Gele Van Aert gaat nu werken voor ploegmaat Roglic
Na winst in de tijdrit mag Wout van Aert (27) na vier dagen de gele trui aantrekken in Parijs-Nice. Toch zal hij naar eigen zeggen de rittenkoers niet winnen. ‘Ik hoop het geel snel door te geven aan Primoz Roglic’.
Meteen na de finish zette Wout van Aert (Jumbo-Visma) zich midden op de straat om uit te hijgen. Ploegmaat Primoz Roglic – tweede op twee seconden – was onder de indruk en zei dat hij ‘zelf toch nog wat beter zou moeten worden’. En Christophe Laporte, ook een ploegmaat, feliciteerde Van Aert dan weer omdat die én de rit én de leiderstrui pakte.
Hoe schat je zelf deze overwinning in?
Van Aert: ‘Ik was er niet echt gerust in – Primoz is op dit soort parcours een gevaarlijke concurrent –, maar ik had goede benen en dan kan er veel. Ik leverde een prestatie af op mijn hoogste niveau, nadat ik er al twee dagen dichtbij was geweest. Zo’n korte tijdrit was een mooie test voor de benen en uiteindelijk ook voor het moreel.’
Was je op de hoogte van de tijdsverschillen met Roglic en Dennis?
‘Gelukkig wist ik niet dat het zo nipt was aan de voet van die slothelling. Ik wist weinig over de juiste tijden. Alleen in de laatste kilometer zei mijn ploegleider dat ik de snelste tussentijd had, maar ik wist zelfs niet of dat waar was. Het was alleen een goede motivatie om volledig te gaan tot de finish. Ik probeerde om recht op de pedalen te staan tot de lijn. En dat deed veel pijn. Maar het was het wel waard.’
Je wilde vooraf één dag in het geel rijden. Denk je nog altijd hetzelfde of ga je die trui met hand en tand verdedigen?
‘Neen, eigenlijk niet. We willen deze rittenkoers met Primoz winnen. Het zal morgen (vandaag, red.) van de situatie afhangen, maar het is een niet te onderschatten rit. Primoz staat in het klassement ook vrij ver voor op zijn concurrenten. Dat kan er alleen maar toe leiden dat ze misschien sneller dan gepland willen aanvallen. Dan zal het snel over zijn voor mij.’
Is tijdrijden je sterkste kwaliteit geworden?
‘Kijk je louter naar de prestatie die daarvoor nodig is, dan is het antwoord: ja. Het komt in de buurt van wat ik heel mijn leven gedaan heb in het veldrijden: vechten tegen jezelf. Als je kijkt naar alles wat nodig is voor een goede tijdrit, dan is het antwoord: neen. Dan denk ik aan alle uren op de fiets, de windtunneltesten, die kleine details. Ik focus op te veel zaken om dit perfect te doen. Soms is dat frustrerend. Maar goed, we proberen een goede balans te vinden. Vandaag waren enkele tijdrijders van wereldniveau afwezig, maar er stonden ook een aantal heel goede specialisten aan de start. Deze zege bewijst dat het mogelijk is.’
Opnieuw één, twee en drie voor JumboVisma.
‘Het is héél bijzonder, al denk ik dat iedereen minder verrast was dan op de eerste dag. In deze discipline zijn we nu eenmaal al een tijdje top of the game. Primoz en Rohan (Dennis, die derde werd, red.) zijn allebei olympische medaillisten. Dat zegt genoeg. We hadden allemaal gehoopt om voorin te eindigen, maar je moet het toch maar met z’n allen doen om jongens als Stefan Küng te kloppen. Het is al een hell of a week geweest voor het hele team. Hopelijk gaat het tweede gedeelte even goed als het eerste.’
Alle Denen wilden zich vandaag testen met het oog op de openingstijdrit van de Tour in Kopenhagen, die dezelfde afstand telt. Was dit een voorsmaakje voor het geel in de Tour?
‘Ik hoop het. Vorig jaar heb ik een hele week gejaagd op het geel, maar om eerlijk te zijn: ik was niet in de vorm die nodig was. In de eerste tijdrit was ik toen bijvoorbeeld zeker niet zo sterk als vandaag. Ik verloor er te veel tijd. Dit jaar is het opnieuw een mooie eerste Tourweek met heel wat mogelijkheden om een rit te winnen en misschien de trui een dag te dragen. Maar dan moet je echt wel een sterke openingstijdrit rijden. In Kopenhagen is het dezelfde afstand als vandaag, maar allemaal vlak. Dan is het zaak een constant tempo aan te houden. Eenmaal Parijs-Roubaix achter de rug is, begin ik gericht naar de Tour te werken.’
‘Het was een prestatie op mijn hoogste niveau. Zo’n korte tijdrit was een mooie test voor de benen’
Wout Van Aert