‘Ik sta niet op hetzelfde niveau als Evi Van Acker’
Ze is ex-wereldkampioene in de Laser Radial-klasse én won in 2019 het olympische testevent: wees maar zeker dat veel concurrenten straks zeilster Emma Plasschaert in het oog houden. ‘Maar noem me niet dé Belgische medaillekandidate.’
We hadden Sebbe Godefroid in de Finn-klasse, toen kwam Evi Van Acker, en vanaf zondagochtend is het aan Emma Plasschaert (27) om ons land de wind in de zeilen te geven. Velen tippen haar als een van de Belgische kanshebbers op eremetaal, maar zelf houdt ze die boot af. ‘Ik hoop natuurlijk geen figurante te zijn’, zegt ze. ‘Maar zeilen blijft een onvoorspelbare sport. Veel factoren heb je niet in de hand: de jury die je kan diskwalificeren, het veranderlijke karakter van de zee (nu is het rustig weer in Tokio, maar zondag wordt veel wind voorspeld, wat tot hoge golven zou kunnen leiden, red.) …’
Betere zeilster
Dat ze vaak in één adem wordt genoemd met haar voorgangster die in Londen brons pakte en in Rio net naast het podium viel, vindt Plasschaert vreemd. ‘Ik heb niet het gevoel dat ik op hetzelfde niveau sta. Evi eindigde vrijwel altijd in de top 3, voor mij gaat dat niet op. Bekijk mijn resultaten: niet in 80 procent maar veeleer in 20 procent van de wedstrijden beland ik op het podium.’
Nochtans heeft ook Plasschaert de gave er te staan wanneer het moet. Zo zeilde ze in het Deense Aarhus als eerste Belgische ooit verrassend naar de wereldtitel en veroverde ze in 2018 en 2019 brons op het EK. ‘Maar noem me niet dé Belgische medaillekandidate. Die wereldtitel dateert ondertussen van drie jaar geleden.’
2020 was niet bepaald een succesjaar: zowel op het EK als op het WK moest de Oostendse vrede nemen met een 9de plek. ‘Onder mijn niveau,’ beaamt ze, ‘en in Enoshima (de jachthaven waar de olympische zeilcompetitie plaatsvindt, red.) mik ik hoger. Ik verwacht zeker de medaillerace te halen, anders zijn het voor mij geen geslaagde Spelen. Het zal zaak zijn de zenuwen te bedwingen en het ontspannings-/stressniveau een week lang juist te doseren. De luchtigheid en het plezier erin te houden. Ik probeer dit niet te zien als hét moment van mijn carrière, want dat is a recipe for disaster.’
Mark Littlejohn, haar Britse coach die eerder samenwerkte met olympisch kampioene Marit Bouwmeester, noemt haar ‘een taaie’. ‘Er is een Engels gezegde: when the going gets tough, the tough get going (wanneer het moeilijk wordt, staan de sterksten op, red.).
Wel, dat is Emma.’
Het jaar uitstel heeft haar gemoedsrust gegeven. ‘Ik voel me er nu helemaal klaar voor. Over sommige zaken was ik nog wat onzeker. Daar hebben Mark en ik het voorbije jaar hard aan gewerkt. Mijn start, bijvoorbeeld, die me kwetsbaar maakte. Tijdens de wedstrijden eind mei en begin juni in Vilamoura en Medemblik hebben we een en ander uitgetest, en daar waren we best tevreden over. Het maakt dat ik nu meer vertrouwen heb. Ik heb het gevoel dat ik een betere zeilster ben dan vorig jaar.’
Deense topfavoriete
Het Japanse water blijkt Plasschaert goed te liggen. Twee jaar geleden won ze zowel de wereldbekerwedstrijd als het olympische testevent in Enoshima. Al te veel conclusies wil ze daar niet aan verbinden. ‘Het betekent vooral dat ik daar een positieve ervaring heb. Wie er slecht gepresteerd heeft, draagt dat mee. Ook omdat het door de coronacrisis onmogelijk was er vorig jaar te zeilen en we nu pas zeven dagen voor de start van de competitie het water op mochten.’
Haar topfavoriete? Europees vicekampioene Anne-Marie Rindom (29), de Deense die in Brazilië met brons naar huis ging en ook in Medemblik indruk maakte. ‘Zij was er heel sterk. Ik had samen met haar getraind en niet verwacht dat ze zo imposant zou zijn.’ En wat met de aftredende olympisch kampioene Bouwmeester (33)? ‘Zij heeft natuurlijk pakken ervaring, maar ze lijkt niet even dominant als in 2016.’
‘Ik probeer dit niet te zien als hét moment van mijn carrière, want dat is a recipe for disaster’
Emma Plasschaert