‘Mohammed-cartoons tonen in de klas? Dat haal ik niet in mijn hoofd’
Vlaamse leerkrachten over lesgeven over vrije meningsuiting
‘Ik haal het niet in mijn hoofd om de Mohammedcartoons te tonen in de klas’, zegt Bruno van Hoof, godsdienstleerkracht in Don Bosco Sint-Pieters-Woluwe. Hij geeft les aan vijfde-, zesde- en zevendejaars. In de school zitten 52 nationaliteiten, in de klas is vaak 95 procent moslim. ‘Door de cartoons uit mijn boekentas te halen, weet ik op voorhand dat ik onrust creëer.’
‘Het is een heel gevoelig onderwerp. Triggeren is volgens ons niet de juiste aanpak. De cartoons zijn voor mij geen meerwaarde. We zoeken voortdurend de dialoog op. En wie het thema te gevoelig vindt, kan altijd even de klas verlaten om tot rust te komen.’
Maandagochtend kwam het onderwerp onmiddellijk bovendrijven. ‘De leerlingen zitten er zelf mee. Ze zeggen: “Nee meneer, in elke religie is het not done om geweld te gebruiken.” Ze hopen vooral dat ze niet opnieuw geviseerd worden. Er zitten altijd leerlingen in mijn klas die de terreur in Syrië of onder Al Qaeda hebben ondergaan.’
Franky Croes, leerkracht geschiedenis in de derde graad aso en tso in het Go! Atheneum in Ninove, toont de Mohammedcartoons wél in het vijfde jaar, als hij het over de opkomst van het liberalisme heeft. ‘Ik heb de voorbije jaren gemerkt hoe gevoelig het ligt. Sommigen hebben me gevraagd de cartoons niet meer te tonen. Samuel Paty gaf leerlingen de kans om de klas even te verlaten – een goede tip. Ik zal voortaan zelf ook beter communiceren dat de leerlingen de cartoons “dadelijk te zien zullen krijgen”.’
Toch zal Croes de cartoons blijven tonen: ‘Ze zijn een interessant didactisch middel. Van beelden uit de Irakoorlog tot de documentaire For Sama over de burgeroorlog in Aleppo: de leerlingen zijn onmiddellijk wakker. Alleen: context geven en historische kritiek op de bronnen toepassen is een absolute noodzaak.’
Ook het Guldensporencollege in Kortrijk heeft een multicultureel publiek. Steven Vanlersberghe geeft er geschiedenis in de tweede en derde graad aso en tso. Daarnaast leert hij de leerlingen debatteren en begeleidt hij modules over burgerschap. ‘Ik denk dat Samuel Paty zich er wel van bewust was dat er problemen konden opduiken’, zegt hij. ‘Daarom heeft hij wellicht op voorhand gezegd dat leerlingen die aanstoot aan de prenten zouden nemen, de klas mochten verlaten. Ik zou het ook zo aanpakken. Je moet zo’n onderwerp niet uit de weg gaan, het gaat om jonge mensen wier horizon nog niet honderd procent ontwikkeld is, en het is onze opdracht om die te verbreden. Als je hen in een tunnelvisie laat zitten, wordt het gevaarlijk.’
Als er vragen komen in de les, zal Vanlersberghe de cartoons niet meteen projecteren. ‘Wel vind ik het belangrijk om de historische context rond religieuze voorstellingen
Steven Vanlersberghe
te duiden. Waar komt het verbod op het tonen van de Profeet vandaan? En waarom ligt zo’n prent in de ene cultuur gevoeliger dan in de andere?’
Leerlingen zelf laten nadenken Schrik om controversiële thema’s aan te kaarten is er niet bij Sofie Delanghe en haar collega’s uit het Koninklijk Atheneum in Schaarbeek. Zij geeft geschiedenis en cultuurwetenschap aan vierde-, vijfde- en zesdejaars, vooral aso. In haar klassen zitten jongeren uit alle hoeken van de wereld. ‘Heel belangrijk is dat je het niet op een vingerwijzende manier aanbrengt. Je moet leerlingen hun mening laten zeggen en daar op een genuanceerde manier mee omgaan. Mijn leerlingen zijn geschokt over wat er gebeurd is in Parijs. Mag een satirisch tijdschrift lachen met religie? Daarover verschillen de meningen in de klas.’
‘Oudere leerlingen slagen er beter in nuance te leggen in hun denken dan jongere. Het is mooi om ze zo te zien groeien. Leerlingen zelf doen nadenken, dat is de belangrijkste taak van een leerkracht geschiedenis of cultuur, en van elke leerkracht tout court’, zegt Delanghe.
Voor Karel Van Nieuwenhuyse, professor geschiedenisdidactiek aan de KU Leuven, heeft de leerkracht geschiedenis een zeer belangrijke taak. ‘Ik hoor van leerkrachten dat steeds meer onderwerpen polariseren: van het Israëlisch-Palestijns conflict tot de Turks-Koerdische situatie, de koloniale geschiedenis tot extreemrechts gedachtegoed. Maar alle onderwerpen moeten bespreekbaar zijn in de klas. Dat is een fundament van de liberale democratie. Het recht op vrije meningsuiting is heilig. Het is cruciaal om gevoelige onderwerpen goed te kaderen, maar er mogen geen taboes zijn. Anders wordt het samenleven onmogelijk.’
‘Als je jonge mensen in hun tunnelvisie laat zitten, wordt het gevaarlijk’
Geschiedenisleerkracht Guldensporencollege Kortrijk
‘Samuel Paty gaf leerlingen de kans om de klas even te verlaten – een goeie tip’
Franky Croes
Leerkracht geschiedenis in het Go! Atheneum Ninove