De verscheurende keuze: het gezin splitsen of het gevaar trotseren
De diepe, donkere stem van de orthodoxe priester brengt rust. In zijn gebeden vraagt hij God om kracht, solidariteit en hoop. In de felverlichte inkomhal van de lokale bioscoop luisteren tientallen vluchtelingen naar zijn woorden. Sommigen hebben hun ontbijt van brood met kaas even aan de kant gezet om mee te bidden. Ze zijn in de eerste uren van het ochtendlicht in Chmelnytsky gearriveerd om later op de dag door te rijden in de richting van de Poolse grens.
Een man, grijs van vermoeidheid, angst en onzekerheid, vertelt dat hij – met zijn vrouw en twaalfjarige zoon – gisterochtend uit Kiev is gevlucht, nadat zijn wijk zwaar onder vuur was genomen. Hij heeft gereden, tot de avondklok van 21 uur het gezin verplichtte om te stoppen. Ze hebben de nacht doorgebracht in de auto aan een benzinestation. In het opvangcentrum in de bioscoop komt hij even tot rust.
‘Geen idee wat mijn plannen zijn’, zegt hij. ‘In deze oorlog kun je geen plannen maken.’ Toch is een ding zeker: hij weet dat hij het land niet uit mag, omdat alle mannen tussen 18 en 60 jaar oud verplicht zijn om in Oekraïne te blijven, om het land op de een of andere manier te helpen. Een van de komende uren of dagen zal hij een van de moeilijkste beslissingen uit zijn leven moeten nemen: zet hij zijn vrouw en zoon op een bus richting Polen of blijven ze samen, hier in Oekraïne? Wil hij het risico lopen dat ze binnen enkele weken of maanden met zijn drieën in de val zitten?
Praten over sirenes en raketten
Chmelnytsky ligt op de grens tussen gevaar en veiligheid, tussen vluchten en pauzeren. De stad van zo’n 300.000 inwoners
me ruimte, waar in normale tijden gebeden wordt, wordt nu geslapen. De kerk heeft bijna driehonderd matrassen klaarliggen voor de passanten, die in de loop van de namiddag en vooravond arriveren om ’s ochtends weer verder te trekken.
Sasja is met zijn echtgenote Irina en Daniel, zijn zoontje van vijf, net aangekomen. Ze komen helemaal uit Charkov, 800 kilometer verder, een afstand waar je nu drie tot vier dagen voor nodig hebt. Veel te weinig om de horror en de ellende die de Russen daar hebben veroorzaakt, te kunnen verdringen. Elke dag begon met beschietingen van vijf tot zeven, daarna namen de Russen een pauze om vanaf elf uur hun wapens weer leeg te schieten.
‘Onze buurman die uit Donetsk is gevlucht, waar al acht jaar gevochten wordt, telde het aantal afgevuurde raketten en wist precies wanneer het tijd was om het mobiele rakettensysteem te herladen. Op zo’n moment probeerden we in veiligheid te raken’, vertelt Sasja in het Russisch.
Hij schuilde met zijn gezin tien dagen in de kelder. Tijdens de dagelijkse, korte wapenstilstand haastte het gezin zich in huis om te douchen en eten te maken, om dan weer 22 uur onder de grond te verdwijnen. ‘De kelder biedt bescherming tegen de beschietingen. Maar als ze onze woning zouden hebben gebombardeerd, dan zaten we als ratten in de val. Je kon niet voorspellen wanneer ze zouden bombarderen. Het
Sasja (uit Charkov) was roulette.’
Sasja toont op zijn gsm de foto’s van het leven in de kelder: de kinderen spelen, de volwassenen tokkelen constant op hun gsm op zoek naar het recentste nieuws. Nu ze in Oekraïens gebied zijn dat voorlopig nog veilig is, dringt de moeilijke beslissing zich op: samenblijven of scheiden. Na lange gesprekken met echtgenote Irina hebben ze beslist om in Oekraïne te blijven. ‘Wij vonden het belangrijker om samen te blijven’, zegt hij.
Soldaat van de familie
Veronika Yasinskaja (28) is met haar ouders uit Kiev gevlucht, enkele dagen nadat het flatgebouw aan de overkant door de Russen was beschoten. Ze toont een foto waarop je het interieur kunt zien van de appartementen die hun buitenmuur en een deel van hun kamers zijn kwijtgespeeld. ‘We zijn nog even gebleven, ik was nog niet klaar om afscheid te nemen van mijn straat, mijn foto’s, mijn leven’, zegt ze. ‘Nu trekken we van stad tot stad en slaap ik elke avond in andere lakens. De schoenen die ik draag, de kleren die ik aanheb, de rugzak die ik meebracht, zijn nu mijn enige bezit.’
Veronika werkt al drie dagen als vrijwilliger in de opvang in de protestantse kerk. Dat heeft ze nodig, want anders blijft ze bij de pakken neerzitten. ’s Avonds bespreekt het gezin de plannen voor de volgende dag. ‘Enkele dagen geleden vertrouwde mijn vader me toe dat hij bang is. Toen besefte ik dat ik ook verantwoordelijkheid moest dragen. Ik moet de soldaat van de familie zijn.’
Blijven ze samen of vertrekken Veronika en haar moeder naar het buitenland? Haar familie is nog in dubio, zegt ze. ‘Wij moeten in korte tijd beslissingen nemen die de rest van ons leven zullen tekenen. Het zal nooit meer zijn als voorheen.’
‘Je kon niet voorspellen wanneer ze zouden bombarderen. Het was roulette’