Het middenveld ziet de zwakke plekken van het beleid het eerst
ZAAKEL KAOUAKIBI Nee, middenveldorganisaties hangen niet aan de subsidiekraan. Ze zijn de kanarie in de koolmijn.
We maken ons grote zorgen over het foute discours die de zaak-El Kaouakibi met zich meebrengt. Subsidiëring aan de ruime sociale en culturele sector wordt nu ongegrond in vraag gesteld, door sommige politici en op verschillende (sociale) mediakanalen. Hier en daar wordt het middenveld zelfs in één pennentrek gelijkgesteld met ‘subsidieslurpers’ en wordt gepleit voor meer controle en meer disciplinering. Een debat over een intelligente verantwoording van overheidsmiddelen die de belangrijke maatschappelijke rol van het middenveld voldoende zichtbaar maakt, dringt zich op.
We doorprikken om te beginnen graag het misverstand dat middenveldorganisaties zich niet of onvoldoende moeten verantwoorden. Het middenveld neemt cruciale rollen op in de samenleving. Het staat onder andere in voor hulp- en dienstverlening, begeleiding, opbouw werk, socioculturele activiteiten en een kritisch-politiserende rol. Als deze organisaties gebruikmaken van overheidsgeld, dan zijn ze onderworpen aan diverse verantwoordingsmechanismen. Zo worden met de regelmaat van de klok zowel input (wie bereikt men?) als outputindicatoren (wat doet men?) opgevraagd. Organisaties worden ook uitgedaagd om hun impact op lange termijn in kaart te brengen.
Verenigingen die met zeer kwetsbare groepen werken, geven aan dat veel inspanningen geleverd worden ter verantwoording van subsidies, zelfs bij kleine subsidies van soms 150 euro. Daarnaast organiseert men ook zelf een interne controle om de financiële gezondheid te garanderen. Het resultaat is dat er veel werk moet worden gestoken om tegemoet te komen aan die vereisten. Het gaat gepaard met veel papierwerk.
Veerkracht
Middenveldorganisaties zijn niet gedreven door winst, maar streven een maatschappelijke missie na. Ze hebben vrijheid en handelingsruimte nodig. De prestaties of de resultaten van zulke organisaties zijn moeilijk in winstcijfers of prestatie-indicatoren uit te drukken. Het middenveld is kritisch en zet creatief in op maatschappelijke problemen en is vaak zeer wendbaar en flexibel bij onverwachte crisissen. In de coronacrisis en de daarmee gepaard gaande lockdownmaatregelen werden de voedselbanken overstelpt. De meest kwetsbare gezinnen kregen een sterke financiële opdoffer te verwerken. De leefloonaanvragen stegen en mensen in een precaire arbeidsmarktsituatie en met weinig financiële reserves (zoals freelancers, de culturele sector) werden van de ene dag op de ander afhankelijk van een uitkering.
Sociaal werkers en middenveldorganisaties hebben een ongeziene veerkracht getoond. Vanaf de eerste lockdown hebben ze op allerlei creatieve en innovatieve manieren getracht om aansluiting te blijven vinden met kwetsbare doelgroepen. De grote wend- en weerbaarheid die heel wat sociaalwerkpraktijken vandaag tonen, is geen deel van een gecoördineerd rampenplan, maar wordt enkel mogelijk gemaakt door expertise die eerder opgebouwd werd. Laten we deze expertise blijven capteren en zichtbaar maken. We moeten nadenken over een manier van verantwoording die niet enkel controle mogelijk maakt, maar er ook toe leidt dat we leren uit de lessen, uit de goede praktijken van middenveldorganisaties, om meer slagkracht en een doelmatiger beleid te ontwikkelen.
Luis in de pels
Overheden hebben er alle belang bij om het middenveld niet als uitvoerder, maar als kritische partner te beschouwen. Het zijn de bovenlokale overheden die door het inzetten op hefbomen op het domein van sociale zekerheid, arbeidsmarkt, onderwijs en huisvesting significante impact hebben. Het middenveld krijgt inzicht in de zwakke plekken van het bovenlokale beleid omdat het geconfronteerd wordt met burgers die door de mazen van het net
Na de zaak-El Kaouakibi wordt subsidiëring aan de ruime sociale en culturele sector ongegrond in vraag gesteld
correcties & aanvullingen
Krim. Eva Cukier maakte de reportage ‘Op de Krim vrezen ze de droogte meer dan oorlog’ niet vanop de Krim, wel in de Russische stad Taman (DS 15 april).
Reisadviezen Europa. In Nederland kun je in hotels wel roomservice krijgen. In Luxemburg mogen de restaurants, cafés en bars klanten verwelkomen tussen 6 uur ’s ochtends en 18 uur ’s avonds op een terras.
Bijna heel Italië zit in de oranje zone (de regio’s Puglia, Campanië, Sardinië, Aostavallei zijn zone rood). De zone oranje betekent een versoepeling. Iedereen mag vrij buiten komen en zich verplaatsen binnen de eigen gemeente. Indien niet expliciet verboden mogen ook vakantiehuisjes in een andere regio worden bezocht. Cafés en restaurants mogen nog altijd enkel afhaal en thuisbezorging doen. In de oranje zone (dus bijna heel Italië) zijn winkels, beautysalons en kappers wel open. Ook wie Spanje binnenrijdt met de auto moet een negatieve PCR-test van maximaal drie dagen oud kunnen voorleggen (DS 15 april).