‘Een gevangenis is geen behandelingsplaats’
Tegen 2026 moeten alle geïnterneerden de juiste zorg krijgen, zegt minister van Justitie Vincent Van Quickenborne. In de tussentijd krijgen gevangenissen die geïnterneerden opvangen bijkomende investeringen en zorgpersoneel. ‘Dit is too little too late.’
Het crisiscentrum van de gevangenis van Merksplas moet rust en passende zorg kunnen bieden aan geïnterneerden voor wie het niet meer gaat. Maar van de vijf cellen die er zijn, voldoet er al één niet aan de veiligheidsstandaarden. In alle vijf is er geen stromend water, amper ventilatie, geen alarm en moeten de geïnterneerden naar het toilet op een emmer. ‘Dat is niet meer van deze tijd en veroorzaakt weleens problemen’, vertrouwt Guy Walters, penitentiair technisch deskundige, ons toe. ‘Bij incidenten durven de geïnterneerden weleens hun eigen uitwerpselen te gebruiken.’
De gevangenis van Merksplas is dringend toe aan een grote renovatie. De plannen liggen op tafel voor volgend jaar, maar intussen moet er iets gebeuren. Er zitten in Merksplas vandaag ongeveer 450 mensen in de cel, van wie ongeveer 120 geïnterneerden. Maar die krijgen niet de nodige zorg, en hebben soms zelfs geen toegang tot basisvoorzieningen. En daar lijdt iedereen onder. Incidenten zijn dagelijkse kost, het ene al gewelddadiger dan het andere. Dat zet een enorme druk op de geïnterneerden, de medegevangenen, het zorgpersoneel en de cipiers. ‘De schrik zit er wel in’, getuigt een van de cipiers die aanwezig waren bij een ernstig incident. ‘Ik heb de minister dan ook gevraagd om voor de veiligheid meer investeringen te doen in personeel en infrastructuur. Zonder wordt het heel moeilijk om de crisisopvang te garanderen.’
Minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) kwam dinsdag naar Merksplas om de situatie te inspecteren. Hij sprak er onder anderen met de cipier in kwestie, de psychiater en de zorgcoördinator.
In België zijn er 3.632 geïnterneerden. 434 van hen verblijven in een forensisch psychiatrisch centrum (FPC), 537 in psychiatrische instellingen, 2.035 zijn vrij op proef of hebben een specifiek statuut en 600 verblijven in gevangenissen. Daar krijgen ze niet de nodige zorg en begeleiding. België is ondertussen al 26 keer veroordeeld voor zijn behandeling van geïnterneerden in de gevangenis.
Deadline allang verstreken In een pilootarrest in 2016 kreeg de regering twee jaar de tijd om orde op zaken te stellen. Die deadline is allang verstreken. Van Quickenborne belooft nu dat de opening van bijkomende FPC’s er tegen 2026 toe zal leiden dat er geen geïnterneerden meer in de gevangenissen moeten verblijven. In de tussentijd krijgt Merksplas 197.000 euro om de meest dringende infrastructuurwerken aan te pakken, en voor de aanwerving van twintig extra zorgverleners. De gevangenis van Paifve, die meer dan 200 geïnterneerden opvangt, krijgt ook dertig extra medewerkers.
Daarmee bouwen de gevangenissen zich almaar meer om tot een zorginstelling. ‘Een absurde situatie’, zegt Henri Heimans, magistraat op rust en gespecialiseerd in internering. ‘Een gevangenis is geen behandelingsplaats. Zoiets behoeft een enorme investering. Ik vrees dat dit too little too late is, maar indien het niet anders kan, is zorg in de gevangenis beter dan niets.’
De minister benadrukt dat het ideale doel erin bestaat alle geïnterneerden in een FPC te kunnen huisvesten. ‘Het is niet de bedoeling om van de gevangenis een psychiatrische instelling te maken, maar in afwachting moeten we ook hier in zorg op maat voorzien’, zegt hij.
‘Het is niet de bedoeling om van de gevangenis een psychiatrische instelling te maken, maar in afwachting van meer FPC’s moeten we ook hier in zorg op maat voorzien’
Vincent Van Quickenborne
Minister van Justitie
Wachtlijsten
Met een van de geïnterneerden gaat het ondertussen heel slecht. Hij staat op de wachtlijst voor een FPC, met ongeveer tachtig wachtenden voor hem. ‘Helaas komen daar pas heel traag plaatsen vrij. Ze vinden geen plek in de reguliere psychiatrische zorgverlening, ze vinden geen huizen op de gewone huizenmarkt, er zijn veel problemen die de uitstroom tegenhouden’, zegt Heimans. ‘De minister van Justitie is dan vaak de kop van Jut, maar veel ligt ook bij andere bevoegdheden, zoals volksgezondheid en welzijn.’
Gevangenisdirecteur Serge Rooman is opgelucht na het bezoek van de minister. ‘Hier zijn nog wel ministers langsgeweest, maar dit is de eerste keer dat er in één keer in zo’n grote uitbreiding van het zorgkader wordt voorzien. Met alleen maar het huidige personeel kunnen we niet het juiste therapeutische klimaat creëren. Daarom moeten we nu constant alles beveiligen, en dat verstikt het therapeutische klimaat. Wij zijn geen eindstation, maar moeten wel een volwaardige tussenstop worden.’