De visionaire gek achter de
U wilt zich tijdens de nieuwe lockdown verdiepen in een cultuurfenomeen dat u niet goed kent, maar u weet niet waar te beginnen? Begin hier, dan hebt u een leidraad. Vandaag: Maurice Ravel.
Wie?
‘De gek!’, schreeuwde een vrouw tijdens de première. ‘Ah, die heeft het begrepen’, zei de componist. Een halve eeuw voor Pas de Deux met het repetitieve ‘Rendez-vous’ het Eurovisiepubliek schandaliseerde, werd de Boléro van Maurice Ravel – twee thema’s, achtmaal herhaald – een van de grootste hypes uit de muziekgeschiedenis. Zelf had hij het liever anders gezien, maar net deze onbedoelde superhit vestigde zijn reputatie van beste colorist in het vak. De Fransman met Zwitsers-Baskische roots had het allemaal: een neus voor de zeitgeist van de belle époque, het visionaire brein om die naar klank te vertalen, en het stijlgevoel van een Instagramster die zelfs met de bizarste outfits wegkomt. Beetje barok, beetje folk, beetje Mozart, beetje jazz: het klinkt, het swingt en het botst nooit.
Liever niet?
De belle époque: dat ruikt naar dandy’s en geparfumeerde snorpommade. En de Boléro, was dat ook niet de soundtrack waarop Bo Derek onnoemelijke dingen uitstak met Dudley Moore? Voer voor koele kikkers, vonden zijn tijdgenoten, fijnbesnaarde sensualiteit verwarrend met een gebrek aan sentiment. Geef non-believers één vinger en ze trekken Ravel met beide handen de dieperik in. Onze therapie: een halfuurtje luisteren naar de muziek die deze man druppel voor druppel uit zijn lijf heeft geperst. Geen pils, beste vrienden, maar een Westvleteren grand cru.
Waarom wel?
Een massa muziek heeft hij niet geschreven, maar elke noot is er boenk op. Als geen ander verstond Ravel de kunst om traditionele stijlelementen met moderne ideeën te mixen. Zijn muziek is dan ook ideaal voor aspirant-melomanen die voorbij Mozart en Beethoven willen zonder trommelvliestrauma’s te riskeren. Vervelen doet Ravel nooit, want met elk werk hulde hij zich in een ander jasje. Daaronder klopt het hart van een briljant orkestrator, die zelfs in de meest extravagante bezetting de mooiste én diepst verborgen kwaliteiten van elk instrument wist uit te lichten. De klankvlakken die daaruit ontstaan, vormen geen psychedelische lappendeken maar mengen zich tot een regenboogkleurige swirl: een unieke sound, onmiddellijk herkenbaar als ‘Ravel’.
Wat eerst?
Het vlaggenschip: de ‘Symphonie chorégraphique’ Daphnis et Chloë, een bacchanaal van herders en nimfen badend in langoureuze melodieën en betoverende akkoorden. De suites zijn fantastisch, maar met het uit de kluiten gewassen origineel voor koor en orkest (en een dirigent van het kaliber van Simon Rattle) landt u binnen vijf minuten in Narnia. Ma mère l’oye, Laideronnette: een sprookjessoundtrack met stijl, panache en meer verbeelding in elke notenbalk dan in de verzamelde werken van Disney. Met Rapsodie espagnole blijft een mens graag in z’n kot. Castagnetten en snaredrums, flamenco en stierengevechten, geurende oranjebloesems en een wilde fiësta. Voor wie liever klein en simpel start, is er de Berceuse sur le nom de Gabriel Fauré, mooi in de vierhandige klavierversie van de zusjes Labèque. Of Jeux d’eau. De opname van Alexandre Tharaud is top, die van Martha Argerich onze ‘amour pour toujours’.
Wat dan?
La valse, dat is grijnzen als Jack Nicholson: zo klinkt een statige wals na een avondje paddo’s. Nooit hoorde u de driekwartsmaat zo multidimensionaal als in deze rollercoaster, die zoeft van nachtmerrie naar natte droom. Dat Ravel tot de meest gesofisticeerde klaviercomponisten van zijn tijd behoorde, spat er vanaf in ‘Une barque sur l’océan’ (Miroirs): een zeegezicht zoals geen impressionist er ooit een heeft geschilderd. En omdat Ravel de Franse kamermuziek uit de wurggreep van de Germaanse Groten heeft gered, is ook Assez vif uit het strijkkwartet in F een must op de luisterlijst. Probeer de opname van Quatuor Ébène: zes knettergekke minuten die zelfs de bluest Monday redden. Toch nog last van de pijn van het zijn? De Blues uit vioolsonate n°2 doen u in dertig seconden op een andere planeet ontwaken.
Wat niet?
Omdat het oké is om te haten én te beminnen: de Boléro. Ravels partituur is razend knap, maar wordt op mainstreamopnamen vaak versmacht door strijkerscohorten die elk greintje nuance uit de noten zuigen. Gelukkig is er de legendarische opname van Anima Eterna Brugge. Ook met Pavane pour une infante défunte is het opletten geblazen. Het bloedmooie tableau kruipt moeiteloos onder de huid, maar haakt zich daar ook hardnekkig vast. Deze track op repeat met het land in lockdown: voor u het weet, lopen de tranen vanonder de voordeur.
Als geen ander verstond Ravel de kunst om traditionele stijlelementen met moderne ideeën te mixen
In de rubriek ‘Zo begin je aan’ introduceren we u wekelijks in het werk van een kunstenaar.