Dreven kappen is hoogst overdreven
Oude dreefbomen zijn meer dan een rij oud hout of een lastig dossier voor de verzekering’, schrijven Hans Van Dyck, Kris Verheyen en Martin Hermy. Ze worden vaak onnodig gekapt. ‘Soms doet men alsof het straatlantaarns zijn.’
De jongste weken doken er enkele dossiers op waarbij lokale besturen er overtuigd voor kozen om ‘oude’ dreven te kappen. Een aanplant met nieuwe boompjes hoort daarbij borg te staan voor een weloverwogen, positieve keuze voor de toekomst. Het gemak waarmee oude(re) bomen en dreven in Vlaanderen worden afgeschreven, vraagt om kritisch tegen het licht gehouden te worden. De keuze en verantwoording om oude bomen te laten verdwijnen en te vervangen door nieuwe, mag nooit lichtzinnig gebeuren. Het richtlijnenkader van de bevoegde overheidsinstanties is aan een grondige herziening toe.
In een van de dreefdossiers, nabij het begijnhof van Herentals, eist het Agentschap Onroerend Erfgoed het vellen van meer dan zestig oudere zomereiken binnen het kader van een beheerplan. Zelfs het Agentschap Natuur en Bos blijkt de bomen hier vooral te zien als oude lastposten die een gevaar vormen voor de publieke veiligheid. Tweehonderd nieuwe bomen moeten soelaas brengen.
Het biodiversiteitsbelang van oude bomen blijkt nauwelijks een aandachtspunt. Er is publieke verontwaardiging, maar het stadsbestuur krijgt een heldere boodschap van de Vlaamse ambtenarij: kappen, kappen, kappen. Een nieuw gelid bomen zou die oude bomen na enkele jaren doen vergeten. Bovendien blijkt Erfgoed in dit dossier veel belang te hechten aan de ‘gelijkjarig- en gelijksoortigheid’ van de bomen in een dreef. De optie van een ‘restauratie’ van een dreef door een doordachte combinatie van oude en nieuwe bomen wordt nu zelden ernstig onderzocht. Toch valt daar veel voor te zeggen.
Oud is goud waard
Soms kijkt men naar het vervangen van dreefbomen alsof het straatlantaarns betrof. Je vervangt de oude door nieuwe en het geheel functioneert onmiddellijk en zelfs beter dan voorheen. Zo werkt dat helaas niet met bomen. Een boom is een traag groeiend levend organisme. Doorheen decennia van groei wordt een boom niet alleen forser, maar ontwikkelt zich een complexe leefgemeenschap van andere soorten op, rond en onder de boom.
Het biodiversiteitsbelang van oude bomen gaat over veel meer dan alleen een wettelijk beschermde vleermuis in een boomholte. Bovendien groeiden onze wetenschappelijke inzichten over de ecologische netwerken die zich in de bodem rond de wortels ontwikkelen. Het leven van bomen speelt zich in belangrijke mate onder de grond af. Het beheer van bomen en hun omgeving beïnvloedt dit complexe, ecologische geheel. Een oude dreef is meer dan een rij van oud hout of een lastig verzekeringsdossier.
Vanuit het oogpunt van ecologische dienstverlening is de waarde van een oude boom een veelvoud van die van een jonge. Het duurt vele decennia voor een jonge boom opnieuw dat niveau van dienstverlening bereikt. Enkele cijfers om dit te duiden. Een van de belangrijkste variabelen achter de klimaatverandering is het stijgende CO2-gehalte in de atmosfeer. Bomen verbruiken CO2 en leggen die via fotosynthese vast in het hout van hun stam en takken. Een boom met een stamdiameter van 40 cm stockeert ongeveer 1,5 ton CO2 en neemt jaarlijks circa 22 kg CO2 op. Een boom van 4 cm diameter stockeert ongeveer 7 kg en neemt 1 kg op per jaar. Om onmiddellijk dezelfde stockage te verkrijgen moet je dus één enkele boom van 40 cm diameter vervangen door meer dan 200 bomen van 4 cm diameter.
De motor achter dit enorme verschil tussen jonge en oude bomen is de bladoppervlakte, die exponentieel toeneemt met de leeftijd. Bomen verdampen vooral via de bladeren veel water en werpen tegelijkertijd schaduw op de grond. Bij verdamping wordt energie onttrokken aan de lucht, wat tot koeling leidt. Ook hier is een positief verband met de bladoppervlakte. Vooral oude bomen zijn natuurlijke airco’s. Hoe groter de oppervlakte ingenomen door bomen, hoe groter het effect en de effectiviteit. Alleen bij sterk aftakelende bomen gaat de bladoppervlakte zwaar afnemen. Dat is normaal pas enkele honderden jaren na aanplant.
Nieuwe richtlijnen
Door onaangepast beheer van de bomen en hun omgeving en door extremere droogte krijgen bomen het ook in dreven nu vaker lastig. Oude en aangetaste bomen kunnen uiteraard veiligheidsrisico’s opleveren. Dat aspect verdient altijd aandacht, maar wordt nu te makkelijk gebruikt als excuus voor het rooien van de hele dreef. Tussen wit en zwart zitten echter vele tinten grijs. Dreven hoeven immers niet in één keer vervangen te worden. Vaak is het perfect mogelijk de noodzakelijke ingrepen te concentreren op een beperkt aantal risicobomen. Het selectief verjongen van bomen zal de aanblik van de dreef natuurlijk veranderen. Oude en jonge bomen, eventueel behorend tot verschillende soorten, zullen door elkaar voorkomen. Dit beeld verschilt van de klassieke dreef uit het verleden, maar beantwoordt beter aan de noden voor de toekomst. Gemengde, structuurrijke beplantingen zijn vaak beter bestand tegen klimaatextremen dan gelijkjarige aanplantingen met één soort.
Een dreef met oude bomen biedt meer recreatieve waarden en kansen voor natuurbeleving. Dreven vormen functionele, groene lijnen in het landschap. Ze vormen onderdelen van de ecologische infrastructuur die dieren en planten gebruiken om doorheen onze versnipperde landschappen te reizen. Burgers hechten in toenemende mate belang aan waardevolle en functionele groene elementen in hun leefomgeving, ook in de stad. Oude dreven bieden gewaardeerde rust en schaduw. In tijden van zomerhitte vormt een dreef met grote, oudere bomen een koele oase in een oververhit landschap.
Het is opmerkelijk dat de argumenten van biodiversiteit, ecosysteemdiensten, klimaatrobuustheid en publieke belevingswaarde van het landschap nog al te vaak aan de kant worden geschoven voor dreven. Dat is een gemiste kans voor een bomenarme regio waar de overheid en particulieren net meer dan een tandje horen bij te steken. Natuurlijk zullen er altijd bomen in dreven gekapt worden als daarvoor zwaarwegende argumenten zijn, na zorgvuldige afweging van alle opties. Maar het idee van dreefherstel door combinatie van oude en nieuwe bomen verdient vaker kansen te krijgen, ook in erfgoeddossiers.
De optie van restauratie door een doordachte combinatie van oude en nieuwe bomen wordt nu zelden ernstig onderzocht