‘De waarheid is dat er verschillende opinies zijn’
De gouverneur van de Nationale Bank stond vrijdag in de belangstelling omdat hij niet akkoord ging met een deel van het nieuwe ECB-beleid. ‘We agreed to disagree.’
Zelfs de Amerikaanse zender CNBC wilde vrijdag weten waarom Pierre Wunsch het niet eens was met de manier waarop de Europese Centrale Bank (ECB) haar rentebeleid wil vormgeven. De gouverneur van de Nationale Bank haalde na de ECB-vergadering van donderdag het wereldnieuws door, samen met Bundesbank-voorzitter Jens Weidmann, de unanimiteit in de bestuursraad te doorbreken. Hij is het niet eens met een wijziging in het beleid, waarbij de rente pas verhoogd wordt als de inflatie ‘duurzaam’ het doel van 2 procent bereikt heeft. In de praktijk betekent dat een langere periode van lage rente. ECB-voorzitter Christine Lagarde erkende dat er geen unanimiteit was. De namen van de dissidenten raakten bekend via lekken naar de financiële persagentschappen. ‘Omdat ik van mening was dat je niet geloofwaardig bent door de rente voor zo’n lange periode vast te leggen. Kunnen we ons voor vijf jaar engageren, rekening houdend met de proportionaliteit van dat beleid? Ik ben er 100 procent mee akkoord dat we het herstel met een soepel beleid moeten blijven ondersteunen, maar in een omgeving waar zoveel onzekerheid heerst, vind ik zo’n engagement niet geloofwaardig. Stel dat de inflatie zich over een paar jaar stabiliseert op 1,7 procent, blijven we de negatieve depositorente en QE (het opkopen van obligaties, nvdr.) dan nog jarenlang handhaven?’
Zo is het beleid volgens de nieuwe inflatiedoelstelling van 2 procent wel in mineur gestart.
‘Er was unanimiteit over de strategie, maar over sommige aspecten waren er lange discussies die niet altijd gemakkelijk waren. Ook over andere delen van het verhaal, zoals de overshooting van de inflatiedoelstelling. De afspraak is dat we een zekere tolerantie hanteren, maar ik ben niet akkoord met een bewuste overschrijding van het inflatiedoel. Onder meer daarover is lang gediscussieerd. De omgeving is nu eigenlijk zeer vatbaar voor een opstoot van inflatie. We hebben niet alleen ons soepele beleid, er zijn ook het Europese herstelplan en het voornemen om de huizenprijzen in de inflatieberekening te verwerken. Net daarom vind ik niet dat we ons rentebeleid voor een zeer lange termijn mogen vastleggen.’
Bent u bezorgd over de nadelige bijwerkingen van het beleid?
‘Als er geen neveneffecten waren, dan was de sky the limit. Maar we moeten ons afvragen hoe hoog de
‘We moeten ons afvragen hoe hoog de prijs is die we willen betalen voor dit soepele beleid’
prijs is die we willen betalen voor dit soepele beleid. Ik denk dan bijvoorbeeld aan fiscal dominance, het risico dat overheden door ons beleid onvoldoende inspanningen doen om hun begroting op orde te krijgen. We moeten voorkomen dat we een deel van het probleem worden in plaats van een deel van de oplossing. Ik heb tijdens de vergadering gepleit voor een ontsnappingsclausule, bijvoorbeeld de vermelding dat het beleid in overeenstemming moet zijn met de proportionaliteitsbeoordeling. Ik stond daarin zeker niet alleen, maar er was geen meerderheid voor.’
U staat nu opeens bekend als een monetaire havik. Ben u daar gelukkig mee? ‘Ik denk niet dat ik een havik ben. Het beleid onder Mario Draghi heb ik ten volle ondersteund. De waarheid is nu eenmaal dat er verschillende opinies zijn. Ik heb geen moeite met het beleid dat we tot nu toe gevoerd hebben. Maar ik moet me comfortabel voelen met een voorstel, en als dat niet zo is, kan ik niet loyaal akkoord gaan. Eigenlijk zou het niet normaal zijn als iedereen het met zulke ingewikkelde voorstellen volledig eens zou zijn. Er zijn nu eenmaal meningsverschillen. Het is positief dat voorzitter Lagarde naar een consensus streeft. Maar midden in een crisis is het makkelijker om unanimiteit te bereiken dan wanneer we een uitweg moeten vinden uit het crisisbeleid. Dan ontstaan er moeilijke discussies.’
Van de beloofde heldere communicatie is niet veel terechtgekomen.
‘Het is niet eenvoudig om een open discussie samen te vatten in een korte en bondige boodschap. Dat vergt afwegingen, en je loopt dan het risico dat de meerderheid die het erover eens is, wat kleiner wordt. Er was een akkoord over 80 of 90 procent van het beleid. Wat de rest betreft: we agreed to disagree.’