EEN HAMILTONIAN MOMENT
‘We zijn nooit eerder zo dicht ge weest bij een Hamiltonian mo ment voor Europa’. Het was Henrik Enderlein, politiek econoom aan de Hertie School in Berlijn, die deze week op Twitter de nagedachtenis van Alexander Hamilton nieuw leven inblies. Aanleiding was het akkoord dat Angela Merkel en Emmanuel Macron hadden af gesloten over een Europees herstelfonds van 500 miljard euro. Ze spraken af dat dit fonds gefinancierd kan worden via schulden die de Unie kan aangaan, en die deels gedekt worden door de bijdragen van de lidstaten aan de Europese begroting.
Enderlein verwees naar Alexander Hamilton, de Amerikaanse minister van Financiën die in 1789 de opdracht kreeg een oplossing te bedenken voor de hoge schulden die de Amerikaanse staten hadden opgebouwd. Die schulden waren het gevolg van de onafhankelijkheidsoorlog.
Hamiltons wedervaren leest als een spannende financiële thriller – er zou waarschijnlijk ook een mooie speelfilm inzitten. Hij kreeg van president George Washington 110 dagen om met een oplossing te komen voor de 54 miljoen dollar federale schuld en 25 miljoen dollar die de staten hadden geleend. Die schuld was zo groot dat de kapitaalmarkten niet langer zin hadden om nog meer te lenen aan de nog maar net onafhankelijk geworden exkolonie.
Het plan dat Hamilton aan het Congres voorlegde, kwam erop neer dat de federale overheid de schulden van de staten zou overnemen. De rentebetalingen zouden met nieuwe accijnzen op onder meer whisky bekostigd worden. Maar sommige staten, zoals Maryland en Virginia, die al heel wat schulden hadden afgelost, zagen dat plan niet zitten. Hun burgers zouden belast worden om de schulden van andere staten af te betalen. Samen met de staatslieden Thomas Jefferson en James Madison bedacht Hamilton tijdens een etentje een manier om de dwarsliggers over de streep te trekken: de nieuwe hoofdstad van de Verenigde Staten zou aan de Potomac komen te liggen, de rivier die de grens vormt tussen Maryland en Virginia. De afspraak zou de geschiedenis in gaan als de ‘Dinner Table Bargain’.
Hamilton kreeg dus gedaan dat indivi duele staten deelnamen aan een groter financieel project, waarbij ze niet langer hun eigen geldstroom volledig zouden kunnen controleren. Het is het equivalent van de fameuze Europese transferunie, waarbij lidstaten toestemmen met een geldstroom van de ene lidstaat naar de andere, in naam van een hoger algemeen belang. Hamiltons oplossing was een groot succes: de koers van de Amerikaanse staatsobligaties verdrievoudigde en de Verenigde Staten kregen weer toegang tot de kapitaalmarkten.
Hamilton haalde het van de afzonderlijke staten, die het liefst hun eigen boontjes wilden blijven doppen
Wat Enderlein wilde benadrukken, is dat de federalist Alexander Hamilton het won van meer decentraal georiënteerde machthebbers in de afzonderlijke staten, die het liefst hun eigen boontjes wilden blijven doppen.
Als we de analogie doortrekken, is het duidelijk welke Europese lidstaten nu de rol van Maryland en Virginia spelen. Dat zijn de frugal four: Oostenrijk, Nederland, Denemarken en Zweden. Die zien het niet zitten dat de belastingopbrengsten van hun burgers worden doorgesluisd naar landen als Italië of Spanje. Nu maar hopen dat ze in ruil voor hun welwillendheid geen verplaatsing van de Europese hoofdstad eisen. Bijvoorbeeld naar een locatie aan het Kattegat, de zeestraat tussen Denemarken en Zweden.