Banger voor isolatie op de kamer dan voor corona
WOONZORGCENTRA Je kunt je wel degelijk weren tegen virussen zonder alle bewoners op de kamer op te sluiten, zegt Artsen zonder Grenzen.
Sinds deze week mogen woonzorgcentra meer bezoek toelaten (DS 8 september), ook op de kamers. Zelfs als een woonzorgcentrum met een nieuwe covid-19-uitbraak geconfronteerd wordt, moeten niet-besmette bewoners minstens eenmaal in de week een bezoeker kunnen ontvangen. Dat heeft de Vlaamse taskforce beslist. Woonzorgcentra en gemeentebesturen kunnen zelf beslissen hoever ze daarin gaan. Ze kunnen dus striktere maatregelen aanhouden als ze dat nodig achten.
‘Veel ouderen vonden het unfair: waarom mogen zij geen bubbel hebben?'
Sanne Kaelen
Psychologe AZG
Artsen Zonder Grenzen pleit ervoor om dat niet te doen, en om veel meer rekening te houden met het welzijn van bewoners. ‘Wij snappen de angst van sommige directies, maar als je het juiste beschermingsmateriaal in huis hebt, als je afstand houdt en de hygiënemaatregelen naleeft, dan hoef je niet alle bewoners in isolatie te plaatsen’, zegt psychologe Sanne Kaelen van AZG.
Niet meer meetellen
‘In juni hebben we daar met bewoners over gepraat. Ze hadden meer schrik om weer van hun vrijheid beroofd te worden, dan voor een besmetting’, zegt Kaelen. ‘Helaas zijn eind juli wel weer strengere bezoekregelingen ingevoerd. Wij, burgers, mochten een bubbel van vrienden blijven zien. Bewoners moesten weer binnen blijven, vaak ook opnieuw op hun kamer. Dat vonden veel ouderen unfair. Waarom mogen zij geen bubbel hebben? Het wekte bij velen een gevoel op dat ze niet meer meetellen.’
Er waren en blijven grote verschillen in hoe woonzorgcentra met de restricties omgaan. Sommige zijn veel creatiever geweest dan andere. In sommige centra viel het leven compleet stil, in andere werden ook tijdens de lockdown nog kleine groepsactiviteiten georganiseerd, met respect voor de afstandsregels.
Kaelen erkent dat: ‘We willen de goeie voorbeelden van op het terrein breder verspreiden. Daar gaan we deze maand op inzetten, samen met de mobiele teams van Zorg en Gezondheid. Vanaf oktober nemen zij het werk over.’