Daar is de app weer
Hij was een paar weken spoorloos, maar de app voor contactopsporing komt nu toch terug op de agenda van de ministers van Volksgezondheid. De voorgestelde technologie erachter is dezelfde als in andere Europese landen en is zo privacyvriendelijk mogelijk.
Wie de komende weken wil scoren in discussies over de aanpak van de covid19pandemie, kan altijd het begrip ‘DP3T’ eens laten vallen. Zo heet de technologie (meer bepaald: ‘het protocol’) achter de app voor contactopsporing die onder meer Zwitserland gebruikt. Het is een afkorting voor Distributed PrivacyPreserving Proximity Tracing.
De principes werden begin april op papier gezet door een groep Europese experts, onder wie onderzoekers van de KU Leuven. De bedoeling is om zo privacyvriendelijk mogelijk via een app in kaart te brengen of u contact hebt gehad met een covid19patiënt (zie grafiek). Locatiegegevens zijn niet nodig en worden niet bijgehouden.
De programmacode van de technologie staat al sinds het begin online. In het algemeen is dit soort apps niet verplicht, als er een in België zou komen is de verwachting dat die ook niet opgelegd zal zijn.
Digitale kloof
Een goeie maand geleden verdween de coronaapp naar de achtergrond toen federaal minister van Privacy Philippe De Backer (Open VLD) de beslissing erover onverwacht bij de deelstaten legde (DS 22 april). Vandaag staat de kwestie op de agenda van een bijeenkomst van de ministers van Volksgezondheid. Een werkgroep onder leiding van Bart Preneel, het hoofd van de Cosiconderzoeksgroep van de KU Leuven, werkte een nota over de app uit. Preneel is een wereldautoriteit op het vlak van technologie en privacy en lag mee aan de basis van DP3T.
‘In de werkgroep letten we niet alleen op het technische, maar houden we ook rekening met mensenrechten en de digitale kloof ’, zegt Preneel. ‘Niet iedereen heeft een smartphone. Maar ook die mensen zullen voordeel halen uit een app, omdat die kan helpen om de epidemie onder controle te brengen.’
De besmettingscijfers van de afgelopen weken geven duidelijk aan dat het virus op zijn retour is. Toch kan een app nog nuttig zijn. ‘Als een soort verzekering bij een eventuele tweede golf ’, zegt Preneel. ‘Over een paar weken zou de app klaar kunnen zijn om getest te worden, maar uiteraard moeten er eerst nog wat hordes worden genomen. Er wordt ook vaak gezegd dat 60 procent van de mensen zo’n app moet gebruiken om doeltreffend te zijn, maar het heeft weinig zin om zulke doelstellingen op te leggen. Als bepaalde doelgroepen zoals bedrijven of universiteiten de app intensief gebruiken, kan ze ook haar bijdrage leveren.’
Apple en Google
Verschillende landen hebben al besloten om DP3T te gebruiken bij hun app, zegt Preneel, en dat is goed voor mensen die naar het buitenland willen gaan. ‘Behalve Zwitserland zijn ook Estland, Duitsland, Oostenrijk, Finland, Letland, Nederland, Italië en Spanje bezig met de technologie. Alleen Frankrijk en de Britten zitten op een ander spoor, al zijn die laatsten ook hun kar aan het keren.’
Techgiganten Apple en Google, die samen vrijwel de volledige markt van besturingssystemen voor smartphones beheersen, hebben hun systemen al geüpdatet om apps met DP3T mogelijk te maken.
‘Een app is minder privacyinvasief dan manueel contactonderzoek’
Al sinds de eerste geluiden over een coronaapp is er ook veel kritiek. De contactopsporing bij een pandemie in handen geven van technologie maakt veel mensen ongerust. ‘Nochtans is een app minder privacyinvasief dan manueel contactonderzoek’, zegt Frank Robben, de ceo van het eHealthplatform van de federale overheid. Dat manuele contactonderzoek raakt moeizaam op gang door logge datastromen en patiënten die zelden het achterste van hun tong laten zien aan de contactonderzoekers (DS 26 mei). Zal een app dat oplossen?
‘We willen absoluut geen persoonsgegevens bijhouden’, verzekert Preneel. ‘De integratie tussen de server voor de app en de systemen van de Sciensanodatabank willen we zo beperkt mogelijk houden. De komende weken zal daar nog veel debat over zijn.’
Een kleuter die de voorbije weken naar de noodopvang van basisschool Irishof in Kapellen ging, heeft positief getest op covid19. Zowel de kinderen als de kleuterjuffen die langer dan een kwartier met de jongen in contact kwamen, moeten twee weken in quarantaine.
Volgens de GO! Scholengroep Antwerpen vertoonde het kind geen symptomen en werd de besmetting veeleer toevallig vastgesteld. ‘De jongen moest een kleine ingreep ondergaan en werd voor aanvang getest’, zegt woordvoerster Joke Temmerman.
Of de kleuterschool, zoals gepland, op 2 juni zal kunnen heropenen, is hoogst onzeker. De lagere school blijft voorlopig gewoon open, de noodopvang van de kleuterschool blijft allicht een paar dagen dicht.
BART PRENEEL (KU LEUVEN) Leider werkgroep voor tracingapp