langendonck een op roep op de website van de VDAB, waarin ze verkoopmedewerkers zocht voor haar Sportboetiek, op de dijk in Westende. Een week la ter ging het land in lockdown. Vandaag staat ze alleen in de win kel, die ze in 2009 heeft overgenomen van haar ouders.
‘Gelukkig had ik nog geen contracten getekend. Ik ben sinds een week weer open, maar heb nog niemand gezien. En het weekend van Hemelvaart zullen we ook kwijt zijn. Ik maak normaal gezien mijn jaar goed met de verkoop in die voorjaarsweekeinden, zeker als het weer meezit.’
Ze wijst naar de bijna lege dijk en het lege strand: ‘In deze tijd van het jaar is het normaal gezien volle bak. Ze weten in het binnenland niet hoe wij leven. Als je niet van de zee bent, weet je niet dat alles hier draait om de toeristen.’
Geen gocarts
Bij Westbikes staat de deur open. ‘We zijn nog niet open’, zegt Remy Chiroli. Hij heeft huurfietsen in de aanbieding, ‘maar daar komt nu toch niemand voor’. Hij is bezig met schoonmaken en herstelwerken. De gocarts mogen nog niet van stal worden gehaald: ‘Dat is recreatie en dus verboden, heeft de burgemeester ons verteld.’
Die burgemeester, JeanMarie Dedecker, heeft er onlangs nog vergeefs op aangedrongen om de tweedeverblijvers sneller te laten terugkeren naar de kust. De WestVlaamse gouverneur floot hem terug. Chiroli berust: ‘Westendebad is bijna uitsluitend toerisme. Iedereen blijft weg. Maar ik weet het, we moeten nog even volhouden voor onze gezondheid.’
Timothy Luca is ontzettend blij dat hij mij een ijsje kan verkopen. Hij heeft twee maanden thuisgezeten – economisch werkloos. ‘Vorige week ging de baas ervan uit dat de toeristen vanaf 18 mei zouden mogen terugkomen. Pas op, er zijn er al hoor. Maar nog niet veel.’
Zeggen dat er helemaal niemand over de dijk struint, klopt inderdaad niet. Jimmy Van Herzeele is samen met zijn vrouw en twee kinderen uit Zulte gekomen. ‘Mijn moeder woont hier, en we hadden haar al sinds februari niet meer gezien. Denk je dat we iets fout doen? Nee toch?’
Jimmy’s moeder, Linda Vanderhaeghe, woont op de eerste verdieping, met zeezicht. ‘Alle medebewoners zijn tweedeverblijvers. Ik zit hier helemaal alleen.’
De broers Benjamin en Nikola Swings wonen in Westendedorp, en zijn met hun zonen tot op de dijk gewandeld. De kinderen krijgen niet genoeg van de glijbaan naast de trap, die naar het strand leidt. ‘We zitten in elkaars bubbel, hoor’, zeggen de broers. ‘We komen dikwijls naar hier. Dit is vast de enige “speeltuin” in het land die open is.’
Een van de broers werkt in de horeca. ‘We wachten af. De vraag is niet wanneer we weer open gaan, maar hóé. Zullen de brasse ries nog rendabel zijn als de tafels verder uit elkaar moeten staan?’
Winkelstraat
In een kledingwinkel achter de dijk is het ineens wel druk. De verkoopster draagt een mondmasker en de kassa is voorzien van plexi glas. Maar daar kan zij zich niet achter verschuilen: de klanten vragen haar om advies. ‘Ik heb vandaag al veel toeristen gezien’, zegt ze. ‘Ze lijken me helemaal
De kinderen van Nikola Swings spelen op de ‘Vast de enige speeltuin in het land die open is.’
Jimmy Van Herzeele komt met zijn gezin zijn moeder bezoeken. niet bang. Ik daarentegen, ik sta hier met de bibber.’
Misschien lokt ook de winkel straat van Nieuwpoort volk? We rijden nog even om. Net als in Westende kun je overal parkeren. De straat is onthutsend leeg. Pij len op de grond die de wandel richting aangeven en vakjes waar je in de rij kunt staan wachten, dienen tot niets. ‘Het is een ramp voor de kust’, zegt Carolien Tulpin, die de Belgische modewinkel Accompli uitbaat.
‘Alles hangt hier met alles samen. De meeste winkels hebben drie tot vier verkoopsters in dienst. Er zullen ontslagen volgen, en wellicht ook faillissementen. Werklui krijgen geen opdrachten meer, omdat kustbewoners die geen inkomen meer hebben hun bouwplannen uitstellen. Enzovoort. Wat we nodig hebben, is een duidelijk plan voor de kust. Ik geef toe dat ik zelf ook niet wil staan dringen in de rij voor de bakker, maar we moeten weten waar we aan toe zijn. We willen een vooruitzicht.’
Ik zit hier alleen.’