‘Plunderingen hebben steeds minder te maken met Zuma’
Tijdens de dodelijke plunderingen in Zuid-Afrika zag de Belgische ondernemer François Dassonville via veiligheidscamera’s hoe zijn drie bedrijven leeggeroofd werden.
Vanuit zijn huis in Kaapstad kon ondernemer François Dassonville, die al 33 jaar in Zuid-Afrika woont, minuut per minuut volgen hoe meer dan duizend kilometer verder zijn drie bedrijven in de havenstad Durban werden leeggeplunderd en deels vernietigd. ‘Eerst zagen we op de veiligheidscamera’s hoe enkele mensen het bedrijfsterrein binnendrongen en de ruiten van onze voertuigen insloegen om er vervolgens mee weg te rijden. Anderen reden met onze bestelwagens het gebouw in om alles te stelen. Wij verkopen en verhuren meubelen voor evenementen: die zijn allemaal weg. We konden die pijnlijke gebeurtenissen volgen tot plots de veiligheidscamera’s uitvielen: ook die zijn gestolen.’
Had u die gewelddadige plunderingen zien aankomen?
‘Toen de voormalige president Jacob Zuma zich tien dagen geleden aangaf bij het gerecht om zijn celstraf wegens gerechtelijke obstructie uit te zitten, beseften we dat dit een gevoelig politiek moment zou worden. Ondanks de vele corruptiebeschuldigingen is Zuma nog steeds populair bij ongeveer de helft van de ANC-aanhang (de grootste partij van Zuid-Afrika die als verzetsbeweging een cruciale rol speelde in de strijd tegen apartheid, red.). We zagen eerst hoe de aanhangers van Zuma op de N3-snelweg tussen Durban en Johannesburg tolhuisjes en 23 vrachtwagens in brand staken. Enkele uren later werden de eerste winkels aangevallen. De politie werd compleet overrompeld en bood amper weerstand. Dat maakte dat de plunderingen razendsnel uitbreidden. Volgens mij hebben ze ook steeds minder te maken met Zuma. Velen spartelen om het hoofd boven water te houden, zeker met de covid-crisis die een groot deel van het economische leven tot stilstand bracht. Het was te verwachten dat ook grote shoppingcentra en bedrijven leeggeplunderd zouden worden. Die bevinden zich vaak naast arme stadsdelen waar de miserie het grootst is.’
Zijn uw bedrijven totaal vernield?
‘Meer dan de helft van het industriepark waar onze bedrijven zich bevinden, ging in rook op. Een nabijgelegen opslagplaats van elektronicareus LG werd eerst helemaal leeggehaald en dan in lichterlaaie gezet. Gelukkig bleven onze gebouwen van complete vernieling gespaard: de grote machines van onze plasticfabriek zijn nog min of meer intact. Eens we de gestolen computers hebben vervangen en de waterleidingen hersteld zijn, kunnen we opnieuw opstarten. Maar het meubelverhuurbedrijf ligt voor lange tijd plat. In deze situatie ben ik niet van plan om in nieuwe meubels te investeren. We zijn weliswaar verzekerd, maar het ziet ernaar uit dat de verzekeringsprocedures lang zullen aanslepen.’
‘Ik vrees vooral voor de vele kleine winkels waarvan de eigenaars niet verzekerd zijn. Zij hebben veel minder slagkracht om opnieuw op te starten’
Is het land nu economisch stilgevallen?
‘Ten dele toch wel, ja. De N3 is
een van de economische slagaders van het land en die is voorlopig alleen open voor vrachtwagens die onder legerescortes vanuit Johannesburg naar Durban rijden. Omdat enorme voorraden en ook erg veel vrachtwagens zijn gestolen, verwachten we grote tekorten aan voedsel, brandstof en medicijnen. Ik vrees vooral voor de vele kleine winkels en bedrijfjes die ook vernield zijn, maar waarvan de eigenaars niet of slecht verzekerd zijn. Zij hebben veel minder slagkracht om opnieuw op te starten, ik ben bang dat velen van hen voor het leven geruïneerd zijn. Tegelijk zie je ook de veerkracht van Zuid-Afrika. De grote hulporganisatie Gift of the Givers heeft snel escortes opgezet voor voedsel- en medicijnenvervoer.’
Er circuleert zorgwekkende informatie dat het geweld de spanningen tussen witten en zwarten opnieuw zou doen opflakkeren. Komen de oude demonen van ZuidAfrika opnieuw naar boven?
‘Dat risico is er zeker. Inwoners van de rijkere buurten vrezen dat de plunderingen naar hun wijken zullen overslaan en zetten privébewakingsbedrijven of gewapende buurtwachten in. Het komt er vaak op neer dat alleen witten en Indiërs toegang krijgen tot de rijke wijken. Dat roept bij veel zwarte mensen nare herinneringen op aan het apartheidsregime waar zij in arme townships werden opgesloten en pasjes nodig hadden om naar een andere wijk te mogen. Maar ook op dit vlak zie ik hoopvolle zaken gebeuren. Sinds het apartheidsregime heeft het land niet stilgestaan. Er zijn ook heel veel zwarten die de plunderingen veroordelen: ondernemers, werknemers, mensen die niet meer aan essentiële medicijnen raken. Je ziet ook heel veel burgers die de schade en de rommel in supermarkten en bedrijven helpen op te ruimen. Dat zijn mensen uit allerlei gemeenschappen en uit alle sociale lagen. Ze hebben allemaal het gevoel dat ze de jongste dagen belangrijke zaken dreigden te verliezen. Niet alleen materieel, maar ook ideologisch. Je voelt dat je de moeizame strijd voor een beter Zuid-Afrika niet zomaar kunt opgeven.’
Die strijd lijkt nu opnieuw op een kantelpunt te zijn aanbeland: de huidige president Cyril Ramaphosa zegt nu dat Zuma en zijn familie het geweld via sociale media hebben aangewakkerd.
‘Daar lijkt het op. Je hoort hier steeds meer mensen spreken over een poging van de Zuma-clan om een staatsgreep te plegen. Maar het ziet ernaar uit dat de rechtsstaat voldoende solide is om zo’n crisis te doorstaan. Leden uit de entourage van Zuma worden nu opgepakt voor het aanzetten tot geweld via sociale media. Zijn poging om het land politiek te gijzelen, lijkt mislukt.’
‘Vaak krijgen alleen witte burgers en Indiërs toegang tot de rijke wijken. Dat roept bij veel zwarte mensen nare herinneringen op aan het apartheidsregime’