Europa’s ‘historische’ klimaatpakket: wat is er beslist?
GREEN DEAL Iedere hoek van de economie zal de maatregelen van de Commissie voelen, zowel de bedrijven als de burgers.
De Commissie wil benzine en diesel duurder maken, door brandstofproducenten uitstootrechten voor CO2 te laten kopen. Daarvoor wordt een nieuw systeem van emissiehandel (ETS) in de steigers gezet. Daarnaast worden de uitstootnormen voor nieuwe (bestel)wagens aangescherpt. Die mogen na 2035 geen CO2 meer uitstoten.
Om elektrische en waterstofvoertuigen te laten doorbreken, moet er iedere 60 kilometer een elektrisch laadstation worden geïnstalleerd en iedere 150 kilometer een waterstofstation.
De scheepvaart wordt onder het bestaande ETS gebracht en zal vanaf 2026 – voor het eerst – moeten betalen voor haar uitstoot.
Om zowel de lucht- als scheepvaart te vergroenen, wordt vooral gekeken naar alternatieve brandstoffen. Tegen 2030 moet 5 procent van de vliegtuigbrandstof bestaan uit duurzame brandstof. In een bredere belastinghervorming komt mogelijk een kerosinetaks.
Gas en stookolie om gebouwen te verwarmen worden duurder omdat de producenten uitstootrechten zullen moeten kopen onder hetzelfde systeem van emissiehandel als bij wegtransport.
De extra prijs op CO2 bij wegtransport en de verwarming van gebouwen dreigen de meest kwetsbaren te raken. Om hun energiefactuur te verlichten, zet de Commissie een sociaal fonds in de steigers, dat gespijsd wordt met de inkomsten uit het nieuwe ETS.
Jaarlijks moeten lidstaten 3 procent van de publieke gebouwen energetisch renoveren.
Het bestaande ETS, voor energie-intensieve industrie en stroomproducenten, wordt aangescherpt door minder gratis uitstootrechten uit te delen en het plafond te verlagen.
Om de energie-intensieve industrie te beschermen tegen buitenlandse concurrentie, die niet betaalt voor zijn CO2-uitstoot, komt er een importbelasting.
Er worden 3 miljard bomen aangeplant om CO2 uit de atmosfeer te halen en op te slaan.
De doelstellingen voor hernieuwbare energie worden verhoogd tot 40 procent tegen 2030.
Tegelijk moet Europa tegen 2030 nog eens 9 procent besparen.