Partijen zijn radicaler dan hun kiezers
De gemiddelde Vlaming is een centrumkiezer. Maar net de partijen buiten dat centrum scoren. En dat is helemaal niet onlogisch.
uit via een andere partij met een duidelijker profiel (zie hiernaast).
Toch denkt Stefaan Walgrave niet dat de twee partijen een toekomst wacht buiten het centrum. ‘Ze zouden zich dan een scherp profiel moeten aanmeten op een speelveld dat al sterk bezet is links en rechts. Zeker voor CD&V lijkt het antwoord dat ze zich als goede bestuurders onderscheiden, betrouwbaar, de problemen aanpakkend. De CVP van vroeger dus.’ De coronacrisis bood daartoe kansen, maar de partijen zijn die aan het missen, bleek uit de vorige aflevering van De Stemming (DS 20 mei).
De derde nieuwe partijvoorzitter, Conner Rousseau, lijkt de achteruitgang van de SP.A te hebben kunnen stoppen. Maar voorlopig heeft hij vooral zichzelf op de kaart weten te zetten (zie scores individuele politici).
4. Zweeds is nu ook op Vlaams niveau dood
De partijen van de Vlaamse regering (NVA, Open VLD en CD&V) kregen in 2019 al tikken, maar verliezen een jaar later waarschijnlijk hun gecombineerde electorale meerderheid (van 53,3 naar 43,8 procent). De zogenaamde Zweedse coalitie was federaal al dood, maar kraakt ook in Vlaanderen. Omgekeerd zijn Vlaams Belang en de NVA op een punt gekomen dat ze samen zicht hebben op een meerderheid van de Vlaamse zetels. Het zou de ultieme stresstest worden voor het cordon sanitaire.
BRUSSEL I Er zit vaak redelijk wat afstand tussen wat kiezers denken over bepaalde kwesties en wat de partij denkt waarvoor ze uiteindelijk stemmen. In De Stemming werd dit onderzocht door vijftien sociaaleconomische en vijftien sociaalculturele stellingen uit De Stemtest van 2019 opnieuw te bevragen. Gaande van ‘werklozen moeten hun uitkering na een tijd verliezen’ tot ‘de Vlaamse overheid mag geen nieuwe moskeeën meer erkennen’. Het resultaat plaatst kiezers binnen een linksrechts ideologisch kwadrant (zie grafiek).
De oefening bevestigt: de gemiddelde kiezer in Vlaanderen is een centrumkiezer. Je vindt weliswaar kiezers in alle uithoeken van het kwadrant, van linksconservatief (linksboven) over rechtsconservatief (rechtsboven), tot rechtsprogressief (rechtsonder) en linksprogressief (linksonder). Maar over alle ondervraagde Vlamingen heen komt het resultaat bijna pal in het centrum te liggen. Meer zelfs, ook de gemiddelde kiezer van elke partij apart zweeft amper weg van het centrum.
En dat terwijl er slechts twee partijen in dat centrum zitten: CD&V en Open VLD, hoewel die laatste partij sociaaleconomisch toch wel rechtser zit van haar kiezers. Het zijn twee partijen die sterk bikkelen om dezelfde kiezers en er nota bene veel verliezen. Enerzijds aan links, waar Groen, SP.A en PVDA een cluster vormen, met de PVDA als meest uitgesproken economisch links, en Groen uitgesproken cultureel progressief. De NVA en Vlaams Belang zijn anderzijds de twee duidelijk rechtsere partijen, waarbij de NVA rechtser zit op economisch vlak, en Vlaams Belang dan weer cultureel gesproken de meest rechtse partij is.
Compromis
Dit betekent hoegenaamd niet dat kiezers ‘verkeerd’ zouden stemmen. Enerzijds hoeven ze niet alle zaken uit een partijprogramma belangrijk te vinden, anderzijds hoeven ze niet zo ideologisch rechtlijnig te zijn als we van partijen verwachten. Maar bovenal is een radicalere keuze vaak een bewuste strategie, zegt Stefaan Walgrave (UA): ‘Er is heel wat onderzoek dat aantoont dat kiezers bewust voor partijen stemmen die radicaler zijn dan zij zelf. Men noemt dat directional voting. Kiezers zijn bijvoorbeeld maar een klein beetje tegen de gevoerde migratiepolitiek, maar ze stemmen voor Vlaams Belang omdat er tenminste íéts zou gebeuren.’ De kiezer anticipeert op het compromis dat gevonden moet worden in onze democratie. Men vertrouwt erop dat de soep nooit zo heet zal worden opgediend.
De centrumpositie van Open VLD en CD&V wordt op dat moment een concurrentieel nadeel, meent Jonas Lefevere (VUB): ‘Als regeringspartij moeten zij compromissen sluiten en verwatert hun profiel. Dat kan ertoe leiden dat kiezers die een bepaald thema belangrijk vinden, eerder naar een partij gaan die een duidelijker profiel heeft.’ (jfja)
‘Kiezers zijn bijvoorbeeld maar een klein beetje tegen de gevoerde migratiepolitiek, maar stemmen Vlaams Belang omdat er tenminste íéts zou gebeuren’
Wat willen kiezers en partijen?