Groen herstel is niet groen genoeg
Het is een ontnuchterende vaststelling in het dinsdag verschenen rapport van het Internationaal Energieagentschap (IEA). De herstelplannen die wereldwijd in stelling gebracht worden om uit de put van de coronacrisis te kruipen, zijn niet klimaatvriendelijk genoeg. De uitvoering ervan brengt de wereld niet dichter bij een traject dat recht doet aan de akkoorden van Parijs, heeft de organisatie vastgesteld. Ondanks alle dure eden over groen en duurzaam herstel, wordt bij nader inzien slechts 2 procent van de 16.000 miljard aan overheidsuitgaven besteed aan duurzame energieopwekking. ‘Zelfs als alle aangekondigde herstelplannen zonder vertraging ten uitvoer worden gebracht, dan zouden de CO2-emissies gewoon blijven stijgen en in 2023 zelfs een recordniveau bereiken zonder dat er een trendbreuk in zicht is’, schrijft het IEA.
Hoe kan dat? De lidstaten van de EU bijvoorbeeld moeten 37 procent van de uitgaven aan klimaatgerelateerde investeringen en hervormingen besteden om in aanmerking te komen voor geld uit het Herstelfonds. België claimt zelfs 50 procent in zijn herstelplan. Ons land wil 2 miljard euro besteden aan woningrenovatie en energiesubsidies. Ook heel wat mobiliteitsinvesteringen, bijvoorbeeld in fietspaden, staan in het teken van uitstootreductie. Maar die investeringen tellen niet mee voor het IEA. ‘Alleen hersteluitgaven die gericht zijn op de creatie van nieuwe energiegerelateerde activa of de verlenging van de levensduur van bestaande klimaatvriendelijke infrastructuur zijn in aanmerking genomen’, schrijft de organisatie. Dat zijn de criteria die het Agentschap heeft omschreven in het duurzaamheidstraject dat landen op het juiste pad naar Parijs zet.
Wereldwijd zal 380 miljard aan hersteluitgaven wél aan die criteria voldoen. Het goede nieuws: dat is 30 procent meer dan wat er de afgelopen jaren aan groene energieopwekking is uitgegeven. Het slechte nieuws: het is 35 procent van wat er nodig is om in 2050 tot een netto nuluitstoot te komen. ‘Onze analyse van 800 beleidsplannen in meer dan vijftig landen laat zien dat de uitgaven aan energiemaatregelen voornamelijk bestaande programma’s betreffen’, stelt het IEA vast. Het gaat dan om subsidies, het aankoopbeleid van de overheid en steun om het transport te elektrificeren. Die maatregelen zullen in 2023 leiden tot een uitstootreductie van 800 miljoen ton. Maar om in 2050 op nul uit te komen, zou dat 4.300 ton moeten zijn. In het duurzaamheidsplan van het IEA wordt benadrukt dat er vooral geld moet gaan naar de ontwikkeling van nieuwe technieken, omdat een nuluitstoot alleen haalbaar is met technologie die nog ontwikkeld moet worden. Efficiëntere batterijen bijvoorbeeld of manieren om broeikasgas af te vangen en op te slaan.
Het cijfer van 2 procent is overigens wel wat misleidend. Dat heeft betrekking op alle overheidsuitgaven in verband met de pandemie. Dus ook die voor tijdelijke werkloosheid, compensatie voor omzetverlies of hogere lonen voor de zorgsector. Als je alleen naar de herstelplannen zelf kijkt, komt het cijfer uit op 16,5 procent.
Een nuluitstoot is alleen haalbaar met technologie die nog ontwikkeld moet worden