De belastingverrassing die was voorspeld
Een grote groep tijdelijk werklozen zal bij de afrekening van hun belasting meer moeten bijbetalen, of minder terugkrijgen, dan gebruikelijk. Ze betalen nu bij wat vorig jaar minder werd ingehouden.
Wie in 2020 tijdelijk werkloos was, dreigt de impact daarvan op zijn belastingen te merken. Het Laatste Nieuws had het gisteren over een ‘belastingkater’ voor meer dan een half miljoen Belgen.
Nochtans zei minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) al op 25 maart in de Kamer dat de betrokken belastingplichtigen ‘geen extra belastingen zullen betalen’. Marco Van Hees (PTB/ PVDA) had de minister toen verweten dat hij de tijdelijk werklozen, die door corona inkomensverlies lijden, een belastingtoeslag oplegt.
Krijgen tijdelijk werklozen een belastingtoeslag opgelegd?
Neen. De regering-Wilmès besloot om vanaf 1 mei vorig jaar tijdelijk de bedrijfsvoorheffing op de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid te verlagen, van 26,75 procent naar 15 procent. De bedrijfsvoorheffing is het bedrag dat meteen van het inkomen – de uitkering of het salaris – wordt ingehouden als voorschot op de definitieve belastingafrekening. Die wordt gemaakt nadat de belastingplichtige zijn belastingaangifte heeft ingevuld. Voor de inkomsten van vorig jaar moet de aangifte eind juni ingediend worden. Daarna volgt de afrekening.
In die afrekening worden, zoals altijd, alle inkomsten samen genomen en progressief belast. Hoe minder er bij de uitkering van de werkloosheidsuitkering werd ingehouden, hoe meer er op het einde van de rit nog betaald moet worden. Dit betekent dat veel tijdelijk werklozen meer zullen moeten ‘bijbetalen’ of minder zullen ‘terugkrijgen’ dan ze gewoon zijn.
De globale belastingdruk blijft wel gelijk, alleen is het moment van betaling verschoven van het ogenblik dat de uitkering werd betaald naar het moment dat de afrekening wordt gemaakt.
Vergelijk het met de voorschotten op de elektriciteitsfactuur. Wie ervoor kiest maandelijks veel te betalen, krijgt bij de eindafrekening mogelijk geld terug. Wie kiest om maandelijks weinig te betalen, moet bij de eindafrekening de rest ophoesten. Wie geld terugkrijgt, geeft eigenlijk een renteloze lening.
Waarom heeft de regering die bedrijfsvoorheffing op de uitkeringen
bij tijdelijke werkloosheid verlaagd? Mensen met een laag inkomen die in tijdelijke werkloosheid terechtkomen, hebben niet veel financiële speelruimte. Daarom dacht de regering hen wat extra koopkracht te geven door de bedrijfsvoorheffing op de uitkering te verlagen. Maar nu de belastingafrekening eraan komt, keert die ‘gunst’ als een boomerang terug.
Wie zal bij de belastingafrekening het grootste verschil merken? Berekeningen tonen aan dat de impact het kleinst zal zijn bij de laagste inkomens, aangezien zij nauwelijks bedrijfsvoorheffing betalen. Zij krijgen soms zelfs geld terug, terwijl ze zonder tijdelijke werkloosheid zouden moeten bijbetalen. Bij wie het hele jaar door een laag inkomen heeft genoten, ligt de lage bedrijfsvoorheffing het dichtst in de buurt van of soms zelfs hoger dan de definitieve belasting.
Het verschil zal het grootste zijn bij wie halftijds tijdelijk werkloos was, omdat in dat geval te weinig bedrijfsvoorheffing werd ingehouden op het verdiende loon. De bedrijfsvoorheffing wordt namelijk berekend op het maandloon. Wanneer men slechts een half maandloon krijgt in vergelijking met een maand zonder tijdelijke werkloosheid, wordt er in die maand te weinig of geen bedrijfsvoorheffing op het loon ingehouden. Bovendien wordt ook niet veel ingehouden op de tijdelijke werkloosheidsuitkering. Het verschil tussen wat werd afgehouden en de definitieve belasting, is daardoor groot.
Dat verschil neemt toe naarmate het brutoloon stijgt. Zo blijkt uit berekeningen van het kabinet-Financiën dat een alleenstaande met een brutoloon van 1.750 euro per maand die zes maanden tijdelijk werkloos is, 1.326,4 euro zal terugkrijgen, terwijl hij zonder de tijdelijke werkloosheid 119,94 euro had moeten bijbetalen. Een alleenstaande met een brutoloon van 3.500 euro die zes maanden halftijds tijdelijk werkloos was, zal dan weer 1.925,52 euro moeten bijbetalen, terwijl hij zonder tijdelijke werkloosheid slechts 39,67 euro had moeten bijbetalen.
Kan ik weten hoeveel ik moet bijbetalen of hoeveel minder ik zal
terugkrijgen?
Van Peteghem belooft dat vanaf donderdag iedereen via Tax-Calc, het rekenprogramma van de fiscus, zal kunnen uitrekenen wat hij zal moeten bijbetalen of zal terugkrijgen. ‘Zo willen we vermijden dat mensen voor verrassingen komen te staan’, zegt de minister.