‘We zien zaken over het hoofd, dat is pijnlijk’ REPORTAGE
Ze moeten tracen, bellen, meten, luisteren, inenten, overleggen en weer doorgaan. De CLB’s spelen een cruciale rol in de veilige heropstart van scholen. Alleen: het water staat ze aan de lippen.
Maandagochtend 07.55 uur. Spoedtelefoon bij het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) in Diksmuide. Een directrice heeft positief getest. Bijkomend probleem: op vrijdag lunchte ze samen met haar collega’s, zonder afstand te houden. ‘We hebben alles laten vallen’, zegt CLB-arts Cathy Dilewyns. ‘We hebben onmiddellijk een lijst opgesteld met alle hoge risicocontacten en iedereen opgebeld.’ Het resultaat: bijna alle leerkrachten moeten in quarantaine. Een onthoofde school. En een voormiddag werk voor de CLB-arts.
De CLB’s, die onder meer instaan voor het medisch onderzoek, inentingen en studiebegeleiding, krijgen dit schooljaar een extra verantwoordelijkheid: de contactopsporing op school. Een maatschappelijke opdracht die ze zeker willen opnemen, al leidt de grote onvoorspelbaarheid van het virus al na één week tot kopzorgen. ‘De telefoontjes blijven binnenlopen’, zegt Hans Vandelannoote, arts en directeur van Vrij CLB Westhoek, maandag in Diksmuide. Een leerling die positief testte, zat met drie medeleerlingen zonder masker in dezelfde auto. Een leerling van een besmette moeder was op een verjaardagsfeestje met vriendinnen. Een leerkracht testte positief waardoor acht à tien collega’s in quarantaine moeten. ‘Het gaat om individuele besmettingen in gezinscontext, maar ze hebben al een enorme impact op onze werking.’
Niet erg sexy
Ook in Gent staat de telefoon roodgloeiend. De CLB’s trekken er aan de alarmbel. Er kruipt veel energie in de contactopsporing. ‘We coördineren meer dan dertig secundaire scholen’, zegt directeur Hugo Van de Veire. ‘Dit weekend regende het nieuwe gevallen. Van zeker een derde van die scholen hebben we al signalen van besmetting en moet er contactopsporing gebeuren. Dat is serieus belastend.’
Vier artsen werkten het weekend rond om verdere verspreiding op scholen te voorkomen. ‘Zelfs om kwart voor tien ’s avonds kregen we nog telefoon’, zegt coordinerend arts Charlotte Ryheul. Ze belt overdag voortdurend. ‘Contact tracing is niet erg sexy: naast wie zat je, met wie at je in de refter, met wie heb je gesproken op de speelplaats?’ Behalve een boomstructuur maakt ze tekeningetjes van de posities in de klas, als ze besmette jongeren opbelt. Achteraan in de klas of tegen de muur? Goed nieuws. ‘Sommigen hebben veel vrienden geknuffeld. Dan heb je al snel dertig tot veertig hoogrisicocontacten. Zeker op een internaat is dat het geval. Dan
Charlotte Ryheul zijn alle contacten automatisch hoog risico.’ Een volledig contactonderzoek kan gemakkelijk zes uur in beslag nemen. ‘Een eerste telefoontje duurt al snel twintig minuten. Dan moet je ze overtuigen om zo eerlijk mogelijk te zijn. Het schuldgevoel van tieners is vaak enorm. Mijn standaardzinnetje is dan: “Je bent niet de eerste die het heeft, je hebt het ook van iemand gekregen.” We zijn ook geen champetters, hé.’
Leraarskamer
Ook de andere gesprekken duren gemakkelijk tien minuten. ‘We moeten mensen voortdurend geruststellen. Dat appreciëren ze enorm, maar toch komen er ook veel vragen onze richting uit. Ze vinden het niet eerlijk – zeker in die eerste weken. Ze willen weten wie de “schuldige” is. Vaak krijgen we ook kritiek over hoe ze de boeken dan moeten ophalen of hoe het zit met Smartschool’, zegt de Gentse CLB-arts Katrien Demedts. ‘Eigenlijk zijn de bijkomende telefoontjes het meest tijdrovend. Na twee dagen duiken er plots veel vragen op, blijkt een verhaal niet te kloppen of is een leerling iemand vergeten te noemen. Benieuwd
hoe lang we dit volhouden.’
‘Elk telefoontje heeft ook een enorme impact’, zegt Vandelannoote. ‘Dat is zo bij een kind. Maar zeker bij leerkrachten zijn de gevolgen voor de school enorm. Ik heb al vaak gedacht: “Sluit die leraarskamer toch, als collega’s de afstand niet respecteren.” Dat is misschien het soort signaal dat nodig is om mensen op hun eigen verantwoordelijkheid te wijzen.’
‘De druk op de ketel is al jaren hoog, maar nu moeten we ook voortdurend keuzes maken’, zegt verpleegkundige Sylvie Wouters in Diksmuide. Ze gaat van klas tot klas om de kleuters te meten en te wegen. De juffen schrikken dat ze er zo snel in het schoolgekregen
‘Het schuldgevoel van tieners is vaak enorm. Mijn standaardzinnetje is dan: “Je bent niet de eerste die het heeft, je hebt het ook van iemand gekregen”’
Coördinerend arts