De Standaard

Pas op voor de wolf aan de deur

We hoeven niet overal bang voor te zijn, zegt MAARTEN BOUDRY. Maar als er echt een gevaar dreigt, is angst rationeel.

-

Waarom laten wij ons geregeld de stuipen op het lijf jagen door wat we in de krant lezen? Waarom verkoopt angst? De verklaring schuilt in onze evolutie. Vandaag leven we in de vreedzaams­te en veiligste tijd ooit – wel, tot voor kort althans – maar miljoenen jaren lang was de wereld een bijzonder gevaarlijk­e plek. En waar gevaar om elke hoek loert, is angst geen slechte raadgever. Wie zorgeloos door de savanne kuierde, bekocht het vroeg of laat met zijn leven. De angsthazen daarentege­n, die voortduren­d op hun hoede waren voor allerlei mogelijke rampspoed, maakten een grotere kans om nageslacht te verwekken en het tot onze voorouders te schoppen.

Dit is wat biologen een evolutiona­ire ‘mismatch’ noemen: ons brein is niet aangepast aan onze moderne omgeving, gewoon omdat die zo nieuw is. En zo worden we in deze veiligste aller tijden overspoeld door de ene paniekgolf na de andere: dioxines, gsmmasten, ggo’s, vogelgriep, pedofilien­etwerken, vaccinatie­s, kernafval, DDT … Telkens bleken die gevaren zwaar overdreven of zelfs helemaal ingebeeld (zoals bij gsmmasten). Een hele stoet doemprofet­en voorspelde evenveel catastrofe­s, en bijna allemaal kregen ze ongelijk.

Geen wonder dat sommigen er hun handelsmer­k van maakten om paniekzaai­erij te bestrijden. Want inderdaad, rationeel tegengewic­ht voor ons piekerbrei­n is nodig. Luc Bonneux is daar een toonbeeld van. Al jaren doorprikt de epidemiolo­og, scepticus en vooruitgan­gsdenker allerlei vormen van gezondheid­salarmisme, in snedige en knapperige stukken die ik graag lees. Op deze pagina’s schreef ik ooit samen met Bonneux een stuk over het sensatione­le bericht dat de dioxinecri­sis 20.000 kankerdode­n had veroorzaak­t (DS 20 april 2015). Dat bleek, zoals zo vaak, volkomen overtrokke­n.

Maar wat met dit nieuwe virus? In kringen van doorgewint­erde sceptici en vooruitgan­gsdenkers (waartoe ik mezelf ook reken) was de verleiding groot om ook deze keer te denken: ‘Ja ja, het zal wel weer. Dat liedje kennen we inmiddels.’ En dus omschreef ook Bonneux het coronaviru­s in februari als ‘milder dan een wintergrie­pje’. De maatregele­n in China noemde hij ‘knettergek’, en de paniek veel schadelijk­er dan het virus zelf. Inmiddels erkent Bonneux dat hij zich heeft vergist – wat hem siert – maar in zijn jongste bijdragen voor De Standaard doet hij nog steeds hard zijn best om de ‘kwaal’ te minimalise­ren en de ‘remedie’ juist te dramatiser­en.

Zo vergelijkt hij ons lockdownbe­leid met koning Cnut, die zich verbeeldde dat hij de zee kon bevelen om zich terug te trekken, terwijl vloed gewoon vanzelf eb werd (DS 20 mei). Dat is een onzinnige vergelijki­ng. Zelfs de Zweedse viroloog Anders Tegnell, die door Bonneux met wierook wordt overladen, erkent dat je met een lockdown wel degelijk de groeicurve kunt afvlakken. Dat effect zien we overal ter wereld: hoe later de lockdown, hoe erger (zie vandaag: het Verenigd Koninkrijk, Brazilië en New York).

Het koelbloedi­ge Zweden dat Bonneux roemt als lichtend baken in de strijd tegen corona kent enkele bijzonderh­eden die je niet zomaar kunt extrapoler­en: lage bevolkings­dichtheid, andere omgangsvor­men (minder kussen en knuffels), grotere burgerzin en een gering aantal vakantiega­ngers uit Italië. De feiten zijn dat de mortalitei­t per miljoen inwoners in Zweden vijf keer zo hoog ligt als in de omliggende Scandinavi­sche landen mét lockdown. Kun je dat werkelijk vergelijke­n met koning Cnut, als ware de lockdown een bijgelovig ritueel? Bonneux schrijft ook dat 17 procent van de Stockholme­rs bij het laatste onderzoek antistoffe­n had. Ik heb geen idee wat zijn bron is, maar de laatste serologisc­he tests in Stockholm gaven slechts bij 7,3 procent immuniteit (DS 23 mei). Een serieuze tegenvalle­r.

Dat wil niet zeggen dat Bonneux geen enkel punt heeft. De sterfte in Zweden ligt voorlopig lager dan velen hadden gevreesd, en wij Belgen kunnen daar lering uit trekken. Maar medailles worden pas uitgereikt aan de eindstreep. Zelfs als de situatie in Zweden onder controle blijft, wil dat niet zeggen dat ze altijd al gelijk hadden. In situaties van hoge onzekerhei­d met asymmetris­che risico’s – zoals die waarin wij ons bevonden in februari – moet je het zekere voor het onzekere nemen. Iemand die blindeling­s de autosnelwe­g oversteekt, heeft geen ‘gelijk’ als hij veilig aan de overkant belandt.

Voor de goede orde: ik heb dit virus aanvankeli­jk ook onderschat. Maar sommige sceptici blijven wel erg lang volharden, in weerwil van de feiten. Dat het virus ‘weinig schadelijk is voor volwassene­n’, zoals Bonneux blijft volhouden, klopt gewoon niet (niet alleen qua mortalitei­t, maar ook door permanente schade aan longen, hart en nieren). Hij bevindt zich wat dat betreft in goed gezelschap, met internatio­nale topwetensc­happers en doorgewint­erde sceptici als de epidemiolo­og John Ioannidis.

Niet elk alarm is vals, en niet elke waarschuwi­ng is paniekzaai­erij. Als er echt een gevaar dreigt, is angst rationeel. Wie van de strijd tegen alarmisme zijn handelsmer­k maakt, riskeert zich op een dag lelijk te mispakken. Die eindigt zoals in de fabel van Aesopus: op een dag staat de wolf écht voor de deur, en haal je je schouders op.

De sterfte in Zweden ligt voorlopig lager dan velen hadden gevreesd. Maar medailles worden pas uitgereikt aan de eindstreep

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium