De Standaard

China’s spraakmake­ndste posterboy is … een Tibetaan

Chinese fans adoreren een Tibetaan die ze ‘de knapste van heel het internet’ noemen. Ondanks het harde nationalis­me zoekt jong China pluralisme in zijn posterboys.

- Giselle Nath

Hij is 20, spreekt erg slecht Mandarijn, en zijn droom is kampioen te worden in de traditione­le paardenrac­e. Vandaag kent heel China de ‘paardenpri­ns’. Zhaxi Dingzhen, kortweg Dingzhen, beheerst het debat. De Tibetaanse herder, die meestal de 200 jaks van zijn familie verzorgt, heeft een contract bij een streamingz­ender op zak. Het is nog niet duidelijk wat hij in dat programma zal doen. Ook het agentschap voor Toerisme in de Tibetaanse autonome prefectuur Litang (provincie Sichuan) heeft Dingzhen aangeworve­n. Als cultureel ambassadeu­r krijgt hij het gegeerde bedrag van 3.500 yuan per maand (450 euro) en een mooi extralegaa­l voordelenp­akket.

Het onwaarschi­jnlijke verhaal van Dingzhen begon twee weken geleden. Een cameraman maakte zijn portret voor een expo. Kort nadat het internet in zwijm was gevallen voor die foto, verscheen Dingzhen in een filmpje voor Douyin, het Chinese Tiktok. Hij struint nonchalant over de vlakte, glimlacht schuins. De foto’s tonen praktisch de wind die van zijn dikke haar afketst, recht de staalblauw­e hemel in. Het internet ontplofte: 2,7 miljoen mensen hadden tegelijk de mond vol van de volslagen onbekende herdersjon­gen.

Slecht Mandarijn? ‘Schattig’

Volgens media als het Shanghaise Inkstone of de Hongkongse South China Morning Post is Dingzhen een hit omdat hij afwijkt van de normale Chinese ‘posterboys’. Die moeten het hebben van make-up, een androgyne uitstralin­g en een afgelikte rijkeluisf­lair. De machtige entertainm­entindustr­ie wringt er alle authentici­teit uit.

Chinese fancultuur is ook vele graden fanatieker dan in het Westen, volgens nieuwssite WhatsonWei­bo. ‘Superfans’ organisere­n zich als legereenhe­den om hun helden non-stop online te promoten. Ze zamelen geld in en kapen bepaalde evenemente­n voor hun ster. Fancultuur is een uitlaatkle­p in een land dat geen vrij vereniging­sleven of debat toelaat. Het Chinese parlement wil het beteugelen, zogezegd omdat de fancultuur gelijkenis­sen vertoont met sektevormi­ng. Staatsmedi­a berichten over stalking en fans die hun werk of opleiding verwaarloz­en. Ook Dingzhen was niet meer dan een foto, tot fans zijn naam en herkomst opspoorden. Dorpsgenot­en verkochten die informatie door.

Al gauw ontstond een dieper debat over de vraag of ‘Dingzhen de steppes moet verlaten’. In de omgang met etnische minderhede­n gaapt een kloof tussen het ultranatio­nalistisch­e regime en de gewone ‘fans’. China legt de Tibetaanse minderheid met harde hand een afgelijnd model van moderniser­ing op. Ze moeten strikt Mandarijn spreken en meedraaien in de ‘productiev­e’, ‘moderne’ industrie (DS 4 september). Dag blauwe hemel, hallo smog en grauw woonblok.

Maar het internet ziet de Tibetaanse knapperd liever niet opgeslokt worden in de materialis­tische ratrace. ‘Hopelijk kan hij zijn eigen dromen volgen’, klonk het. En dat gebrekkige Mandarijn, de ergernis van Communisti­sche gezagsdrag­ers? ‘Maakt hem zo schattig.’

Fancultuur is een uitlaatkle­p in een land zonder vrij vereniging­sleven of debat

 ??  ?? De ‘paardenpri­ns’ is eens wat anders dan de gebruikeli­jke afgelikte Chinese idolen.
De ‘paardenpri­ns’ is eens wat anders dan de gebruikeli­jke afgelikte Chinese idolen.
 ?? © rr ??
© rr

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium