De pater familias orakelt als weleer
Alles komt terug. Maar dan ook écht alles. In die mate zelfs dat een groot deel van wat er dezer dagen te zien is op Vlaamse zenders, niet vers uit het brein van creatieve tv-makers ontsproten is, maar gewoon van de zolder gehaald. Reboots van oude programma’s tieren welig op televisie. Jaja, we weten ook wel dat nostalgie een ding is. Maar terwijl er decennia zijn geweest waarin televisiemakers stonden te trappelen om te vernieuwen, neemt het herkauwen van oude succesformules intussen ongegeneerd de overhand.
En kijk, daar zijn zelfs de Planckaerts weer. Voor wie de nillies in een coma doorbracht: dat is, na de Pfaffs, de bekendste tvclan van Vlaanderen. Centrale figuur is de voormalige wielrenner Eddy Planckaert, een man van twaalf stielen en dertien ongelukken. Een man ook die zijn dochter liever op haar zestiende zwanger zag worden dan dat hij haar toeliet voorbehoedsmiddelen te gebruiken. Het zag er elf jaar geleden, toen VTM de realitysoap na liefst twáálf seizoenen stopzette, nochtans naar uit dat het Planckaert-verhaal uitverteld was. De familie die zich na een faillissement in de Ardennen gevestigd had, was weer recht gekrabbeld. De eerste kleinkinderen lagen in hun wiegjes te huilen, ze kondigden verandering aan.
Twaalf jaar later mag in de wereld alles anders zijn, de Planckaerts staan nog altijd voor exact dezelfde knusse en warme familiewaarden. Ze spreken nog even West-Vlaams, ze worden nog altijd omringd door dezelfde mistige Ardense weides. Ze werken nog altijd met hun handen en rijden nog altijd rond met landbouwvoertuigen – al vertrekt Eddy nu wel in een Porsche naar Frankrijk. Daar wil hij namelijk een kasteel gaan verbouwen tot een B&B. En de hele familie doet/moet mee. Toegegeven, hun back to the roots-levensstijl is, zeker in deze vreemde coronatijden, erg prikkelend. Het is er een met tienerdochters die aan de piano odes zingen aan hun moeder, met lange familietafels en jolige kampvuren, waarbij de pater familias – intussen in de herfst van zijn leven – over de toekomst orakelt alsof er camera’s bij staan.
Toch blijft dit een mooi gefilmde, pseudopoëtische rip-off van het Nederlandse format Ik vertrek (ook zo oud als de straat) bevolkt door een tv-clan die is wat ze was. Misschien brengt de tweede aflevering meer diepgang en misschien zijn we strenger omdat de verwachtingen op zondagavond hoog liggen, maar na deze eerste kregen we vooral de indruk dat tv-bonzen hun eigen medium ten grave aan het dragen zijn. Want hun wereld dendert voort. En zij keren op hun stappen terug.
Twaalf jaar later mag in de wereld alles anders zijn, de Planckaerts staan nog altijd voor exact dezelfde knusse en warme familiewaarden als toen